Review: ELAC Alchemy DDP-2, DPA-2 en PPA-2

27 juli 2021 + 10 minuten 0 Reacties
Elac_Alchemy_DPA-2_96
FWD award

In deze review van Music Emotion lees je de ervaringen met de ELAC Alchemy DDP-2 voorversterker annex DAC annex streamer, de DPA-2 stereo (tot mono brugbare) Klasse D eindversterker en de flexibele PPA-2 phonotrap. Deze zijn te koop voor respectievelijk 2.599 euro, 1.599 euro en 999 euro.

Compacte high-end voor een realistische prijs

De ELAC Alchemy DDP-2 voorversterker annex DAC annex streamer, de DPA-2 stereo (tot mono brugbare) Klasse D eindversterker en de flexibele PPA-2 phonotrap die in deze recensie centraal staan zijn tijdens de High End hifi beurs in München officieel gelanceerd. Het zijn producten die ‘the stuff of legend’ eigenlijk al op voorhand in zich dragen. Hoe dat zit, en of je dat ook hoort, daar gaan we het eens uitgebreid over hebben…

Dat het in Kiel in Noord-Duitsland gevestigde ELAC de laatste jaren flink aan de weg timmert is inmiddels wel duidelijk. Ondanks dat de firma (oorspronkelijk ELECTROACUSTIC GmbH geheten) al sinds 1926 onder die naam opereert, en sinds 1948 op grote schaal zowel voor zichzelf als voor anderen hoogwaardige audioapparatuur bouwt (alle Siemens radio’s kwamen bijvoorbeeld uit de fabriek in Kiel) wist het merk in Nederland nooit echt door te breken. Iets dat met het oog op de kwaliteit van hun producten best vreemd is. Een aantal jaar geleden kwam er een grote ommezwaai in de filosofie van ELAC. Het plan werd opgevat om zich binnen hun brede assortiment nóg nadrukkelijker op het meer bereikbare prijssegment voor ‘gewone muziekliefhebbers’ te richten, maar ook om in elke prijsklasse (inclusief hun kostbare topserie Concentro) marktleider te worden in kwaliteit en prestaties. Een straffe ambitie, maar door onder andere de beroemde luidsprekerontwerper Andrew Jones te strikken lijkt die missie tot nu toe redelijk zijn vruchten af te werpen. En bij goede luidsprekers hoort goede elektronica. Daarvoor werd in 2016 niemand minder dan Peter Madnick aan de personele inventaris van het bedrijf toegevoegd.

Peter Madnick

Peter Madnick? Die naam zal vooral jongere audiofielen niet zo veel zeggen, maar doorgewinterde hifiliefhebbers zoals ondergetekende kennen zijn producten al sinds de vroege jaren 90 van de vorige eeuw. Onder de naam Audio Alchemy bracht Madnick toen producten op de markt die tegen een ongelooflijk toegankelijke prijs forse verbeteringen in de weergave van de compact disc brachten, maar later werden er ook versterkers gemaakt. Zoals wel vaker met elektronische genieën waren de ontwerpen beter dan het zakelijke instinct, en Audio Alchemy verdween als merk van de markt. Het ontwerpteam bleef echter bij elkaar en ging voor vele andere merken aan de slag. Hun bekendste wapenfeit in de zeer hoge high-end is waarschijnlijk het merk Constellation Audio. Omstreeks het jaar 2000 was Alchemy weer heel even terug op de markt, en in 2015 leek het definitief herboren te zijn. Op dat moment meldde ELAC zich, en nam het legendarische merk over. De keuze om de elektronicalijn die daaruit ontstond Alchemy te noemen is een waardig en terecht eerbetoon aan het werk van Madnick, die er nog steeds naar streeft om betaalbare producten van wereldklasse te leveren die het vergelijk met duurdere concurrenten gemakkelijk aankunnen. De eerste drie hifiproducten die hij voor ELAC ontwierp hebben enkele weken bij ondergetekende mogen bivakkeren, en dat was bepaald geen straf.

Voorversterker, DAC en streaming module

Het centrale apparaat in deze nieuwe serie is de ELAC Alchemy DDP-2. Het is een doorontwikkeling van de nog als Audio Alchemy uitgebrachte DDP-1 uit 2015, maar dit keer had Madnick óók toegang tot de kennis van ELAC op het gebied van bediening, firmware en behuizingen, en tot de bijbehorende productiefaciliteiten. Het resultaat was onder andere deze slanke maar uiterst capabele voorversterker annex da-converter annex streaming-hub. Voor uw keuzegemak leverbaar in één kleur: zwart. Als je eerst de achterkant bekijkt vind je daar ondanks het smalle paneel een indrukwekkende hoeveelheid aansluitingen. Allereerst drie analoge ingangen, waarvan er één gebalanceerd is. Er zijn ook een gebalanceerde uitgang en twee single ended uitgangen, waarvan er één fixed is en de andere regelbaar via de draaiknop (niet alleen volumeknop, maar daarover later meer…) op het front. Naast de analoge in- en uitgangen is er een fors aantal digitale ingangen beschikbaar. De meer gebruikelijke daarvan, de elektrische coax- en optische Toslink ingangen, zijn dubbel uitgevoerd. Daarnaast is er een asynchrone USB ingang, een AES/EBU ingang, I2S via de daarvoor bij Audio Alchemy ontwikkelde 5-polige DIN verbinding, en I2S via HDMI. En dan is er ook nog een ethernet-ingang omdat de DDP-2 als DLNA streamer kan functioneren binnen een smarthome-setup, maar ook als Roon endpoint werkt. Als Roon-endpoint gebruikt de DDP-2 één van de drie interne I2S aansluitingen. De andere twee worden gebruik voor Bluetooth en Streaming (via DLNA). De Bluetooth ontvanger kan ook overweg met AAC van Apple. Daarnaast zijn er Apple AirPlay en WiFi aan boord, allen bedoeld voor draadloze streaming. ELAC raadt aan om WiFi alleen te gebruiken wanneer bedraad aansluiten echt niet mogelijk is, en ik ondersteun dat advies van ganser harte. Een bedrade verbinding is gewoon sneller, heeft een grotere bandbreedte en is stabieler. Een Spotify Connect module is ook ingebouwd en reeds geactiveerd. De DDP-2 kan PCM verwerken tot 32bit/384kHz, maar ook DSD (maximaal 4x), zowel native als via DoP. Ook zal binnen afzienbare tijd via een software-update de mogelijkheid beschikbaar komen om MQA bestanden tot hun volledige resolutie te decoderen. De DDP-2 mag dus met recht een alleskunner genoemd worden.

DDP-2 filters en upsampling

Wat de DDP-2 volgens mij redelijk uniek maakt is de mogelijkheid om elke digitale ingang apart van één van de vier beschikbare filters, upsampling én ‘resolution enhancement’ te voorzien en de absolute fase van het digitale signaal in te stellen. De gescheiden instelling van de samplingfrequentie en de bitdiepte is een feature die je in professionele digitale apparatuur wel vaker tegenkomt, maar voor een consumenten-apparaat is het redelijk uniek. In de praktijk zou ik ze echter gewoon altijd samen gebruiken. Experimenteer gerust met het in- en uitschakelen van beide, luister of je verschil hoort en kies wat je het prettigst vindt. De beschikbare digitale filters zijn F1: Linear Phase, fast roll-off, F2: Linear Phase, slow roll-off, F3: Minimum Phase, fast roll-off en F4: Minimum Phase, slow roll-off (apodizing). Dat laatste filter is het meest geschikt als je ook gebruik maakt van de upsampler, en ik vond het uiteindelijk ook het prettigst klinken, maar daarover straks meer.

Bediening

De DDP-2 wordt geleverd met een compacte afstandsbediening waarmee je alle basisfuncties zoals volume, balans en ingangskeuze kunt bedienen, maar je kunt er bijvoorbeeld ook het digitale filter en de upsampling van de gekozen bron mee aan- en uitzetten. Normaal stel je dat allemaal in via het menu, dat je oproept door op de knop in het (kleine maar heldere) witte OLED display te drukken. Op zich laten de instellingen heel weinig te raden over, maar ik wil hier toch wel even het RTFM-advies geven, aangezien je de meeste instellingen vooral vlak na aanschaf zult uitproberen. Om door het menu te navigeren zijn drie drukknoppen direct links naast het display beschikbaar. Maar je kunt ook de draaiknop rechts ervan gebruiken, want die fungeert naast volume- óók als selectieknop. Dat lijkt een overbodige dubbeling, maar sommige mensen prefereren nu eenmaal drukknoppen, terwijl een ander liever ergens aan draait. Als je in het menu zit is elke ‘klik’ of draai naar links en naar rechts een stap hoger of lager in het menu, en door op de draaiknop óf de ‘select’ knop te drukken bevestig je de gekozen instelling. Verder zitten er op het front een mute-knop en een aan/uit knop (handig, want hij wordt ‘om esthetische redenen’ steeds vaker naar het achterpaneel of het vooronder verbannen) en een hoofdtelefoon-aansluiting. Deze hoofdtelefoon-aansluiting activeer je met een eigen drukknop, waarna hij zijn eigen volumeregeling heeft. Zodra je de connector van de hoofdtelefoon verwijderd en de hoofdtelefoon knop uitschakelt keer je terug op het volume dat je daarvoor gebruikte. De DDP-2 onthoudt sowieso van elke bron de laatstgekozen volumestand.

Stereo/mono eindversterker

Over de DPA-2 is minder te vertellen dan over de extreme uitgebreide DDP-2, maar hij heeft tóch wel wat features om over op te scheppen. De layout op het achterpaneel is eenvoudig. Een gebalanceerde en een single ended stereo ingang, de 12 Volt trigger aansluitingen waarmee je hem met de voorversterker kunt verbinden zodat hij op afstand kan worden in- en uitgeschakeld, en één paar luidsprekeraansluitingen. Een IEC net-entree maakt het gebruik van een aftermarket powercord mogelijk. Op het front vinden we een aan/uit knop, vijf witte LED’s die de status aangeven, en vijf drukknoppen. De eerste drie bedienen respectievelijk de mute-functie, de keuze tussen de gebalanceerde en de single-ended ingang en de mono-schakeling. Met de vierde knop schakel je 6 dB gain bij. Die kun je nodig hebben wanneer je een voorversterker met een lagere output gebruikt, of wanneer je zeer ongevoelige luidsprekers hebt aangesloten. In combinatie met de eigen DDP-2 is deze booster meestal niet nodig. De vijfde knop zit aan de linkerkant in het display, dat je ermee aan- en uitschakelt. Het display laat door middel van twee bewegende balkjes de output zien (we zullen het dus maar VU-meters noemen), en toont een waarschuwing als je ermee tegen de clipping-grens speelt (standje ‘lak-aan-de-buren’) of wanneer de versterker zichzelf heeft uitgeschakeld omdat je het écht te bont hebt gemaakt. De versterker schakelt zichzelf uit vóór je tweeters verdampen of je trommelvliezen scheuren. Dat dit geen loze dreigementen zijn blijkt als je de specificaties bekijkt. De PPA-2 is een combinatie van een Klasse-A ingangstrap en een Klasse-D uitgangstrap (een beetje zoals Devialet dat doet, maar dan – uiteraard – anders…) en levert in stereo een uiterst gulle 2 x 325 Watt aan 4 Ω. Je kunt hem echter ook bruggen en als monoblok gebruiken, dan pompt hij er 625 Watt aan 8 Ω uit.

Phono voorversterker

De ELAC PPA-2 is de opvolger van de populaire en zeer goed ontvangen Audio Alchemy PPA-1. De schakeling is grotendeels hetzelfde gebleven, maar omdat hij nu onder de ELAC vlag wordt gemaakt waren er een paar dingen mogelijk die eerder niet konden. Zo is de losse PS-5 voeding die bij de vorige serie hoorde nu ingebouwd. De PS-5 leverde schone stroom aan de DDP-1 voorversterker annex da-converter én optioneel aan de Miracord platenspelers uit eigen huis. Die 18 Volt DC output voor de platenspelers zit er nu dus nog steeds op, maar bij gebrek aan een Miracord ging mijn interesse veel meer uit naar de overige aansluitingen. De PPA-2 biedt veel waar voor zijn geld. Eigenlijk zijn het twee gescheiden phonotrappen in één behuizing. Eén daarvan biedt zowel een single-ended (rca) als een gebalanceerde (XLR) ingang, de andere alleen single ended (rca). Beide ingangen zijn geschikt voor MM of MC elementen, wat je net als de keuze tussen de single-ended en gebalanceerd kunt instellen met een muizenklaviertje tussen de inputs. Sluit je er een MM of een High Output MC op aan, dan kies je 47K als Load. De Var. stand gebruik je voor een ‘echt’ MC element met lage output. Dat Var. slaat op de traploze load impedance die je, met twee draaipotjes per kanaal, dus voor links en rechts apart, instelt tussen 5Ω en 1kΩ. Ik roep het even uit het hoofd, maar volgens mij moet het MC element dat je hiermee niet goed kunt afsluiten nog gebouwd worden. De draaipotjes reageren héél gevoelig, dus het instellen is even een pain-in-the-*ss, maar je hoeft het niet vaak te doen. Wat ik wel handig had gevonden was een soort vergrendeling of elektronische memory voor de gemaakte instelling, want als je toch een keer per ongeluk aan de draaipotjes komt verloopt de instelling vrij gemakkelijk. Kwaad kan het niet, maar het is wel iets om even rekening mee te houden.

Als laatste bijzonderheid is de PPA-2 voorzien van twee Ground aansluitingen. Een ‘gewone’ Chassis Ground, en een Signal Ground. De Chassis Ground zit aan de chassisaarde van het apparaat en dient voornamelijk ter afscherming. De Signal Ground zit aan de aarde van het ingangssignaal. Die gebruik je alleen als je platenspeler een dubbele aarde-aansluiting heeft, waarbij je de aarde van de toonarm op de Signal Ground aansluit, en de aarde van het platenspeler-chassis aan de Chassis Ground. Als je platenspeler maar één aardedraad heeft sluit je die op de Chassis Ground aan.

Op de voorzijde vind je naast de aan/uit knop een zestal witte LED’s die respectievelijk de Mute functie aanduiden, de gekozen input, het hoogdoorlaatfilter (ook wel rumble-filter genoemd), de instelling voor MC en de mono functie. Die mono-functie is een handige extra, zowel voor mensen die net als ik te weinig mono-platen hebben om de aanschaf van een echt mono-element te rechtvaardigen, als voor liefhebbers die juist wél zo’n element gebruiken. In het eerste geval voeg je de twee monosignalen uit je stereo-element samen, waardoor de afbeelding tussen de luidsprekers komt te staan (waar hij thuishoort) en in het tweede geval elimineer je er het verticaal afgetaste signaal mee, dat voor mono niet gebruik wordt, maar waar doorgaans zo’n 99% van alle groefruis en tikken in zit. Als je zowel een mono-element als een mono-ingang (of zoals hier een correct samengevoegde ingang) gebruikt klinkt een mono gesneden plaat niet alleen verrassend ruimtelijk, maar ook nog eens brandschoon.

De setup

De DDP-2 voorversterkerdacstreamer (3x woordwaarde) en de DPA-2 eindversterker mochten plaatsnemen op mijn Creaktiv meubel en werden respectievelijk met een AudioQuest NRG10 en een NRG4 powercord op het – ongefilterde – lichtnet aangesloten. Om de DDP-2 op de DPA-2 aan te sluiten gebruikte ik een AudioQuest Water interlink. Mijn interlinks zijn single ended – ik gebruik normaal geen gebalanceerde verbindingen – maar omdat alle componenten in de ELAC Alchemy set volledig gebalanceerd zijn opgebouwd had ik daar beslist nog wat klankmatige winst kunnen boeken. Tel in gedachten dus gerust een aantal procenten aan enthousiasme op bij mijn bevindingen. De DPA-2 mocht via AudioQuest Castle Rock luidsprekerkabels mijn Kharma Ceramique prototypes van signaal voorzien. De PPA-2 phonotrap kreeg zijn stroom eveneens via een AudioQuest NRG4, en werd met een AudioQuest Water op een analoge ingang van de DDP-2 aangesloten. Streaming ging rechtstreeks vanuit het netwerk (AudioQuest Carbon CAT700) met Roon als Player Software. Mijn Thorens TD125 met een op een Denon DL103 gebaseerd Holistic Audio HA103-C element in een Jelco SA-750E arm, Audio Technica AT-LH15 headshell en AudioQuest Cougar phonokabel werd op de single ended ingang aangesloten en afgesloten met een load van 175Ω. Denon beveelt zelf >100Ω aan, maar als je de vuistregel van 10x de interne impedantie van de bron aanhoudt kom je veel hoger uit. Ik stel daarom vaak een aanzienlijk hogere afsluitweerstand omdat ik daar wat meer ‘snelheid’ mee krijgt in de aanzet van dynamische pieken, en ik win er ook aan ruimtelijkheid mee zonder dat het bijterig wordt. Maar de juiste afsluitweerstand is toch vooral een smaakkwestie; experimenteer er dus naar hartenlust mee. Het kan geen kwaad, en het is leuk om de verschillen te horen.

Om de gloednieuwe set een beetje in te spelen heb ik hem eerst vier dagen en nachten internetradio laten weergeven op momenten dat ik er niet actief mee bezig was. Na de eerste 24 uur hoorde ik niet veel verandering meer eerlijk gezegd, maar je hersenen moeten eveneens ‘inspelen’ op de aanpassing van de set, en dat duurt doorgaans óók wel een kleine week.

Luisteren

Hoe het ook zij, de ELAC Alchemy set klonk eigenlijk vanaf de eerste seconde geweldig. Het laag pakte in mijn ruimte net iets anders uit dan met mijn PrimaLuna buizenversterker, wat mijn stelling ondersteunt dat je bij het aansluiten van een andere versterker vaak opnieuw met je luidsprekers moet schuiven om de optimale balans terug te krijgen. Er was méér dan voldoende kracht en souplesse, wat met het gespecificeerde vermogen ook niet zo verwonderlijk is. Qua ruimtelijkheid scoorde de set erg hoog. Een van mijn favoriete recente opnames om dat te testen – en om meteen de dynamiek en klankkleur te onderzoeken – is het album ‘All’ van Yann Tiersen. Deze Franse componist (ja, inderdaad, van de soundtrack van Amélie…) schrijft verrukkelijk melancholieke melodieën, die op dit album worden aangevuld met een zeer ruimtelijke ‘backdrop’ van veldopnames. Bij sommige tracks zijn die voortdurend op de achtergrond hoorbaar, waardoor het lijkt alsof je zowel binnen als buiten zit. De piano klonk levendig en had genoeg druk om hem ‘tastbaar’ te mogen noemen. Dit was ook de uitgelezen muziek om de verschillen tussen de filters, de upsampling en de resolution enhancement uit te proberen. De Linear Phase filters bevielen me geen van beiden, hoewel ik me kan indenken dat sommige audiofielen zullen vallen voor de zuinige zakelijkheid van met name filter F1. Mijn voorkeur ging uit naar de Minimum Phase filters F3 en met name F4, die de muziek schoner maar ook wat softer leken te maken. En dat is voor lange luistersessies wel zo prettig. De upsampling bracht duidelijk wat meer klankkleur en vooral meer ruimtelijkheid en druk in de muziek, en de resolution enhancement gaf er nog nét een streepje meer dynamiek aan. De tijd dat de rekenkracht van de DSP’s – die upsampling ‘on the fly’ moeten berekenen – aan de krappe kant was ligt definitief achter ons, upsampling klinkt bij de DDP-2 gewoon beter. Dat is uiteraard mijn persoonlijke voorkeur, ook hierbij raad ik iedereen weer aan om mij niet op mijn woord te geloven maar vooral zelf te experimenteren, en op gehoor de keuze te bepalen. Een andere prachtige opname is de ‘Complete Choral Works’ van de Franse moderne componist Maurice Duruflé, uitgevoerd door het Houston Chamber Choir met Ken Cowan op het orgel en Robert Simpson achter de lessenaar. Het zeer gedisciplineerde koor zingt zó strak dat ik niet durf te roepen dat alle individuele stemmen hoorbaar waren, maar het klonk uitermate ‘menselijk’ en de manier waarop het orgel met vanzelfsprekende kracht zijn laagste tonen onder de stemmen legde was goed voor een flinke laag kippenvel. Zeer ruimtelijk en van een ongelooflijke muzikale schoonheid. Om te bepalen hoe de set met complexe muziek omgaat luisterde ik op ‘mijn buren luisteren naar goede muziek, of ze willen of niet’-niveau naar de laatste twee tracks van het album ‘Ænima’ van Tool, uit 1996. Op dit verzengende meesterwerk staat de meest opwindende vette progmetal die je je kunt voorstellen. De laatste twee tracks van het album, (-)ions en Third Eye, dompelen je bijna 18 minuten onder in een verwrongen muzikaal universum vol bizarre geluiden, snoeihard scheurende gitaren, maniakaal drumwerk en het bijna smekende maar soms in woede ontploffende stemgeluid van zanger Maynard James Keenan. Het is een louterende ervaring, en ondanks het ongezonde geluidsniveau (denk eraan kinders: probeer dit niet thuis!) hield de set alles niet alleen schoon en overzichtelijk maar bleef het ook nog eens zeer goed en dynamisch klinken. Een knappe prestatie.

PPA-2 phonotrap

We naderen het eind van de recensie, maar een korte speciale vermelding voor de phonotrap is toch wel op zijn plaats. De eerste vier eerste solo-albums van David Sylvian behoren tot mijn meest gedraaide muziek, en de recente remasters van deze albums op 180-grams vinyl boden een luisterervaring die me sterk ontroerde. Ik heb zelden zo diep in mijn ultieme ‘onbewoond-eiland’ plaat ‘Gone To Earth’ gezeten. De PPA-2 geeft een bijna buisachtige vloeiendheid aan de muziek. De tonale balans is prachtig, met de juiste loading van het element zelfs een tikje aan de warme kant (vind ik lekker, mijn vaste lezers weten dat), maar de weergave is ook breed, diep en dynamisch. Op deze manier is vinyl luisteren echt een feestje. De discussie analoog versus digitaal laat ik doorgaans schouderophalend aan me voorbijgaan, maar hier zat zo’n mooie synergie in de set dat de uitkomst van dat eeuwige debat me even gestolen kon worden. Als je niet meer in de gaten hebt dat je naar muziek luistert maar er in verdwijnt voor de duur van een plaatkant, dan klinkt het toch best goed dacht ik…

Conclusie

Als je de prijzen van de DDP-2 en de DPA-2 bij elkaar optelt kom je een klein stukje boven die vier mille uit. Dat is een zwaarbevochten prijssegment, en ELAC is als relatieve nieuwkomer in deze prijsklasse van elektronica vanzelf een beetje de underdog. Daarom hoop ik dat muziekliefhebbers die toe zijn aan hun volgende upgrade twee dingen zullen doen: hun vooroordelen over Klasse-D versterkers overboord gooien, en naar een ELAC dealer gaan om deze set te beluisteren. De kracht en de souplesse, de transparantie en de emotionele overdracht zijn wat mij betreft volledig op het niveau dat in deze prijsklasse – en misschien ook nog wel een stukje daarboven – van high-end audioapparatuur mag worden verwacht. Tel daar het ongekend grote aantal aansluitingen, de flexibiliteit als streamer, de mogelijkheid om elke digitale ingang klankmatig naar je hand te zetten en het fraaie en zéér slanke uiterlijk bij op en je hebt mijn warme aanbeveling wel zo’n beetje samengevat. De PPA-2 phonotrap noem ik even apart omdat niet iedereen hem bij de set nodig zal hebben. Maar heb je wél een platenspeler en een leuke vinylcollectie, doe jezelf dan een lol en maak de set compleet… Ik noem hem echter óók apart omdat iedereen die onder de 1000 euro naar een phonotrap op zoek is beslist naar dit rijk uitgeruste en wonderschoon klinkende snoepje moet gaan luisteren. ELAC geeft, samen met Peter Madnick, een indrukwekkend visitekaartje af met deze set.

Reacties (0)