/span>
Fabrieksbezoek Monitor Audio
“Buitenlandse journalisten hebben we hier nog niet echt op bezoek gehad”, luidt het toen we door de voordeur Monitor Audio betreden. Dat heeft voor een groot deel te maken met de bescheiden, down-to-earth attitude van de firma. Het idee leeft dat er niet zoveel te tonen en te zien zou zijn, en dus doet Monitor Audio meestal geen echte fabrieksbezoeken. Het Britse bedrijf is nochtans geen kleine speler in audiowereld, getuige het succes van zijn verschillende door critici goed ontvangen luidsprekerlijnen. De betere Bronze-, Silver-, Gold- en Platinum-families zijn zeer bekend bij muziek- en surroundliefhebbers die waar voor geld zoeken, maar er is nog meer. De betaalbare Mass- en Monitor-toestellen laten mensen met een bescheiden budget voor audio toch proeven van een betere klank, bijvoorbeeld, en Monitor Audio wordt steeds meer actief op vlak van inbouw en custom install. Over actief gesproken, ook dat woord figureert vast in de nabije toekomst van het merk – maar daar mogen we je nog niets over vertellen.
De Britten kochten vorig jaar bovendien het Londonse Roksan, waardoor de luidsprekerbouwer nu ook versterkers en draaitafels in zijn portfolio heeft.
Recent lanceerde Monitor Audio een vernieuwde Gold-reeks, inmiddels al de vijfde generatie van deze luidsprekerfamilie. Het is een major redesign geworden. De nieuwe Golds zijn helemaal anders dan de vierde generatie, die we anders ook al prima vonden. Met name de oude Gold 300-vloerstaander vonden we op audiofiel niveau presteren, maar de nieuwe generatie brengt toch iets anders en – we vermoeden voor veel mensen – beter. Lees onze recensie van de Monitor Audio Gold 100 er anders maar op na.
Een van de redenen om Rayleigh te bezoeken was net om te ontdekken hoe de nieuwe luidsprekers ontworpen werden. Net zoals zijn grootste Britse rivalen – denk aan KEF en Bowers & Wilkins – zet Monitor Audio immers sterk in op een wetenschappelijke benadering bij het ontwerpen van luidsprekers. Een aanpak die volgens ons ook leidt tot de beste luidsprekerdesigns.
Als er één woord veel valt tijdens ons bezoek, vooral als we spreken met het hoofd van R&D Michael Hedges, is het wel “simulatie”. De speakerontwerpen van Monitor Audio worden helemaal op de computer geperfectioneerd vooraleer er zelfs een prototype gebouwd wordt. “Dan rest ons enkel om te tunen, wat subjectief is maar belangrijk blijft. We kunnen concentreren op het beter maken van speakers, in plaats van tijd te verliezen aan het rechtzetten van fouten in het design.”
Klein begonnen, groot geworden
Tijdens de tour van de faciliteiten worden we meermaals met de neus op de feiten gedrukt: Monitor Audio is geen kleine firma meer. Het bedrijfsgebouw is niet groot of pronkerig, maar blijkt al gauw veel groter dan eerst lijkt. Doorheen de afgelopen jaren heeft MA steeds meer ruimte ingenomen en uitgebreid naar naastliggende gebouwen. Het is inmiddels heel groot en sommige delen voelen zeer vol aan. “We staan op het punt om te beslissen om te verhuizen of hier verder uit te breiden.” Dat is misschien wel nodig, want zowel bij de designafdeling als bij de R&D-ingenieurs horen we plannen om veel meer mensen aan te nemen.
In Rayleigh vindt tegenwoordig geen luidsprekerproductie meer plaats. Dat was vroeger wel het geval. “Maar betaalbaar én aan een hoge kwaliteit produceren was in het V.K. niet meer doenbaar. De productie zit nu bij vaste Chinese partners, met een permanent Monitor Audio-team ter plekke”, horen we. En ook niet onbelangrijk: het Britse bedrijf staat sterk bij de Chinese consument. In het Aziatische land heeft zelfs een keten van eigen Monitor Audio-winkels, iets dat het nergens anders ter wereld bezit. Zelfs niet in het eigen Engeland.
Als we een toer maken door het gebouw, blijkt niet alles bureaus en een gigantisch magazijn te zijn. De productie van Roksan is nog maar recent naar Rayleigh verhuisd, zowel van de versterkers als van de draaitafels. Het is relatief rustig als we langskomen; zoals wel vaker worden persbezoeken georganiseerd op een kalmer moment. Een heel aantal Roksan Caspian-versterkers staan aangesloten in een rack, als deel van de testprocedure die elk toestel ondergaat. Tussen de immense stapels van luidsprekerdozen is er nog een anechoïsche kamer verstopt. Het wordt gebruikt voor metingen van luidsprekerconcepten. Enorm groot is het niet, maar: “Het volstaat voor de meeste speakers. Toen we het bouwden was de kamer het neusje van de zalm, maar nu zijn we weer intern aan het spreken over de bouw van een nieuwe”.
Opvallend is dat Roksan duidelijk wel geïntegreerd is in Monitor Audio, maar dat het Roksan-aanbod niet veranderd is sinds de overname. “Neen, dat klopt. Het duurt natuurlijk even vooraleer alles verteerd is. En we concentreren ons op het bouwen op een eersteklas team gespecialiseerd in elektronica. En die ga ook werken aan alle toekomstige Monitor Audio-producten, zowel de traditionele als de custom install producten. Er zijn niet veel luidsprekerbouwers die ook die kennis van elektronica in-huis bezitten, dat wordt echt een troef voor ons”, merkt technische directeur Michael Hedges op als we in zijn R&D-afdeling binnenlopen.
Virtueel luisteren
“In een zekere zin is het aangenaamste om een goedkope luidspreker te bouwen die zo goed mogelijk klinkt en beter is dan de concurrentie aan dezelfde prijs, misschien wel leuker dan een cost-no-object-product als de Platinum”, lacht Hedges. Net zoals een groot deel van het Monitor Audio-team is de technische directeur relatief jong. Hij volgde als student bij Monitor Audio een stage, werkte zijn studies in akoestiek en fysica af, om daarna bij MA aan de slag te gaan. Daarna volgde in 2015 even een uitstap naar Jaguar/Land Rover om in-car audiosystemen te leren integreren, om ten slotte rond de zomer 2018 terug te keren om de leiding te nemen over de R&D-afdeling. Een van zijn doelstellingen is de onderzoeksafdeling van Monitor Audio naar een wereldspits te transformeren.
Wat snel blijkt als we praten met de ingenieur is dat Monitor Audio onder zijn bewind een duidelijke methode heeft uitgekristalliseerd om luidsprekers te ontwikkelen. Nadat de krijtlijnen zijn uitgestippeld qua positionering en prijs, en er doelen zijn gesteld over wat een speaker van een bepaalde grootte moet kunnen, gaat het R&D-team op een vaste manier aan de slag.
Het S-woord – simulaties – valt regelmatig. Software, zoals Finite Elements Analysis, is inmiddels zo geavanceerd dat nagenoeg alle materialen en vormen op een computer kunnen nagebootst worden. “Als we uiteindelijk prototypes bouwen op basis van simulaties, merken we dat er bijna geen verschil op zit. Als het gaat om magnetische flux is het verschil 1-2 procent. Drivers gedragen zich bijna perfect zoals voorspeld. Sommige dingen zijn wel heel lastig om na te bootsen, zoals de impact van lijmen.”
De simulatieaanpak is heel anders dan vroeger, zegt de technische directeur. “Een 15-tal jaar geleden creëerden we net zoals velen speakers gebaseerd op de jarenlange ervaring en praktijkkennis van ingenieurs. Er kwam er een beetje analyse met software aan te pas, maar nog beperkt.” Wat niet wil zeggen dat alles geweten is. Het idee dat soms leeft dat hifi oubollig is en al jaren stilstaat klopt niet echt. “Er is nog zoveel te ontdekken. Over hoe we luisteren is er al veel research gedaan, onder meer door mensen die bezig zijn met codecs, maar er valt nog veel te doen.”
De voortuitgang op vlak van speakerdesign via de computer helpt wel om sneller betere speakers te bouwen. Als er nu een prototype wordt gebouwd, dan staat die heel dicht bij een finaal product. Ontwerpers kunnen immers op de computer veel verschillende dingen uitproberen en echt uitzoeken welke drivers best passen. Welke spreekspoel, hoeveel wikkelingen, hoe groot moet de magneet zijn, enzovoort, het zijn allemaal vragen waarop antwoorden worden gezocht. Er wordt volop geëxperimenteerd, iets dat maanden kan duren, zegt Hedges: “Bij de 8-inch basdriver van Gold bijvoorbeeld, zijn er 70 iteraties geweest vooraleer we tevreden waren.” Als de ingenieurs tevreden zijn met het gedrag van hun virtuele driver, kunnen ze in de simulatie de driver in een kast steken en een virtuele metingen maken in een complete vrije omgeving (dus zonder de beperkingen van een meting in een kamer). “Een voordeel van simulaties is dat we heel goed dingen kunnen onderzoeken. Drukgolven of magnetisme accuraat meten in de echte wereld is heel moeilijk, maar in een simulatie is dat veel makkelijker”, merk hij op. Het eindresultaat is een neutrale speaker met een neutrale crossover die zich goed leent voor tuning. En dat gebeurt natuurlijk met het oor, niet de computer. “De prototypes die uit R&D komen, meten onmiddellijk vrij goed en mogen direct naar de luisterkamer. Dat is echt de kracht van simulaties – je kunt echt vooruitgang boeken op vlak van luidsprekerontwikkeling. Maar dat tunen is ook belangrijk.”
Eigen designers
Na het bezoek aan de sobere, serieuze akoestiekafdeling komen we terecht bij de designers. Het zijn de lui die verantwoordelijk zijn voor hoe een MA-product er zal uitzien, rekening houdend met wat technisch nodig is. Bij veel merken gebeurt dat door een externe partij, zoals een designbureau. Monitor Audio werkt liever met eigen mensen. Ongewoon, net als de samenstelling van het team. Hifi is vaak exclusief een mannenwereld, maar bij het designteam van Monitor Audio is de verdeling dicht bij 50/50.
Het is een flamboyantere afdeling, met een klein museum – een vast gegeven bij historisch bewuste hifi-bedrijven, zo lijkt het wel – en veel schetsen aan de muur, tekeningen op een grote tafel en allerlei prototypes die rondslingeren. “Vanwege je bezoek hebben we de hele muur moeten leegmaken”, grapt product design director Charles Minett, “We waren bezig met een aantal nieuwe producten die er binnenkort aankomen. Wat je hier vooral ziet zijn de vele schetsen die we hebben gemaakt voor de nieuwe Gold-luidsprekers”. De opruimactie is niet helemaal gelukt, want we spotten in een uithoek tekeningen van een nog officieel aan te kondigen product van Roksan. Het gros van de schetsen tonen onder meer hoe de vorm van de voorkant van de Monitor Audio Studio wel wat evolutie heeft gekend. We zien ook verschillende materialenstudies voor de Studio, onder meer tekeningen van een licht eikenhouten versie die uiteindelijk de markt niet bereikte. In de plaats koos Monitor Audio voor wit, zwart en – lichtjes controversieel – een zilvergrijs.
Na de fase met de schetsen volgen nog simpele prototypes die ter plekke uit kunststof worden gesneden en samengesteld. Charles toont ons zo hoe de vorm van de kleine Mass-kubussen toch eerst in de praktijk moest beleefd worden. Het MA-designteam heeft zijn werk blijkbaar goed gedaan, want de vernieuwde Mass-speakers die in een 5.1-pakket verkocht worden zijn een enorm succes gebleken. “Het gaat veel harder dan we verwacht hadden”, zegt Minett, op een manier waaruit blijkt dat hij zelf bijna niet gelooft. Dit is ook het punt waarop er over heel praktische zaken wordt nagedacht, zoals hoe een luidspreker kan opgehangen worden of het kabelmanagement. Soms worden minder simplistische prototypes gemaakt met 3D-printing, onder meer door een firma in België.
Platinum-technologie komt naar Gold
Toen we de nieuwe Gold-luidsprekers voor het eerst zagen én hoorden, konden we niet anders dan concluderen dat de nieuwe modellen toch heel anders zijn. De vorm is minder gebogen, de kast is vaak iets groter en zeker qua laagextensie en de hoge details zijn de nieuwe Golds veel meer present. “Dat klopt”, beaamt Hedges, “Er druppelde veel vanaf de Platinum II-luidsprekers neer naar de nieuwe Gold. De lichtjes aangepaste klank komt bijvoorbeeld van de overstap van de oudere linttweeter naar de nieuwe, en door de andere kastvorm.”
Je kunt er inderdaad niet naast kijken: de nieuwe Golds zijn veel rechthoekiger dan voorheen, terwijl er de laatste jaren net veel speakers verschenen met gebogen zijwanden. “Tien jaar geleden waren gebogen kasten inderdaad dé trend bij luidsprekers. Maar er zijn veel misverstanden over, met name over het nut bij het bestrijden van staande golven. Eén ding heeft een gebogen zijkant wel mee: de kast wordt er steviger door. Bij de nieuwe Gold hebben we dat opgevangen door intern te verstevigen, zodat we toch een rechthoekige kast kunnen houden. Dat geeft meer interne volume en laat toe om de speakers via de achterkant te bevestigen. Zo zijn er vooraan geen bouten zichtbaar.” Dat je dan wel met staande golven af te rekenen hebt, minimaliseert Hedges. “Eigenlijk heb je staande golven in de drie dimensies binnen de kast. Met gebogen zijkanten pak je maar één van de drie aan, en net de minst belangrijke. Zou je alle problemen willen aanpakken, dan eindig je met een design dat onbetaalbaar wordt om te produceren. Wij proberen net de allerbeste geluidskwaliteit te bieden aan een betaalbare prijs.”
Reacties (0)