Verkopers van audio zullen op 2020 en 2021 terugblikken als topjaren, met dank aan de verhoogde interesse in muziekbeleving en surround. Maar wat brengt 2022? Het antwoord daarop zal van veel zaken afhangen.
Wie terugkijkt naar vorig jaar zal een aantal trends bespeuren die even goed in dit artikel hadden kunnen staan. Vorig jaar hadden we het bijvoorbeeld ook over HDMI 2.1. In een zekere zin is dat omdat 2021 een jaar van stilstand was, of toch op technologisch vlak. Niet omdat de industrie plat lag, integendeel. Veel mensen hebben de afgelopen twee jaar sterk geïnvesteerd in beter beeld en geluid. Maar heel wat fabrikanten werden geconfronteerd met leveringsproblemen op vlak van grondstoffen en onderdelen. Soms zaten bedrijven zelfs opgescheept met volledige afgewerkte producten die ze niet konden verschepen – omdat er geen karton was om ze in te verpakken.
Dat alles betekent onder meer dat er in 2021 heel wat minder nieuwe producten zijn voorgesteld dan gepland. Dat zeggen we niet zomaar. Journalisten hebben vaak heel vroeg inzage in roadmaps van nieuwe producten. Zo weten we dat bij heel wat merken een aantal producten (nog) niet verschenen is. Producten die er volgens planning al wel hadden moet zijn. Kortom, als het allemaal opgelost raakt qua bevoorrading en iedereen zijn achterstand inloopt, dan regent het in 2022 productaankondigingen. Die ‘als’ moeten we echt wel benadrukken, want onder meer de grondstofprijzen (zoals van hout en aluminium) lijken op korte termijn niet te zullen dalen. Daarnaast blijft het voorlopig zo dat je sommige toestellen en producten niet zomaar in de winkel vindt, en zult moeten (voor)bestellen. Dat probleem is echter niet exclusief iets voor de AV-wereld. Ook als je een betere fiets wil kopen, kun je maanden wachten vooraleer hij aan je afgeleverd wordt.
“Muziek is weer een beleving”
Cas Oostvogel, NAD Product Manager, Lenbrook, Nederland.
Een mooie trend is toch wel hoe populair, vooral ook bij jonge mensen, vinyl is geworden. Muziek is weer een beleving: er wordt meer écht geluisterd, en niet alleen maar muziek geconsumeerd. Zie het een beetje als genieten van een fijne maaltijd in een restaurant met een goed glas wijn, in tegenstelling tot het naar binnen werken van een snelle, kleffe burger en bruin suikerwater van een fastfoodketen.
En daar houdt het niet op, geluidskwaliteit in het algemeen is en wordt meer belangrijk. De streaming services zijn een goed voorbeeld: waren het eerst een paar kleine streamingdiensten zoals Tidal en Qobuz die cd-kwaliteit of zelfs beter bieden, nu zijn of komen ook de grote namen aan boord zoals Apple, Amazon en Spotify. Kortom, face the music, vinyl en streaming: Old meets New én New meets Old.
Misschien ook wel door corona dat we meer thuis zijn en daarom betere kwaliteit steeds meer waarderen, maar dan niet op de traditionele manier met grote, zware versterkers en andere apparaten met veel knoppen en draden. Dit is al langzaam aan het wegebben. De trend gaat razendsnel naar klein maar vooral fijn, met streaming geïntegreerd, te bedienen via app en een informatief display. En dat met superieur geluid, gewoon omdat het nu ook kan.
Dat serieuze geluidskwaliteit nu compact kan zijn heeft veel te maken met de versterkerrevolutie die al langer gaande is. In amper 10 jaar tijd zijn klasse D-versterkers nu een serieus en soms zelfs beter alternatief dan A/B. In de komende jaren zien we een versnelde omwenteling komen waarbij klasse D snel de overhand gaat krijgen. Gewoon omdat het op zoveel punten, inclusief klank, klasse AB evenaart en zelfs overtreft, mits goed gedaan.
“Wat is een DAC?”
Wie had vorig jaar verwacht dat net Apple de partij zou zijn die audiokwaliteit op de agenda zou zetten van het grote publiek? En toch is dat zo. Met dank aan de introductie van een groot lossless-aanbod via Apple Music, waardoor heel veel mensen die voorheen nooit nadachten over de kwaliteit van een muziekstream nu opeens daar op werden gewezen. Het is zelfs mogelijk om hires-kwaliteit te streamen via de dienst, al is het niet zo makkelijk om dit af bitperfect af te spelen op je muzieksysteem. Wel opmerkelijk is dat Apple dit alles aanbiedt zonder een prijsverhoging. Een streep door de rekening van de kleinere streamingdiensten die meer aanrekenden voor streams in hogere kwaliteiten. En inderdaad, zowel Qobuz als Tidal zagen zich net voor het jaareinde verplicht om de prijzen van hun abonnementen aan te passen.
Komt de move van Apple verrassend over? Het bedrijf uit Cupertino is natuurlijk al jaren actief bezig met muziek en audio, en heeft meermaals een voortrekkersrol gespeeld. Toen er nog veel muziekbestanden gekocht werden in plaats van ‘gehuurd’ via Spotify en co, was de iTunes Store de grootste verkoper van die bestanden ter wereld. Om dat te worden heeft het de muziekindustrie echt onder druk moeten zetten. De grote platenfirma’s wilden toen helemaal niet goedkoop en onbeveiligd liedjes verkopen.
Apple kocht in 2014 bovendien Beats voor een verbluffende drie miljard dollar en heeft de afgelopen jaren veel geld verdiend aan de verkoop van oortjes en koptelefoons. Toch had niemand verwacht dat de iPhone-bouwer zou inzetten op iets obscuurs (toch vanuit het standpunt van de massa) als ‘lossless’ kwaliteit. De meeste mensen vonden die lossy streams van Spotify prima.
Alles wat je moet weten over DAC’s; digital-to-analog converters
Is dat nu anders? Als je over Jan met de pet spreekt, wellicht niet. De consument in het algemeen gaat niet opeens eisen dat z’n muziek lossless moet zijn. Maar het is goed te herinneren dat Steve Jobs ooit opmerkte dat je nooit producten moet maken die beantwoorden aan wat het publiek nu eist, je moet dingen bedenken die ze gaan willen – nog voor ze dat zelf doorhebben. Hij parafraseerde toen trouwens Henry Ford, die als automobielpionier realiseerde dat als je mensen vroeg wat ze wilden, ze wellicht ‘een sneller paard’ als repliek zouden geven. Hij schonk hen betaalbare auto’s.
Kortom, de stap van Apple heeft vooral een grote signaalfunctie. Andere diensten gaan moeten volgen. We weten bijvoorbeeld dat Spotify ook lossless wil aanbieden. De reden waarom dit in 2021 niet gebeurd is, heeft wellicht te maken met de beslissing van Apple om geen meerprijs te vragen voor die hogere kwaliteit streams. Spotify had gehoopt een duurder lossless hifi-abonnement te kunnen slijten… Dat valt tegen.
In elk geval is lossless streaming via Apple Music mogelijk een trend die mensen wat meer op het belang van audiokwaliteit zal wijzen. Op kleinere schaal is het voor de audiohandel een kans om een breder publiek aan te spreken. Apple raadt immers aan om die hi-reskwaliteit uit je iPhone weer te geven met een externe DAC. Op z’n minst hebben nu duizenden mensen zich achter de oren gekrabt en afgevraagd wat in godsnaam een DAC is.
Helemaal rond je heen
De aandacht vestigen op lossless-audio en hi-res-kwaliteit is niet het enige dat Apple vorig jaar deed. Apple Music biedt sinds 2021 ook heel wat muziek in Ruimtelijke Audio aan – lees: Dolby Atmos. Ok, Tidal deed dat ook al, maar als kleinere streamingdienst was de impact heel wat kleiner. Tidal heeft een geschat abonneeaantal van enkele miljoenen, Apple Music heeft er ergens tussen de 60 en 75 miljoen. Wie een iPhone, iPad of Mac aanschaft, wordt gebombardeerd met reclame voor Apple Music en een try-out van de dienst.
Muziek in Dolby Atmos-formaat beluisteren via Apple Music is niet zo eenvoudig, wat maakt dat het wellicht door minder mensen zal worden opgepikt. Veel audiofielen zijn sowieso wars van muziek in een surroundformaat. De hifi-wereld denkt nu eenmaal in stereo. Maar binnen de muziekindustrie is er toch een aantal believers. Ze geloven dat je met een 3D-surroundformaat zoals Atmos muziek natuurlijker kunt weergeven dan via twee kanalen. Het zit ‘em uiteraard wel in de productie en de mastering.
Overigens, Apple is niet de enige die inzet op muziek in surround. Sony doet dat ook. Maar typisch Sony is dat het Japanse merk kiest voor een ander formaat, 360 Reality Audio. Dat is een afgeleide van MPEG-H, een concurrent van Dolby Atmos die in Azië bij tv-zenders op het menu staat. Maar het heeft zeker niet de draagkracht van Dolby Atmos, die de facto overwinnaar is van de strijd tussen de nieuwe surroundformaten.
Ook DTS:X en Auro 3D zijn vergeleken met het Dolby-formaat behoorlijk niche. Misschien dat het voor DTS nog kan keren met de opkomst van IMAX Enhanced-streams, onder meer via Disney+? Al blijft dat aanbod vooralsnog beperkt tot aanpassingen op videovlak, voornamelijk aspectratio. Dat moet ook wel, want heel wat tv-bouwers ondersteunen DTS:X (en zelfs lagere DTS-codecs) niet langer.
“De toekomst van luidsprekers is digitaal”
Ole Witthøft, oprichter System Audio, Denemarken.
Hoe kunnen we in de toekomst betere luidsprekers maken? Het is een vraag dat de hifi-industrie al sinds 1920 bezighoudt. De dynamische luidspreker is (ondanks beperkingen) een winnende technologie gebleken, een favoriet gebleken van muziekliefhebbers en audiofabrikanten. Ik zie geen reden om te dromen van een revolutie op dit gebied. We zijn al heel ver gekomen met het ontwikkelen van membraammaterialen, akoestische verbeteringen en door te snappen hoe geluid te meten, en zo stap voor stap de luidspreker beter te maken. Maar nu is het tijd om een volgende stap te nemen. Als we de luidspreker nog verder willen verbeteren (en ik denk dat we dat moeten doen), dan is het tijd om een andere richting te kiezen. Nieuwe materialen of passieve onderdelen verbeteren volstaat niet. Enkel digitale technologie. Om te beginnen is digitaal het enige technologische gebied dat constant vooruit beweegt. En belangrijker: digitale technologie kan de dynamische luidspreker verbeteren. Geen enkele passieve speaker kan bijvoorbeeld een frequentierespons tot 20 Hz bezitten. Maar een dynamische speaker met ingebouwde versterker en DSP kan dat wel. Een passieve speaker heeft een aantal non-lineaire passieve onderdelen die het muzieksignaal anders behandelen afhankelijk van hoe luid je speelt. Een DSP staat niet in de weg van geluid, het kan zelfs compenseren voor het non-lineaire gedrag van de drivers.
Als we in de toekomst betere luidsprekers willen maken, gaan we diep moeten ademhalen en realiseren dat we een nieuwe stap moeten nemen. De beperkingen van analoog kunnen we niet fixen met analoge technologie.
De grootste is… Apple
En we blijven maar bij Apple hangen, want dit bedrijf is inmiddels ook de grootste audiofabrikant van allemaal geworden. “Huh?”, we horen het je al roepen. Maar cijfers liegen niet. Volgens een schatting haalde Apple voor zijn audioproducten een omzet van circa 12 miljard dollar in 2020 en wellicht nog meer in 2021. Het gaat dan om allerlei producten, maar vooral de AirPods. Kijk om je heen in de trein en dat klinkt best wel aannemelijk. Je ziet die dingen immers overal. Het enige audiobedrijf dat in de buurt komt van die ene afdeling van Apple is Harman, met een omzet van net geen 8 miljard dollar. Nummer drie, Bose, zit ergens rond 3,6 miljard. Andere partijen, incluis Sound United met verschillende topmerken die allerlei audioproducten bouwen, zitten daar ver onder. Laat staan volbloed-headfi-merken.
Los van het marketingfenomeen ‘Apple’ toont dit goed aan hoe populair draadloze oortjes wel zijn. De AirPods mogen heel succesvol zijn, er zijn genoeg andere merken (zoals Sony, Samsung of JBL) die ook heel veel oortjes van deze type verkopen. De traditionele headfi-liefhebber mag gefocust zijn op luxueuze koptelefoons of in-ears, plus bijhorende apparatuur, de consument maakt andere keuzes. Daar is allemaal niets mee mis en volledig draadloze oortjes zijn handig. Maar er zijn wel vraagtekens die je kunt zetten bij de duurzaamheid van dit alles. Die kleine draadloze oortjes zijn zelden herstelbaar en het is zeer de vraag of de ingebouwde accu’s lang zullen meegaan.
Alles-in-één of apart?
Traditionele hifi-componenten bestaan er nog bij de vleet. Ga je graag met aparte voor/eindtrap, een DAC, streamer en eventueel cd-speler aan de slag? Dat kan. Tegelijkertijd wordt het aanbod alles-in-één-apparaten die opereren onder het motto ‘speakers aansluiten en je bent klaar’ steeds groter. Opvallend bij die toestellen is dat er steeds vaker een HDMI-ingang voorzien wordt. De koppeling met de televisie is dan snel gelegd. Blijkbaar zijn heel wat mensen al heel tevreden met beter stereogeluid tijdens het tv-kijken. Wie trouwens in de tweedeling alles-in-één vs aparte componenten ook een tweedeling gemakzucht vs kwaliteit ziet, vergist zich toch wat. Er zijn verschillende supergeïntegreerde versterkers met hoogstaande versterkingsmodules, bijvoorbeeld van Hypex of Purifi. Kijk maar naar Arcam, Cambridge Audio, Lyngdorf of NAD. Kwaliteit hoeft niet in een grote doos te zitten.
HDMI 2.1
Als het gaat om surroundsystemen is de introductie van een nieuwe HDMI-standaard altijd een belangrijk gegeven. Die HDMI-verbinding is immers het raakvlak met beeldtechnologie, zowel aan bron- als displayzijde. Dat het verschijnen van HDMI 2.1 en televisies met die standaard aan boord zou leiden tot een reeks nieuwe audiotoestellen stond in de sterren geschreven. Maar deze keer is het toch wat anders gelopen dan verwacht. De gewoonlijke stortvloed aan soundbars en vooral AV-receivers met de nieuwe HDMI 2.1-technologie aan boord is er amper geweest. We zijn nu meer dan twee jaar na de introductie en toch moet je goed zoeken naar producten die helemaal up-to-date zijn. De redenen daarvoor zijn legio. Je zou bijna van een perfecte storm kunnen spreken. Aan de voorraadzijde speelde vorig jaar al het tekort aan HDMI 2.1-chipsets mee die volledig compatibel waren met de weinige HDMI 2.1-bronnen – lees: de Xbox Series X en de PlayStation 5. Er zijn weinig leveranciers van die dingen en het bleek toch moeilijker dan verwacht om volledig compatibele HDMI-borden (zoals gebruikt in de AV-receivers) te produceren. Dat was de situatie net voordat corona toesloeg, daarna volgende een reeks calamiteiten waardoor er tekorten waren aan componenten, fabrieken die nieuwe audiotoestellen maar met mondjesmaat konden produceren en aanzienlijke logistieke problemen. Als de meeste elektronica in Zuid-Oost Azië geproduceerd wordt, komt een crisis in containervervoer hard aan.
Tegelijkertijd lijkt de grote vraag naar HDMI 2.1-klare apparaten er eigenlijk niet te zijn. Dat komt misschien wel omdat de use case niet zo overtuigend is als bij de vorige wissel van een HDMI-standaard. Door van HDMI 1.4 naar HDMI 2.0 te gaan, ging je van Full HD naar 4K met HDR. Dat verschil zag je. HDMI 2.1 effent vooral de weg naar 4K aan 120 frames en 8K aan 60 frames. Nu, maar ook niet in de nabije toekomst, is er geen zicht op filmcontent in die kwaliteit. Noch bij streamingdiensten, noch bij fysieke dragers. Ultra HD Blu-ray-schijven kunnen maximaal 4K/60 bieden (wat nog afgedekt wordt door HDMI 2.0, trouwens). En zelfs dat is theorie, want tot dusver zijn er maar twee titels verschenen die echt die hoge framerates hanteren: ‘Billy Lynn’s Long Halftime Walk’ van regisseur Ang Lee en zijn bekendere actiefilm ‘Gemini Man’ met Will Smith. Naast Peter Jackson is Lee ook een van de weinige Hollywood-namen die echt filmt in een hoge framerate (120 fps!). En die gamers dan? Die konden nergens zo’n PS5 scoren.
Kortom, voor de consument is de enige bron van die soort resoluties en framerates zijn de twee next-genconsoles van Microsoft en Sony. We durven voorspellen dat op dat vlak in 2022 niets aan gaan veranderen. Hoogstens gaan er meer gametitels verschijnen die effectief dergelijke niveaus halen – want niet elk spel op die nieuwe consoles scheert zo’n hoge toppen.
HDMI eARC: dit moet je weten over de opvolger van HDMI ARC
Actief in surround?
Actieve speakers zijn luidsprekers met ingebouwde versterking. En steeds vaker geldt dat streaming ingebouwd is en dat er een HDMI-ingang voorzien wordt. Sommigen in de audio-industrie geloven dat actieve speakers de toekomst zijn, omdat je dan als ontwerper de hele audioketen onder controle hebt. Je kunt een beter geluid uit een actieve luidspreker halen omdat je de versterker en DSP perfect kunt afstemmen op de drivers, luidt het. Er is zeker een grote interesse in dergelijke producten bij de consument, maar zoals altijd gaat het niet zo snel als iedereen had verwacht of gehoopt. In 2022 zal je vooral actieve speakers zien uitbreiden richting surround. De meeste moderne actieve speakers zijn gericht op stereo, maar onder meer Canton en DALI maken het al mogelijk om uit te breiden naar een surroundopstelling. Zij zullen niet de laatsten zijn.
Vinyl is here to stay
De verkoop van draaitafels zit enorm in de lift en je kunt niet ontsnappen aan de vele special edition vinyluitgaves. Record Store Day-releases zijn uitverkocht nog voor je tijd hebt om naar je lokale platenboer te hollen. Subjectief hebben we de indruk dat de kwaliteit van betaalbare platenspelers echt wel beter wordt. En dat is wel positief, want genoeg (jonge) muziekliefhebbers zijn de voorbije jaren met rommel opgescheept geweest die via hippe kanalen werd aangeboden (zoals kledingwinkels…). De stijgende grondstofprijzen gaan wel misschien een grotere impact hebben op de prijzen van spelers.
“Uitdagend maar ook positief”
Anders Ertzeid, merkambassadeur Hegel, Noorwegen.
Ik geloof dat 2022 voor de audio-industrie een zeer spannend jaar zal zijn. Langs een kant hebben we kunnen profiteren van de effecten die voortvloeien uit het feit dat zoveel mensen moesten thuisblijven, terwijl we ook moesten worstelen met de tekorten op vlak van onderdelen en transport. 2020 en 2021 waren tegelijkertijd heel uitdagend maar ook positief voor de hifi-industrie. Ik geloof dat 2022 het begin van het einde van die periode gaat betekeken. Een nieuw normaal gaat ontstaan, wat dat ook mag worden. Maar als je dan zoekt naar het ene ding dat in deze industrie 2022 zal definiëren, zou ik zeggen: de schaarste op vlak van onderdelen en grondstoffen.
Doe maar alles
Het was nog niet zo lang geleden dat de liefhebber van beter geluid moeilijke keuzes moest maken als hij een apparaat met streaming wilde. Het was altijd giswerk als je een toestel zocht die op langere termijn zou blijven werken. Veel merken kozen immers voor één streamingtechnologie. Vaak zelfs voor een die ze zelf hadden ontwikkeld. Vooral dat laatste bleek toch vaak een foute keuze. De meeste hifi- en audiobedrijven hebben niet de slagkracht om zelf een streamingplatform te creëren en de bijhorende app up to date te houden. Software-ontwikkeling blijft iets uitdagend voor de meesten. Enkel enkele uitzonderingen, zoals Bluesound en Sonos, kunnen die kost aan. Koos een merk voor een extern platform (zoals AirPlay bijvoorbeeld), dan was het ook een gok. Je weet nooit dat een bepaald platform bij een volgende besparingsronde bij een techgigant naar de vuilbak zou worden verwezen. Zie maar het voorbeeld van audiobedrijven die toestellen ontwikkelden rond de Chromecast Audio – en Google toen plots besloot om dat product te schrappen.
Wellicht daarom dat de meeste audiobedrijven nu op veilig spelen en zo veel mogelijk platforms proberen te ondersteunen. Dat betekent dat je tegenwoordig bij een streamer, draadloze speaker of versterker met streaming altijd een handvol streamingopties krijgt. Bluetooth is de universele (maar minder goede) optie, AirPlay 2 en Chromecast zijn ook bijna altijd van de partij. Er zijn hier en daar nog kleinere alternatieven, zoals Play-Fi, maar echt populair zijn ze niet. Wie mikt op een audiofielere publiek, zorgt zeker voor Roon-ondersteuning. Hoewel deze audiofiele software behoorlijk duur is, werkt het zo goed dat relatief veel hifi-liefhebbers er voor kiezen. Enkele merken bieden daarnaast – maar nooit alleen – nog een eigen app. Het blijkt immers dat er niet zoiets bestaat als De Gebruiker. Sommige mensen vinden het fijner om hun muziek te kiezen in de app van de streamingdienst (zoals bij Chromecast en AirPlay 2), anderen werken toch liever vanuit een toegewijde app (zoals bij Sonos of Bluesound). De fabrikant die slim is, biedt alle opties. Dat is ook voor de consument weer wat minder keuzestress.
Reacties (2)