Review: Polk Reserve-speakers in surround – High-end techniek, betaalbare toppers

Een hele opstelling

Een surroundopstelling ter test ontvangen is altijd een onderneming. Zeker in dit geval, want Sound United stuurde een volledig 5.x.4-opstelling op, goed voor twee grote pallets die door de koerier voor de deur werden afgeleverd. We ontvingen de R600-vloerstaanders, de R100-boekenplankspeakers en vier R900HT-speakers die je kunt gebruiken als hoogtespeakers tegen het plafond aan of als Dolby-luidsprekers die je bovenop je Reserve-luidsprekers op oorhoogte plaatst. Het geluid van de hoogtekanalen die kenmerkend zijn voor Dolby Atmos en DTS:X worden dan naar boven uitgestraald en van het plafond weerkaatst naar je zitplaats. Via een schakelaar achteraan op de R900HT geef je aan in welke rol je ze gaat inzetten. Uiteraard moet je ook bij je AV-receiver goed instellen welke type speakers je gebruikt voor de hoogtekanalen.

Bij onze Denon AVR-X6300H bijvoorbeeld, moet je bij weerkaatsende Dolby-speakers ingeven hoeveel de afstand naar het plafond bedraagt. Voor onze test opteerden we om de R900HT’s als Dolby-speakers te gebruiken – voornamelijk omdat onze vaste Dali-hoogtespeakers moeilijk zomaar vervangen kunnen worden door andere exemplaren. Wel zijn we van mening dat als je kunt kiezen tussen speakers hoog aan de muur/in het plafond of Dolby-speakers, je best voor die eerste optie gaat.

Twee centers

Polk wou ons bovendien de gelegenheid geven om het verschil te horen tussen twee heel andere centerspeakers uit de Reserve-lijn: de R350 en de R400. Het zijn inderdaad twee heel verschillende apparaten. Of liever, ze passen in verschillende situaties. De R350 is lang en slank, eerder bedoeld om te passen in de ruimte tussen een tv op de muur en een tv-meubel. Het is een gesloten design en komt met beugels voor muurmontage, waardoor je hem netjes onder een scherm kunt plaatsen. Ook dicht bij de muur. De R400 is dan weer een forsere centerspeaker die geschikt is voor ‘echte’ thuisbioscopen. Omdat het andere baspoorten bezit is het toch eerder bedoeld om op een tv-meubel of een stand wat verder van de achterliggende muur geparkeerd te worden – al kan het wél als je op de AV-receiver het nodige doet om de mogelijk te heftige bassen te compenseren. Het duel tussen de twee centers is in elk geval boeiend gebleken. Elke luidspreker in een surroundopstelling heeft een rol te spelen, maar de center is wat ons betreft echt cruciaal. Een belangrijk deel van het filmgeluid zit namelijk in het middenkanaal. Denk bijvoorbeeld aan de meeste dialogen, maar ook alle geluidseffecten die centraal on-screen en bij close-ups plaatsvinden. En ja, uiteraard ondersteunt de subwoofer altijd ook de middenspeaker, maar het is wat ons betreft toch beter als de center eveneens in staat is om ook lagere frequenties zelf weer te geven. Kortom, omdat de R400 meer kastvolume en baspoorten heeft, zal die vast ook beter presteren. Maar met zijn hoogte en vorm zal het niet altijd makkelijk zijn om te plaatsen onder een tv.

Overigens – en dat toont aan dat thuisbioscoopgebruik echt hoog op het menu staat – vind je in de Reserve-familie nog een derde centerspeaker, de R300. Deze is nog compacter, maar hebben we dus niet getest. Het is in elk geval niet vaak dat we een luidsprekerfamilie zien waarbij er meer of evenveel centermodellen zijn dan vloerstaanders of boekenplankspeakers. Als we daarover Sound United aanspreken, krijgen we te horen dat dit te maken heeft met de ambitie om overal ter wereld het juiste aanbod te hebben. In sommige landen wonen mensen kleiner en zijn compactere thjuisbioscoopopties noodzakelijk. De R350 kan trouwens als een LCR gebruikt worden; je kunt hem dus verticaal of horizontaal tegen de muur plaatsen, rond je televisiescherm.

Legendarische techniek

Bij het uitpakken van de R600 vallen meteen op dat er al een metalen voet met dempende voetjes gemonteerd is. Meestal moet je dat zelf aanbrengen, hier dus niet. Als we de speaker even ondersteboven leggen – geen vrees, we hebben een hoogpolige mat in de testruimte – zien we echter meteen waarom. De R600 heeft geen baspoort voor- of achteraan, zoals de meeste vloerstaanders. Wel is er aan de onderkant een grote opening waarlangs lucht naar buiten kan komen. De vooraf gemonteerde voet zorgt dat de speaker voldoende ver van de ondergrond blijft. Het is daarnaast gewoon deel van de hele poortconstructie die Polk PowerPort 2.0 noemt. De poort van de Reserve-luidspreker heeft immers een speciale vorm, incluis een soort ‘pin’ of buis die naar binnen wijst. Het is iets slim, getuned om de resonantiefrequentie van de poort en de kast tegen te werken. De typische blaasgeluiden (chuffing) die ontstaan als er luid wordt gespeeld en er veel lucht uit een baspoort komt, zou hier niet mogen optreden. Een simpelere X-Port-vorm van de PowerPort zien we ook terug bij de R100, maar dan achteraan. Bij het opstellen merken we dat terwijl je de R600 zelfs heel dicht bij de muur kunt plaatsen, de R100 toch wel meer plaatsingsgevoeliger is. Maar die X-Port laat de kleine boekenplankspeaker – als we hem even in stereo aansluiten – wel indrukwekkend spelen.

Nu zwart, later wit

Alle Reserve-speakers zijn, zoals het hoort, op dezelfde manier afgewerkt. De surroundopstelling past dus goed bij elkaar, waardoor je woonkamer niet volstaat met uiteenlopende design. Gegeven hun prijspunt is Polk erin geslaagd om er iets heel fraai van te maken en in te pikken op de nieuwste interieurtrends. Over de kasten is een wat mattere, iets ruwere vinyllaag gelegd, en dat helemaal naadloos. Zelfs over de afgeronde hoeken heen, wat de Reserves een moderner uiterlijk geven. Hoewel er ook witte edities gaan verschijnen, zijn momenteel enkel de zwarte uitvoeringen van de Polks beschikbaar.

De Reserve-speakers komen best wel chique over, zowel qua algemene indruk als in de details. De luidsprekerroosters hangen magnetisch op bijvoorbeeld, en bestaan uit een donkergrijs Scandinavisch-aanvoelend stofje. Normaal laten we de roosters in de doos, maar in dit geval oogt de speaker mooier met. Achteraan vind je ook solide luidsprekerterminals. Enkel bij de R900HT’s is het een beetje knoeien om bekabeling aan te brengen. Dat heb je wel vaker bij deze type speakers, net omdat ze desgewenst aan de muur moeten hangen.

Vooraleer de roosters aan te brengen bewonderen we wel even de bijzondere tweeter die Polk toepast. Het is een dometweeter, maar niet een standaardmodel. Het geheel zit wat dieper in een waveguide, met een heel spits uitsteeksel in het midden. Je moet oppassen dat je deze ‘pinnacle’ niet per ongeluk induwt of beschadigd, in het bijzonder bij de R900HT-hoogtespeakers. Waarom de spitse vorm? De pinnacle zorgt samen met die surround voor een betere, egalere verspreiding van de hogere frequenties.

Even opvallend zijn de midrangedrivers. Of eigenlijk hun conus, uitgevoerd met een merkwaardig reliëf dat Polk de Turbine Cone noemt. Oogt bijzonder, maar het is niet gedaan om op te vallen. Dat is een bonus. De ontwerpers kozen voor deze conus met oneffenheden omdat ze daardoor stijver worden en beter op-en-neer als pistons bewegen. Dat heb je nodig voor een natuurlijke weergave van instrumenten en geluid. Plus, door de Turbine-uitsteeksels wordt resonantie rond 5,5 tot 6 kHz vermeden.

Wat meer vermogen is welkom

We regelen de Reserve 5.x.4-opstelling, aangevuld met een Monitor Audio Silver W12-subwoofer, in met Audyssey op de Denon AVR-X6300H-receiver die vast in de testruimte staat. Als bron grijpen we tegenwoordig vaak naar de Apple TV 4K. Maar omdat die soms een merkwaardige bug toont waarbij het centerkanaal niet wordt doorgegeven, betrekken we ook de Oppo UDP-203 en de Xbox One X. Dit alles is verbonden met de Sony KD-65A9 in de testruimte. Een ding dat we snel merken tijdens het testen is dat de Polks wel graag wat vermogen hebben. De Denon-receiver is niet van het minste, maar toch moeten we hem verder dan normaal opendraaien om een hoger bioscoopniveau te halen. De relatief lage gevoeligheid van de vloerstaanders en centerspeaker heeft daar vast iets mee te maken. Kortom, het is zeker geen slecht idee om een Reserve-surroundopstelling te huwen met een krachtigere AV-receiver.

Met dat in het achterhoofd beginnen we met het instellen en tweaken van de surroundopstelling. De rear-kanalen stellen we toch iets stiller in dan wat Audyssey verkiest, dat is de voornaamste aanpassing. We krijgen snel een homogeen klinkende surroundveld, de Reserve-speakers passen qua tonaliteit bijzonder goed bij elkaar. Een basisvereiste voor een surroundspeakerset is dat.

We doorlopen altijd verschillende surroundfragmenten bij het testen, maar we zoomen even in op de geweldige ‘Captain Marvel’ (Dolby Atmos, Disney+) De Marvel-films hebben niet altijd de beste surroundmixes – soms is het surroundveld te plat, ontbreekt dynamiek en is het niet driedimensioneel genoeg. Bij deze film uit 2019 zit de mix wel heel goed. Het combineert een omhullend geluidsveld met goed gepositioneerde effecten die net té expliciet zijn, en dat past wel bij het overdreven, hectisch actiegevoel van het genre. De Polks passen goed bij deze aanpak waarbij sfeer primeert op spektakel. De hoogte-effecten vloeien bijvoorbeeld naadloos over in het surroundveld op oorhoogte, en de integratie tussen L-C-R is prima. Zelfs met de R350 worden de dialogen behoorlijk vol neergezet. De R400 is inderdaad wel een stukje overtuigender, maar het verschil valt eigenlijk wel mee.

Na het bekijken van meer content, waaronder de ondergewaardeerde ‘For All Mankind’ (Dolby Atmos, Apple TV+), zijn we tevreden over de coherente en ietwat beleefde presentatie van de Polks. Dat ‘beleefde’ moeten we misschien even uitleggen. Op eerste gehoor komen de Reserves wat teruggetrokken en een tikje donker over, maar dat is misschien wel omdat we daarvoor met wat fellere Focals aan de slag waren. Ze bieden ook iets anders dan pakweg de sprankelende 700-reeks van Bowers & Wilkins. We moesten dus even wennen aan het nieuwe Polk-geluid, die zeker niet helder is maar ook niet lijdt onder overvette bassen. Voor een deel is dat persoonlijke smaak, maar op langer termijn is dit Polk-geluid volgens ons authentieker en oorvriendelijker.

Atmos-muziek

Een van de redenen waarom we de Apple TV 4K graag in onze testtrack houden: het speelt het Dolby Atmos-aanbod van Tidal af. De streamingdienst is zowat de enige die echt muziek in het Atmos-formaat pusht, met als recente toevoegingen de filmmuziek uit Star Wars gecomponeerd door John Williams. Ook het recente ‘John Williams in Vienna’-album is er in het 3D-audioformaat te horen. Dat moeten we dus wel (opnieuw) beluisteren op de Polks. Naast de bekende Star Wars-deuntjes is op dit album ‘Devil’s Dance’ (uit ‘The Witches of Eastwick’) een favoriete track, en helemaal met Anne-Sophie Mutter aan de viool. De Polks tonen zich bij deze tracks van hun beste kant. De cleane maar toch krachtige bassen zorgen voor een goede ondersteuning van de orkestrale werken, en de R900HT’s bovenop de R600 leveren een ruimtelijke impressie die heel overtuigend is. Zelfs in Dolby speakermodus krijgen we veel mee van de Weense concertzaal. Williams houdt wel van jachthoorns en koperblazers, en die worden door de Polks wel heel dynamisch en vol neergezet.

Helaas zijn niet alle Atmos-muziekmixes even indrukwekkend. Gregory Porters’ ‘All Rise’ benut bijvoorbeeld niet de volle mogelijkheden van een 3D-ruimte, terwijl bij de Atmos-versie van het album van Lianne La Havas we wel tevreden luisteren naar de knappe vocals van de Britse zangers die uit de frontspeakers komen. De Reserves doen hier iets dat ook bij filmsoundtracks belangrijk is: zorgen voor een omhullende presentatie waarbij alle speakers perfect samenwerken.

Conclusie

Vergeleken met voorgaande Polk-speakers zijn de nieuwe Reserve-luidsprekers heel andere dingen. En eigenlijk bedoelen we daar ook ‘beter’ mee. De prestaties en de afwerking zijn prima, zeker gegeven de redelijke prijspunten. Filmliefhebbers en gamers vinden in een surroundopstelling op basis van Reserve-speakers een accuratere weergave, een strakkere basweergave en een brede uitstraling. Stuur de Polk Reserves aan met een gepaste AV-receiver en je zal niet teleurgesteld zijn. Een ander pluspunt zijn de vele modellen die er onder de Reserve-vlag verschijnen, zoals de drie centerspeakers en de drie vloerstaanders. Hierdoor kun je zelf de elementen selecteren om een surroundopstelling te bouwen die echt in jouw woonkamer past, of het nu een compact, slank systeem is of een opstelling die gaat voor een maximale surroundervaring. De prijs-kwaliteitverhouding is uitstekend.