Met de H390 presenteerde Hegel de langverwachte opvolger van de geliefde H360-versterker. Het is een forse upgrade geworden, gebouwd op dezelfde nieuwe motor die de machtige H590 aandrijft. Hegel doet hier eigenlijk iets heel gevaarlijk, want de lager geprijsde H390 zit dat groot vlaggenschip dicht op de hielen.
Hegel H390
De H390 was de derde geïntegreerde versterker die Hegel uitbracht op basis van zijn nieuwste hardwareplatform, na de H190 en H590. Later volgden er nog de H120 en H95. Bij dat platform is er een sterrol weggelegd voor de update van SoundEngine, het unieke versterkerontwerp van de Noren, en nieuwe DAC- en streamingluiken. Zoals je van de naam kunt afleiden is dit toestel de opvolger van de bejubelde H360, voorheen het absolute topmodel van Hegel.
Inmiddels is het verhaal wel wat anders, want in 2019 werd de spectaculaire H590 gelanceerd als nog hoger topmodel. Met zijn prijskaartje van circa 10.000 euro en een vermogen van 2 x 301 Watt (een gek cijfer, maar dat is ook Noorse humor, vermoeden we) is dit echt een monster van een versterker die gebouwd is om alle mogelijke luidsprekers aan te sturen. De H390 die we in deze test bekijken is technisch nauwelijks minder interessant. Er zit heel veel van de techniek van de H590 onder de motorkap van dit toestel en met 2 x 250 Watt (bij 8 Ohm belasting) is de H390 ook niet bepaald een doetje. Tel daar nog de nieuwe DAC en een vernieuwd streaminggedeelte bij, en dit toestel wordt wel héél intrigerend. Vooral als je weet dat de H390 een kleine 4.000 euro goedkoper is dan de H590.
SoundEngine 2
De kern van Hegel is de SoundEngine-technologie, een techniek om de vervorming die ontstaat tijdens het versterken van geluid te elimineren. Die vervorming is er altijd, want enkel op papier kan een audiosignaal van een bron versterkt worden zonder dat er iets aan wordt toegevoegd. In de realiteit ‘kleurt’ elke klasse AB-versterker hierdoor het geluid, al zal een high-end product dat (hopelijk) veel minder doen dan een goedkoop apparaat. De gain-componenten die instaan voor het versterken hebben nu eenmaal bepaalde eigenschappen en zijn nooit echt neutraal. Ontwerpers zijn zich uiteraard allang bewust van dit probleem, en passen verschillende technieken toe om die vervorming te verwijderen. Maar meestal zijn dat negatieve feedback-technieken die de vervorming waargenomen aan het einde van de versterker ‘terugsturen’ naar het begin van de versterkingsmodule om het daar van het audiosignaal af te trekken. Het probleem is dat er een zekere vertraging zit op dit proces, waardoor het signaal om de vervorming te verwijderen niet helemaal overeenkomt met de vervorming die op dat moment ontstaat. Het anti-vervormingsgeluid holt wat achter op het audiosignaal. Dit zorgt vooral in het tijdsdomein voor problemen. Maar er zijn ook andere kwesties verbonden met deze aanpak, zoals meer vervorming bij hogere frequenties en hoogfrequent lawaai dat via de luidsprekerkabels wordt opgevangen en weer de versterker ingestuurd.
Net dat allemaal wou Hegel-oprichter Bent Holter bestrijden. Zijn onderzoek dat leidde tot het SoundEngine-design was meteen ook het beginpunt van Hegel. SoundEngine werkt met een feedforward-systeem, waarbij een analoge computer doorlopend de vervorming meet die uit een versterkingsmodule komt en antigeluid creëert dat perfect de vervorming spiegelt. Dit antigeluid wordt dan op de output toegepast zodat enkel het oorspronkelijke audiosignaal overblijft, zonder de minste lag. Hegel vergelijkt het met hoe een noise-cancellinghoofdtelefoon functioneert, een vergelijking die eigenlijk wel steekhoudt. SoundEngine is in elk geval waarom Hegel-versterkers zo ongelooflijk strak en snel klinken. De zaken die bepaalde rivaliserende versterkers slomer doen klinken en minder accuraat zijn hier afwezig. Een bijkomend voordeel van de Hegel-architectuur is dat versterkers als de H390 enorm dempen. De dempingsfactor van 4.000:1 zorgt ervoor dat luidsprekers minder natrillen en dus accurater klinken.
(Bijna) Roon Ready
Onder de motorkap van de H390 zit fascinerende techniek, maar wat ons betreft Hegel helemaal boeiend maakt is hun frisse, moderne kijk op wat een versterker moet kunnen. Hoewel de Noren ontegensprekelijk audiopuristen zijn – je hoeft maar een presentatie van merkambassadeur Anders Ertzeid bij te wonen om dat te realiseren – bouwen ze wel toestellen die niet enkel voor de audiofiel in huis bedoeld zijn. Net zoals de andere Hegel-versterkers komt de H390 daarom met een keur aan streamingopties ingebouwd, zowel voor de veeleisende luisteraar als voor mensen die gewoon even zonder gedoe wat muziek willen afspelen. Je kunt bijvoorbeeld MQA-bestanden afspelen over USB of via DLNA, maar even goed een leuke playlist via Spotify. Apple-gebruikers kunnen daarnaast via Airplay alle mogelijke audio in lossless cd-kwaliteit doorsturen.
Wat je niet zal vinden voor de H390 is een eigen Hegel-app. Het merk gelooft nogal sterk dat audiobedrijven zich beter richten op het audiogedeelte, en app-ontwikkeling aan anderen overlaten. Je kan dus met allerlei apps de versterker bedienen en je kunt het besturen over IP, waardoor integratie met smarthomesystemen makkelijk te realiseren is. Het pad dat Hegel insloeg met de smarthome-vriendelijke Röst wordt dus verder bewandeld.
Voor het streamen van eigen bestanden is de beste optie een DLNA-spelerapp op de kop te tikken, zoals Glider (iOS) of BubbleUPnP (Android). Het voordeel aan die laatste is dat het niet enkel eigen muziekbestanden streamt van een NAS naar de Hegel; dankzij een slimme tweak kan BubbleUPnP ook gewoon vanaf Tidal of Qobuz streamen. Hegel zelf raadt ook mConnect aan, een gratis app die ook zijn pluspunten heeft.
Hoewel de H390 op streamingvlak veelal hetzelfde lijkt als de H360, zijn er toch belangrijke nieuwigheden. Dat komt omdat de nieuwe Hegel-versterkers een verbeterd streaminggedeelte bezitten dat veel meer mogelijk maakt. De ondersteuning voor MQA is daar een element van, naast de mogelijkheid om updates online uit te voeren. Mooi, maar nog beter is dat er een update gepland is om de H390 Roon Ready te maken. Liefhebbers van de audiofiele software kunnen daardoor heel makkelijk muziek streamen in de hoogste kwaliteit. Het is een mogelijkheid die we ook verwachten in dit prijssegment. Wanneer de update juist verschijnt, is nog onbekend. Dat klopte toen deze review in 2020 werd geschreven (het verscheen oorspronkelijk in FWD76) en geldt nog altijd in 2021. Het Noorse bedrijf heeft onder meer door corona qua software-ontwikkeling veel tegenslag gehad, maar zegt nu dicht te staan bij het vrijgeven van de Roon-update. Tot dan kunnen Roon-adepten nog streamen via AirPlay (wat door Roon ondersteund wordt) of via de USB-ingang.
Nieuwe DAC
De H390 komt met een ander DAC-gedeelte dan zijn voorganger, nu gebaseerd op de Asahi Kasei Microdevices (AKM) AK4490-chip. In principe bevat deze versterker dus dezelfde DA-convertor als de grote H590, maar bij die überversterker werd de AKM-DAC intern in een apart compartiment geplaatst om echt alle interferentie te vermijden. Die extra stap is niet voor iedereen zo relevant, maar als je echt mikt op de echte high-end kan het wel een verschil maken. Bij de H390 ervaren we het DAC-luik echter niet als tekortschietend. Het klinkt prima. We moeten toegeven: we zijn ook wel fan van de ‘Velvet Sound’ van AKM. De implementatie van een DAC-chip is echter ook heel bepalend. Hegel volgt hierin een zeer puristische filosofie. Er wordt bijvoorbeeld niet aan interne upsampling gedaan en de klok die de DAC aanstuurt schakelt lager als je hem met muziekbestanden in een lagere resolutie voedt.
Dankzij de AKM-chip kan de Hegel-versterker de meeste hi-res audio aan, zowel qua PCM-audio als DSD-stromen. Wie van MQA houdt, vindt ook zijn gading. De H390 is een van de weinig versterkers die MQA-streams kan verwerken op de S/PDIF-ingang, niet enkel via de USB klasse B-poort. Voor de Europese hifi-liefhebber misschien niet zo cruciaal, maar in Japan worden er wel relatief veel muziek-cd’s met MQA-bestanden uitgebracht en afgespeeld op spelers die via een optische kabel verbonden worden.
Er wordt altijd veel aandacht besteed aan het digitale luik van Hegel-versterkers, maar je kunt uiteraard ook analoge bronnen aansluiten. De Noren geloven wel heel sterk dat je vooral die DAC van de H390 moet omhelzen, en daarom voorzien ze drie optische ingangen, een coaxiale, een BNC-connector en een USB klasse B-poort. Wil je toch de DA-convertor van je brontoestel gebruiken, dan zijn er twee analoge cinch-paren en een paar XLR-ingangen om een bron gebalanceerd te koppelen. Aan de achterkant zal je ook aparte cinch-uitgangen vinden, met een vast en variabel uitgangsniveau. Ongewoner is die digitale BNC-uitgang. Kortom, je kunt de versterker netjes integreren in een home theatre-opstellen en wel wat bronnen aansluiten – maar voor een draaitafel zal je wel nog een aparte phono-stage moeten voorzien.
Minimalisme uit Oslo
Het is veelzeggend dat we het tot nu vooral over de technische kant van de H390 hebben gesproken en niets vertelden over het uiterlijk. Meestal proberen we het design eerst te behandelen, want dikwijls is het net het oog dat eerst verleid wordt, pas daarna het oor. Bij de H390 zit dat wat anders, net als bij de rest van de Hegel line-up. Dat komt vooral omdat Hegel in de basis een ingenieursbedrijf is dat in de eerste plaats technische uitmuntendheid nastreeft, maar eveneens omdat het qua industrieel design een soort Noorse minimalisme nastreeft. Het bedrijf verkiest een sobere, understated designtaal die je niet probeert in te pakken met vele lichtjes of grote VU-meters. Er is een groot OLED-display, aan weerszijde geflankeerd door twee grote knoppen. En dat is het. Zelfs de aan/uit-knop is uit het zicht geplaatst. Niet achteraan, zoals vaak, maar aan de onderkant vooraan. Gelukkig staat de versterker op solide, vibratieafremmende pootjes, zodat je probleemloos met je hand onder het toestel kunt.
Ondanks onze voorliefde voor excentriek ontwerpen genre Chord en Devialet, spreekt Hegels strakke designtaal ons wel aan. Wellicht omdat de H390 gewoonweg beter in een woonkamer staat dan de meeste hifi-apparaten. Het design is koel maar gecontroleerd, en gemaakt om in een interieur te passen zonder het te verstoren. Ja, je moet al goed kijken om de verschillen te zien tussen de H190, H390 en H350 (of zelfs oudere Hegels), net zoals je een beetje een kenner moet zijn om de verschillende BMW-modellen uit elkaar te houden. Maar zoals bij de Beierse autobouwer wil dit niet zeggen dat de Hegel-versterkers een luxe-uitstraling ontberen. De H390 pakt uit met een zeer goede bouwkwaliteit en pronkt met een zwarte poederlak die heel wat krasongevoeliger is dan de glanslakken of gepolijste oppervlaktes waar andere merken warm voor lopen. De H390 is met zijn 22 kg ook wel echt een heftig ding. Dat kun je ook stellen over de karakteristieke Hegel-afstandsbediening, die helemaal bij het geheel past. Hier geen goedkope kunststoffen doos die achteraf snel bijbesteld werd. De Hegel-remote is een zware, metalen staaf met fijne knopjes die bijzonder goed reageren. Gewoon niet laten vallen op je glazen salontafel.
Oneindige controle
In een zeker zin is een Hegel-versterker reviewen altijd wel zeer uitdagend. Het expliciete doel van die dekselse Noren is immers een versterker bouwen die echt weinig kleurt (lees: vervormt). De H390 is dan ook zeer sterk in het verdwijnen uit het weergaveverhaal. Dat klinkt bijna als een minpunt, maar het is echt wel een plus voor de kritische luisteraar. Met de Hegel-versterker luister je naar je bron(materiaal) en naar je luidsprekers. Dat is voor de audiofiel die doordachte keuzes maakte op die vlakken een goede zaak, want hij krijgt te horen waar hij voor gekozen heeft. Het maakt wel dat soms de match niet helemaal goed werkt of emotieloos overkomt, waarschijnlijk omdat de aangesloten luidsprekers net wel wat kleuring nodig hebben. Soms is het zelfs wat confronterend; met de H190 die we eerder bekeken realiseerden we dat er bij ons muzieksysteem op bepaalde vlakken toch wat werk aan de winkel was.
Met goede speakers is het huwelijk met de H390 echter wel vaak geslaagd, heel eerlijk ook. In sommige landen (zoals de Benelux) wordt Hegel samen met KEF verdeeld, waardoor je die combinatie vaak hoort op shows en bij dealers. Het moet gezegd worden: de twee gaan goed samen, wat we ook merkten toen we de H390 koppelden aan de KEF R3-speakers die we in de testruimte hebben staan. Op tracks als ‘Angel’ van Massive Attack of ‘coelacanth’ van deadmau5 overtuigt de versterker met een absolute controle over de KEF’s, waardoor de intense en taaie baslijn van Angel nooit ontspoort. Zowel voor luidsprekers als versterker is dit echt wel een uitdaging van jewelste omdat de bassen zo diep duiken en genadeloos blijven komen, terwijl de vocals, gitaarlijn en de snaardrum voor heel wat complexiteit zorgen. Het kan snel een zootje worden, maar de strakke timing van de H390 laat de R3’s strak in het gareel lopen. Eerlijk: voor hun prijs zijn de KEF-speakers vanuit een technisch standpunt spectaculair goed. Ook op onze Focal Sopra N°2’s – een heel andere klank – zijn de talenten van de H390 meteen evident. De Sopra’s zijn an sich niet enorm moeilijk aan te sturen, maar komen in het laag pas goed los met een versterker die over de nodige reserves beschikt. Met de H390 niet echt een probleem, want de diepe dreunen die de artillerie voorstellen bij ‘War Anthem’ van Max Richter donderden door de kamer. De helder-als-water-aanpak van Hegel geeft ons ook een van de eerlijkste weergaves van het Focal-geluid dat we ooit hoorden, wat het prachtige cello- en pianowerk op ‘Eyes Shut’ van Alice Sara Ott en Olafur Arnalds diep en intens tot zijn recht laat komen. De enorme controle en de goede timing van de Hegel-versterker zorgen er bovendien voor dat er geen blurring is, waardoor informatie die te maken heeft met positionering in de ruimte goed doorkomt. De immense ruimte waarin Ott en Arnalds lijken te spelen, kun je zo visualiseren, terwijl je zelfs die heel zachte bijgeluiden van de piano (zoals de beweging van de hamers) kunt waarnemen. Het is een prachtige opname die de Hegel H390 compromisloos neerzet.
Conclusie
Hoewel de H390 niet het topmodel van Hegel is, zegt dat meer over de kolossale spierbundel die de H590 is dan over deze lager geprijsde (maar nog altijd premium geprijsde) versterker. Zou de H590 er niet zijn, dan zou niemand eraan twijfelen om de H390 de status van topmodel toe te kennen. Het is een zeer krachtig en gecontroleerde versterker die moeiteloos uitdagende luidsprekers kan aansturen op een manier die niets minder dan high-end is. Qua streamingfuncties heb je niet enkel veel om uit te kiezen, maar bovendien is het platform in volle ontwikkeling. De toevoeging van Roon – hopelijk binnenkort – vormt de kers op de taart.
10.0
Beoordeling Hegel H390
Pluspunten
Streamingopties, zowel voor audiofielen als mainstream
Verbeterde DAC
Ultieme controle en eerlijkheid
Waanzinnig veel vermogen
Premiumprestaties voor een (relatief) lage prijs
Minpunten
Geen phono-ondersteuning
Nog altijd wachten op Roon-ondersteuning
Legt tekortkomingen in speakers bloot
Beoordeling Hegel H390
Hoewel de H390 niet het topmodel van Hegel is, zegt dat meer over de kolossale spierbundel die de H590 is dan over deze lager geprijsde (maar nog altijd premium geprijsde) versterker. Zou de H590 er niet zijn, dan zou niemand eraan twijfelen om de H390 de status van topmodel toe te kennen. Het is een zeer krachtig en gecontroleerde versterker die moeiteloos uitdagende luidsprekers kan aansturen op een manier die niets minder dan high-end is. Qua streamingfuncties heb je niet enkel veel om uit te kiezen, maar bovendien is het platform in volle ontwikkeling. De toevoeging van Roon – hopelijk binnenkort - vormt de kers op de taart.
Reacties (0)