De staat van stemassistenten en spraakbediening in het smarthome

25 december 2017 + 10 minuten 0 Reacties
Sonos Voice Control

We werpen een blik op stemassistenten en spraakbediening: hoe zat het ook alweer, wat is er mogelijk en waar kunnen we naar uitkijken?

Het aantal stemassistenten (ook wel intelligente of virtuele assistenten genoemd) is behoorlijk groot aan het worden. Verschillende bedrijven willen een eigen helper ontwikkelen die gebruikers het gevoel geeft dat ze met een virtuele persoonlijkheid communiceren terwijl ze toestellen bedienen of om informatie vragen. Het gaat er niet alleen om dat je kunt spreken tegen die assistenten, maar ook om het feit dat er een zekere intelligentie aanwezig is.

Net zoals wanneer je aan de buurman vraagt: “Gaat het straks regenen?”, zonder uit te leggen wat ‘straks’ betekent of over welke locatie het gaat, kun je aan een intelligente assistent de vraag “welk weer wordt het vandaag?” stellen. Je krijgt dan een antwoord zoals “In Amsterdam is het vandaag bewolkt, met in de namiddag een grote kans op regen”, omdat je locatiegegevens aangeven dat je in die stad vertoeft. Je hoeft het niet expliciet te zeggen. Thuis kun je gewoon vragen om “de woonkamer aan te zetten”. De assistent weet dat je hiermee verwijst naar de Hue-lampen die onder die naam gegroepeerd zijn. Maar dat vergt dus wel planning en voorbereiding.

Hoewel we er inmiddels aan gewend zijn, voelt de technologie soms toch nog een beetje alsof het uit een science-fiction-film komt. En de komende jaren krijgen we er meer en meer mee te maken, en breiden dezelfde aanbieders de mogelijkheden verder uit. Maar wat kun je er nou echt mee? Specifiek, wat is er echt mogelijk als het gaat om het aansturen van smarthome-apparaten?

Welke spraakassistenten zijn er?

Siri van Apple is wellicht de bekendste, op de voet gevolgd door Alexa. De assistent van Amazon is in de V.S. populair, bij ons minder. Dat komt vooral doordat Amazon Alexa tot medio 2024 niet in het Nederlands te gebruiken is; maar sinds eind augustus is dat wel mogelijk. Dat heel veel mensen de Siri-assistent kennen, komt voornamelijk omdat Apple heel vroeg begon met het bundelen van Siri op iPhones en iPads. Het bedrijf zorgde er ook voor dat Siri een eigen karakter (en specifieke stemmen) kreeg, onder meer door het inbouwen van allerlei Siri-geintjes – die daarna online veel aandacht kregen.

Maar bij Siri en Alexa stopt het zeker niet. Als het gaat om één van de meest gebruikte stemassistenten, dan kom je al gauw uit bij de Google Assistent. De Google Assistant heeft geen ‘identiteit’ zoals de meeste assistenten en krijgt daardoor wat minder aandacht, maar dat stond zijn forse opmars niet in de weg. Net zoals Apple bundelt Google zijn stemassistent met zijn mobiele besturingssysteem, in dit geval Android, waardoor heel veel mensen daarmee in aanraking komen.

In de afgelopen jaren hebben veel andere partijen ook hun eigen stemassistenten proberen te lanceren. Veel zijn er verdwenen of verwerkt in andere projecten, zoals Facebook M en Cortana van Microsoft. Die producten staan al jaren niet meer aan de voorgrond, temeer omdat de ontwikkelingen razendsnel gaan. Want ondertussen kan Siri steeds meer en werkt Google hard aan Gemini. Op moment van schrijven kan Gemini echter nog geen smarthomeproducten aansturen.

Slimme speakers en spraakassistenten

We gaan het in dit artikel even niet hebben over het gebruik van de intelligente assistenten voor het opvragen van informatie en communicatie. We concentreren ons op hoe je met die intelligente assistenten andere apparaten kunt aansturen. Laten we beginnen met de productcategorie die heel nauw samenhangt met heel wat AI-helpers: slimme speakers. Of anders gezegd: draadloze speakers met een microfoon. Al deze speakers kun je gebruiken om muziek te beluisteren – uiteraard – maar functioneren ook als toegangspoort tot een slimme assistent.

De uitvinder van de slimme speaker is Amazon. In tegenstelling tot Apple en Google heeft de webwinkel een veel kleinere aanwezigheid op mobiele toestellen en andere apparaten. Ja, Amazon heeft zijn Fire-tablets, Kindle-lezers en Fire TV-streamers, maar een echte Amazone-smartphone is er niet. En dat is een serieuze hinderpaal als je een intelligente assistent naar zoveel mogelijk mensen wil brengen. De telefoon met zijn ingebouwde microfoon en rekenkracht is immers een perfecte thuis voor een AI – al werken bijna alle intelligente helpers via de cloud. Daarom bedacht Amazon een reeks toestellen die er voor zorgen dat consumenten bijna zonder nadenken toch Alexa in huis halen.

Best slim gezien van Huize Bezos, want hij verleidde consumenten met draadloze speakers die vanwege hun streamingmogelijkheden al interessant genoeg waren. Dat Alexa ingebouwd was, werd pas later echt de kers op taart. Het duurde namelijk even vooraleer je echt iets kon doen met de Amazon-assistent. Inmiddels heeft Amazon al verschillende generaties van deze Echo-speakers en verschillende modellen. Er zijn doorheen de jaren ook nieuwe types verschenen, zoals de Echo Show (met een display), de Echo Spot (een slimme wekker) en de Echo Dot (een basis-ontvanger voor stemontvanger).

Een aantal jaar geleden hadden slimme speakers de potentie voor iets groots. Fabrikanten beloofden een gigantische doorbraak in de manier waarop we met onze slimme huizen zouden communiceren. Draadloos, zonder knoppen, geheel met de stem. Heel veel bedrijven hadden er dan ook flink op ingezet. Google kwam met Google Home en Apple bracht de HomePod uit (natuurlijk te koppelen aan HomeKit). Sonos, Harman Kardon, JBL, Panasonic, Sony, Ultimate Ears, ze sprongen allemaal op de kar. De meeste onder hen ondersteunen Alexa, maar ook de Google Assistent.

Sonos bleek misschien wel de belangrijkste speler. Met de lancering van de One destijds speelde Sonos ook in het AI-spel mee, door Alexa en de Assistent te ondersteunen. Net zoals hun speakers samenwerken met meerdere streamingdiensten, wil Sonos dat de gebruiker moet kunnen kiezen uit verschillende intelligente assistenten. Een positieve stap, maar wellicht één die achteraf te weinig teweeg bracht. Veel mensen zijn inmiddels weer teruggekomen van slimme speakers, en hebben geconcludeerd dat ze toch minder nuttig bleken dan van tevoren gedacht. Spraakverwarring en échte intelligentie hebben de speakers altijd in de weg gezeten.

Amazon, Apple en Google blijven ondertussen werken aan hun stemassistenten, maar ze zijn nog lang niet op het beloofde niveau. Bovendien bestaan er veel privacyschandalen; medewerkers van de verschillende partijen luisterden her en der mee naar de opnames. Dat is een ontzettend enge gedachte, één die de adoptie van dergelijke producten zeker beperkt heeft.

privacy
Lees ook

Smarthome voor beginners: dit zijn de belangrijkste platformen

Brug naar andere slimme producten

Toch zijn er nog steeds mensen die van stemassistenten en slimme speakers gebruikmaken. Wellicht via een ander apparaat, zoals een smartphone, slim display of een product als de Google Pixel Tablet. Dergelijke producten koppel je namelijk aan een smarthomeplatform, zoals Google Home, Apple HomeKit of Amazon Alexa (en anders één van de meer gevorderde opties).

Om bijvoorbeeld je Philips Hue-lampen te bedienen met een stemcommando, moet er een brug voorzien zijn tussen de intelligente assistent en de Hue-hub. Bij Amazon heet zo’n softwarebrug een Skill, bij Google een Action, bij Apple loopt dat via HomeKit. In de praktijk moet je bij Google en Apple in een app (Home voor Google, Woning voor Apple) zoeken naar accessoires en toestellen die inhaken op het platform.

Belangrijk is dat je alle betrokken apparaten (zoals een Hue-hub) voorzien zijn van de nieuwste firmware. Bij Alexa is het proces iets complexer. In de Alexa-app of via alexa.amazon.com activeer je eerst de relevante skill (bijvoorbeeld die van Hue), waarna je Alexa moet vragen om nieuwe toestellen te detecteren. Daarna kun je in principe met het juiste commando het nieuwe apparaat (of apparaten) bedienen. Dit is iets omslachtiger, maar heeft als voordeel dat je meer kunt instellen. Zo kun je via de Alexa-app een Groep definiëren die bijvoorbeeld zowel slimme lichten als een audiotoestel bevat, zodat je met één spraakcommando alles kunt inschakelen.

Waar Alexa de lijm is tussen verschillende smarthome-apparaten, zit het bij Apple toch wat anders in elkaar. Siri bedient HomeKit – en dat is het aparte platform van Apple om domotica aan te sturen. Eén gevolg is dat je voor HomeKit een hub moet voorzien. Dat kan een nieuwe Apple TV zijn of een iPad die minstens iOS 10 draait. Let wel: deze iPad moet in het huis blijven als je met tijdschema’s wil werken. Zodra de iPad met je mee gaat, stopt de controle over gekoppelde smarthometoestellen. Voor Google geldt hetzelfde, aangezien je een Android-toestel nodig hebt om alles centraal te regelen.

Spraakassistenten in het smarthome

We moeten helaas concluderen dat er sinds de introductie van de stemassistenten er weinig veranderd is. Natuurlijk is het zo dat je meer apparaten met je stem kunt bedienen, en zoals gezegd voelt dat nog altijd futuristisch aan. Als je vanaf de badkamer in de avond naar de slaapkamer loopt, en roept dat de slaapkamerlamp aan moet, dan voelt dat heel tof. Uiteraard staat het je vrij te werken met schema’s of bewegingssensoren, maar voor de meeste mensen is zo’n stemassistent de betere optie. Dan heb je immers net zo veel controle als met een lichtknop (of aan-uitknop in het algemeen), omdat je zelf bepaalt wat er wanneer gebeurt.

De stembediening is vaak nog wel basaal. Heel vaak komt het neer op een simpele aan-uit-bediening, maar in sommige gevallen kun je ook de temperatuur van de thermostaat veranderen of de helderheid of kleur van een lamp. Je moet soms even zoeken en inlezen, of soms wat uitproberen, maar dan krijg je er wel wat voor terug. Als iets niet kan, zegt zo’n assistent dat meteen. Dan begrijpt die je niet of dan zegt die dat zoiets nog niet mogelijk is. Heel fijn die directe feedback, maar het doet wel iets af van de handsfree ervaring.

Het maakt overigens niet uit of je dan gebruikmaakt van Amazon Alexa, Google Assistent of Siri van Apple. Hoewel de ene assistent uitgebreider is of lijkt dan de andere, hebben ze zo allemaal hun beperkingen. Wellicht door een taalbarrière, maar vooral door wat de platformhouders wel en niet inbouwen. Zo missen we functies die in de VS wel beschikbaar zijn, omdat de makers nog niet de moeite genomen hebben die te vertalen (zowel technisch als op het gebied van taal) naar de Europese markt.

En dan heb je ook nog het probleem dat stemassistenten soms kunnen zeggen dat ze je niet begrijpen. Heel frustrerend, zeker als je elke dag dezelfde commando’s gebruikt, die dan uit het niets opeens niet meer blijken te werken. Waar dat dan aan ligt, Joost mag het weten. Dat helpt niet in het gebruik of het omarmen van dit soort diensten. Uiteraard werken de verschillende aanbieders hard aan het ontwikkelen en uitbreiden van hun stemassistenten, maar de onduidelijkheden en gebrek aan uitgebreide functies kunnen ze nog wel eens parten gaan spelen. Dat zie je momenteel deels gebeuren, aangezien gebruikers afscheid nemen van slimme speakers (of daar nooit aan begonnen zijn en dat nu ook niet meer gaan doen).

Stemassistenten in de toekomst

Het moge duidelijk zijn dat alle aanbieders van stemassistenten en spraakbediening (ongeacht de fabrikant) nog een lange weg te gaan hebben. Niet alleen als het gaat om algemene bruikbaarheid, maar ook op het gebied van taal en (soms niet te verklaren) fouten. Ondertussen gebeurt er wel heel veel op gebied van kunstmatige intelligentie in het algemeen, waardoor er inmiddels veel slimmere stemassistenten beschikbaar zijn. Het nadeel: die kun je veelal niet gebruiken in je smarthome.

We hebben het dan over stemassistenten als ChatGPT, Microsoft Copilot en Google Gemini. Voornamelijk informatiebakken die kunnen helpen met alledaagse taken, zoals het maken van planningen, opstellen van teksten of het genereren van afbeeldingen. Het lijkt erop dat de grote techreuzen zich daar de komende jaren op gaan focussen, waardoor smarthomebediening minder prioriteit geniet. Wellicht dat de nieuwe stemassistenten hun weg uiteindelijk weer naar het slimme huis vinden, maar vooralsnog is dat nog niet gebeurd.

In de toekomst kun je in elk geval uitkijken naar spraakassistenten die een stuk natuurlijker klinken dan nu het geval is. Daarnaast kunnen ze rekening houden met meerdere talen en gebruikers, waardoor die ook op het gebied van personalisatie en persoonlijk gebruik flinke stappen gaan maken. Je zou zelfs je stem als een soort biometrisch middel moeten kunnen gebruiken, zoals we dat nu doen met vingerafdrukken of gezichtsscans. Het belangrijkste is echter dat ze steeds beter omgaan met context, waardoor ze weten wat woorden als ‘straks’ inhouden. Dan hebben ze ook niet meer per se vooraf ingevulde gegevens nodig om je van specifieke informatie te voorzien.

Wat we nu al merken is dat bijvoorbeeld ChatGPT data uit eerdere gesprekken kan gebruiken om je op weg te helpen. Als jij in een eerder gesprek aangegeven hebt dat je bent begonnen met boksen, en later vraagt of je je zorgen moet maken om je gezondheid om een specifieke reden, dan kan de stemassistent je geruststellen door te melden dat je goed bezig bent en dat blijven bewegen, zoals met het boksen, je sterk en fit houdt.

Maar goed, dan hebben we het nog niet over privacy en ethische kwesties gehad, waar we de komende tijd nog veel over gaan horen. En ja, al die beloftes die we voorbij zien komen, die herhalen we ook al enkele jaren. We zijn wellicht een beetje gedesillusioneerd als het over stemassistenten gaat, maar dat betekent niet dat er nog altijd potentie is. Het wordt wel tijd dat de grote partijen daar eens wat aan gaan doen — want die Google Assistent hier in huis luistert soms voor geen ene meter.

Lees meer over het bedienen van je smart home en waar je op moet letten bij het kopen van smarthomeproducten in ons tips en advies-archief.

Dit artikel werd oorspronkelijk in december 2017 gepubliceerd, maar is in oktober 2024 door Wesley Akkerman van een update voorzien.

Reacties (0)