De fitting van een slimme lamp
Laten we beginnen met één van de eerste dingen waar je naar moet kijken: de fitting. Zonder de juiste fitting wordt het immers lastig om je nieuwe lamp aan te sluiten. Elke spot of lamp heeft een fitting, waarmee de lamp aangesloten wordt in de armatuur. We vergeten even de varianten als led-strips en alles-in-één lampen met armatuur, want die sluit je weer op een andere manier aan, vaak op een vast stroompunt.
De meestvoorkomende fitting is de E27-fitting. Kijk eens naar de lamp boven je salontafel, de schemerlamp of de lamp op je nachtkastje en de kans is groot dat de lamp die hier inzit gebruikmaakt van de E27-fitting. In de meeste gevallen staat het soort fitting op de lamp zelf maar ook op de ring waarin de lamp geplaatst moet worden. De meeste gloei-, spaar-, halogeen- en led-lampen hebben een E27 fitting. De fitting heeft een schroefdraad van 27 mm en is geschikt voor 230v. Daarnaast is er de veelgebruikte en kleinere E14-fitting, met een 14mm schroefdraad, die ook geschikt is voor 230v. Op het gebied van spots is de GU10-fitting veelgebruikt. Lichtbronnen met deze fitting worden voornamelijk gebruikt voor spotjes en de fitting is geschikt voor 230v. Er zijn nog veel meer varianten, maar dit zijn de meest voorkomende fittings. Kijk dus goed welke fitting jouw slimme lampen nodig hebben voordat je tot aankoop overgaat.
Het design van een slimme lamp
Als we kijken naar het design van slimme lampen dan wordt de keuze nog groter dan het aantal fittingen, maar het goede nieuws is dat je minder gebonden bent aan waar je de lamp wilt gebruiken. Natuurlijk geldt wel dat de lamp moet passen in de armatuur, dus een grote bol met E27-fitting zal waarschijnlijk niet echt passen in een schemerlampje met smalle kap. Dat gezegd hebbende kun je het design laten afhangen van de stijl van je interieur of de stijl van de armatuur die je gebruikt. Je hebt vandaag de dag ontelbaar mogelijkheden qua designs. Van simpele lampen die eruit zien als een moderne gloeilamp (de meest voorkomende slimme lamp) tot klassiek uitziende filamentlampen die een ‘gloeidraad’ van leds hebben. Deze filamentlampen komen weer in diverse vormen, waaronder de langwerpige Edison-vorm en de grote Globe-bolvorm.
Als we verder kijken dan de losse lampen die je in een armatuur draait dan zijn de mogelijkheden helemaal eindeloos. Van slimme ledstrips die je onder of achter een kast plaatst tot complete schemerlampen en plafondlampen. Het is onmogelijk om je alle opties voor te schotelen, maar de grotere merken op het gebied van slimme lampen hebben een enorm aanbod waar waarschijnlijk voor ieder wel wat wils tussenzit.
De kleurtemperatuur van een slimme lamp
Daarnaast is er de kleurtemperatuur van een lamp. Deze specificatie zegt iets over waar je de lamp het beste voor kunt gebruiken, bijvoorbeeld voor sfeer of juist productiviteit. Op het gebied van kleurtemperatuur spreken we van heel warm tot heel koel, wat eigenlijk neerkomt op van oranje/rood tot wit/blauw. Over het algemeen geldt dat hoe warmer de kleur, hoe meer de lamp op sfeer gericht is. Hoe kouder de kleur hoe meer de lamp op productiviteit gericht is. Een lamp voor het lezen van een boek zal dus wat koeler zijn dan een lamp die in een hoek van de kamer wat sfeer geeft. De kleurtemperatuur wordt uitgedrukt in Kelvin, zoals in onderstaande afbeelding getoond. Daglicht zit tussen de 5500 en 7000 Kelvin, dus veel hoger dan dat zul je voor een woonhuis niet snel gaan. Meestal wordt voor binnenshuis een kleurtemperatuur van tussen de 2000 en 3000 Kelvin gekozen. Op de verpakking van een lamp vind je altijd het aantal Kelvin terug, waarmee je dus kunt bepalen of het een lamp is die voor jouw doeleinden geschikt is.
Overigens gaat dit verhaal met name op voor lampen die witlicht geven. Anders gezegd; lampen die alle kleuren kunnen weergeven geven vanzelfsprekend meer kleuren dan geel/orange tot wit/blauw weer. Let wel: een lamp die gemaakt is voor witlicht kan de bovenstaande kleurtemperaturen beter weergeven dan een lamp die alle kleuren weer kan geven.
De lichtstroom van een slimme lamp
De lichtstroom is waarschijnlijk iets dat je niet veel zegt, maar het is wel een specificatie die we op slimme lampen terugzien, in de vorm van lumen. De lumenwaarde geeft de lichthoeveelheid aan die een lamp daadwerkelijk uitstraalt. Het begrip lumen komt uit het Latijn en betekent licht. De maateenheid lumen (lm) geeft met de lichtstroom de totale lichthoeveelheid aan die een rondom stralende lamp afgeeft.
Vroeger werd voor de hoeveelheid licht, en dus de helderheid, het aantal Watt gebruikt, maar met de komst van led-verlichting gaat dat verhaal niet meer op. Toch kun je met het aantal lumen ook bepalen of een lamp geschikt is voor datgene waar jij de lamp voor wilt gebruiken. Bijvoorbeeld: 800 lumen is voldoende om een kamer verlichten. Wil je meer wat sfeer neerzetten in een hoek dan is 200 lumen voldoende. Combineer je meerdere kleine lampen voor sfeer, dan kies je voor 100 lumen per lamp. Spots zijn een iets ander verhaal aangezien deze vaak gebruikt worden om iets uit te lichten en ook een fellere lichtbundel hebben. Een spot van 250 lumen komt overeen met een 35 Watt spotje, terwijl een spot van 350 lumen een spot van 50 Watt vervangt. Een en ander is overigens wel afhankelijk van hoe je de lamp plaatst en waar je deze plaatst. In plaats van een 500 lumen lamp op 2 meter afstand kun je ook een 300 lumen lamp op kortere afstand plaatsen. We hanteren deze vuistregel: wanneer je een lamp twee keer zo dicht bij een oppervlak plaatst, wordt het vier keer zo sterk belicht.
Meer tips en adviezen
Wil je meer weten over slimme verlichting? Neem dan onze smarthomegids met tips en adviezen door. Hier vind je ook tips en adviezen over de aanschaf, het gebruik en het automatiseren van andere smarthome-producten.
Reacties (0)