Deutsche Grammophon maakt tegenwoordig deel uit van de Universal Music Group. De afgelopen twintig jaar is hard gewerkt om het wat stoffig geworden imago van het klassieke muzieklabel wat eigentijdser te maken. De klassiek vormgegeven platenhoezen, vaak met foto’s van musici in rokkostuum, ernstig kijkend of met gedegen schilderkunst, maakten geleidelijk plaats voor modernere fotografie. Tegelijkertijd werd steeds meer aandacht geschonken aan jonge opkomende musici, nieuw repertoire en meer eigentijdse componisten, soms met een knipoog naar de filmwereld of populaire muzieksoorten. Vanaf 1983 speelde het label een vooraanstaande rol in de wereldwijde introductie van de cd, niet in de laatste plaats omdat een van de gecontracteerde dirigenten, Herbert von Karajan, het nieuwe afspeelmedium openlijk ondersteunde met een sterk uitgesproken persoonlijke voorkeur. Een cd van het eerste uur bevindt zich nu nog in mijn verzameling: ‘Eine Alpensinfonie’ van Richard Strauss met de Berliner Philharmoniker onder Karajan.
Het is waarschijnlijk een van de meest bekende beeldmerken in de wereld: het in 1948 ontworpen gele klassieke muzieklabel van Deutsche Grammophon. In hetzelfde jaar ontstonden binnen de firma ook twee andere onderdelen met een eigen label. Allereerst Archiv Produktion, bedoeld voor oude muziek. Vervolgens ook Polydor, als label vooral bestemd voor de export. In de historie van Deutsche Grammophon (in 1898 opgericht door Emile Berliner) wist men altijd de meest getalenteerde en vooraanstaande klassieke musici aan zich te binden, soms met vrijwel levenslange contracten. De afgelopen decennia droeg het label in hoge mate bij aan innovatieve ontwikkelingen op het gebied van opnametechnieken en productie van media. Juist nieuwe technologie maakte het mogelijk dat Deutsche Grammophon recent opnamen uit een ver verleden weer nieuw leven kon inblazen. Het verslag van een bijzonder audiofiel vinylproject, aangeboden wegens het 125-jarig bestaan.
Van alleen luisteren naar een totale muziekervaring
Onder de vlag van de Universal Media Group ontwikkelt Deutsche Grammophon zich tegenwoordig steeds meer als een multimedia bedrijf. STAGE+ is daar een goed voorbeeld van: video’s met een uitstekende geluidskwaliteit, die online kunnen worden bekeken en waarop een abonnement kan worden afgesloten. Dolby Atmos? Deutsche Grammophon kan het aanbieden. Er is een bijzondere DG-shop voor liefhebbers, waar je in kleine oplagen vervaardigde, door de solisten gesigneerde exemplaren kunt kopen van een lp of cd. Zelfs exclusieve tapes kun je aanschaffen. Soms betreft het opnamen die in de normale handel niet verkrijgbaar zijn. En dan natuurlijk, naast de verkoop van lp en cd, tegenwoordig ook streaming en high resolution downloads. Klassieke muziek is daardoor ook weer aantrekkelijker geworden voor een jonger publiek. Van alleen luisteren naar een totale muziekervaring, als je dat wilt, via media van je keuze.
Een schatkamer vol muziek
Het lijdt geen twijfel dat de archieven van Deutsche Grammophon tot de belangrijkste culturele verzamelingen in de wereld behoren, met opnames van talloze vooraanstaande musici en componisten, soms al vanaf circa 1900. Af en toe betreft het opnames van een geweldig uitvoeringsniveau en een mooie opnamekwaliteit, die echter nooit een groot publiek hebben bereikt of soms zelfs niet zijn uitgegeven. Dat is onder meer het geval met vele prachtige opnamesessies, die Deutsche Grammophon in de jaren zeventig, in het korte tijdperk van de quadrafonie, heeft uitgevoerd op half inch analoge tapes. Men was ervan overtuigd dat de vierkanaals weergave een groot succes zou worden, dus werd alvast voorgeïnvesteerd in een breed vierkanaals aanbod op lp. Inmiddels weten we dat het anders liep. Quadrafonie (of SQ) werd commercieel bepaald geen succes. Het surround-effect was niet alleen matig, maar technisch was het erg lastig om het SQ-signaal goed op vinyl vast te leggen. Op tape was dit geen probleem: koppen en band verbreden en je was klaar. Die banden waren daarom van hoge kwaliteit en zijn dat, al die jaren in archief, ook gebleven.
The Original Source
Onder de titel ‘The Original Source’ brengt Deutsche Grammophon een serie legendarische klassieke muziekopnames uit het quadrafonisch tijdperk opnieuw uit op lp, in de best denkbare audiofiele kwaliteit en persing. Deze opnames, allemaal uit de zeventiger jaren, zijn bij de Emil Berliner Studios door producer en manager Rainer Maillard opnieuw gemixt, direct vanaf de originele vierkanalen tapes in AAA analoge kwaliteit naar hoogwaardige tweekanalen stereo-versies. Om dit mogelijk te maken werd, speciaal voor dit project, speciale hard- en software ontwikkeld. Het snijproces (vervaardiging van de master) werd door Sidney Meyer verzorgd. Er werd geperst op 180-grams kwaliteitsvinyl in gelimiteerde oplages, het individuele nummer is met de hand op de lp-hoes aangebracht. Ongetwijfeld worden dit collector items van de hoogste orde.
Geluidskwaliteit van goed naar uitstekend
Volgens Deutsche Grammophon was het met behulp van moderne technieken mogelijk om de geluidskwaliteit van deze nieuwe uitgaven, ten opzichte van de oude, aanzienlijk te verbeteren. Minder achtergrondruis, minder vervorming en compressie, dus meer dynamiek, en een sterk verbeterde frequentieweergave, vooral in het hoog. Ook de detaillering en fijne nuances in de weergave zijn van een aanzienlijk hoger niveau.
Klinkt het echt beter?
Hebben Maillard en Meyer goed werk geleverd? Jazeker! Om de proef op de som te nemen heb ik uitgebreid geluisterd naar een van de recent geïntroduceerde lp’s in deze bijzondere serie. Hierbij heb ik gebruik gemaakt van mijn referentie-luisterset: een Mark Levinson No. 5105-draaitafel, voorzien van Ortofon Quintet Black S MC-element, de Mark Levinson voorversterker No. 5206 en No. 5302-eindversterker en de Bowers & Wilkins 805 D4-luidsprekers. Ook de Stax SR-X9000 elektrostatische hoofdtelefoon met SRM-700T/700S-drivers werden voor het luisteren ingezet. Het geheel is voorzien van Siltech-bekabeling uit de Classic Legend 680 Series.
Het Forellen-kwintet van Schubert
Voor de luistertest beschikte ik over een geremasterde opname op lp van het Forellen-kwintet van Franz Schubert (1797-1828) in A-groot, D 667. Deze lp (catalogus 002894863848) heeft een gelimiteerde oplage van 2300 stuks wereldwijd, mijn exemplaar draagt het nummer 1878. Alleen al het bekijken van de hoes is een belevenis. Rechtsbinnen zien we fraaie zwart-witfoto’s van de uitvoerende musici. Linksbinnen zien we een afbeelding van het originele ‘Aufnahmeprotokoll’, waaruit we kunnen aflezen dat de opnames plaatsvonden tussen 31 augustus en 4 september 1975, met een complete tijdsplanning van de opnamesessies. Als extra vinden we, als los inlegvel, een afbeelding van de archiefgegevens, waarop Tonmeister Klaus Scheibe alle technische opnamedetails heeft vermeld. Alleen al deze hoes is een echt hebbeding! Ten opzichte van de oorspronkelijke uitgave (catalogus 2530646), op de markt gebracht in 1976, mist een fragment uit het kwartet van Schubert in C-mineur, D 703. De reden daarvoor is volgens Deutsche Grammophon simpel: dit fragment betrof geen quadrafonische opname, maar stereo en is daarom niet meegenomen in dit project.
De luistertest
De uitvoering is gedaan door absolute topmusici uit het verleden. Emil Gilels op piano, Norbert Brainin: viool, Peter Schidlof: altviool, Martin Lovett: cello en Rainer Zepperitz: contrabas. De vertolking door dit kwintet is weergaloos goed en ondanks de ouderdom (de eerste uitgave dateert uit 1976) vandaag de dag nog steeds een referentie. Als de naald de groeven raakt ontstaat gelijk de eerste indruk. Ten eerste hoor je geen spatje of geknetter, hopelijk de voorbode van een uitstekende kwaliteit van de persing. Dit blijkt te kloppen, de hele lp lang kun je ongestoord zonder bijgeluiden luisteren. Toch wel flink wat beter dan de persingen van Deutsche Grammophon uit de jaren zeventig. Ten tweede hoor je bij de eerste muziektonen een stille, bijna zwarte achtergrond. De Bowers & Wilkins 805 D4-luidsprekers zijn ongenaakbaar en geven gedetailleerd elk bijgeluidje weer. Maar niets, geen achtergrondruis. De claim dat dit beter is klopt. De concertvleugel van Gilels laat prachtige diepe bassen horen en een helder en schoon hoog register. Onbewust denk je aan cd-weergave, maar het is toch echt vinyl. De detailweergave van het kwintet is heel goed. Elk instrument is individueel goed plaatsbaar, en toch vormt alles een aangenaam geheel.
Als het kwintet in het eerste deel Allegro Vivace naar fortissimo gaat, is duidelijk een veel betere dynamiek te horen dan bij de lp’s uit de jaren zeventig. En bovendien onvervormd. Dat horen we goed bij uithalen in hoge posities van de violist op de E-snaar. Aan dit soort fragmenten zat vroeger op vinyl vaak een klein rafeltje. Nu is alles schoon. Maillard en Meyer hebben het voor elkaar gekregen dat er veel kleine details te beleven zijn. Van het schuiven op de stoelen en omslaan van bladmuziek tot ademen van de musici, harsgeluiden van de strijkstokken tot aanrakende bijgeluiden van de contrabas. Het maakt deze opname tot een belevenis. In het tweede deel Andante zingt het kwintet tegen een diepe stille achtergrond. Opnieuw een ongekende detailweergave, fraaie bassen en een schoon en diep stereobeeld. Wat goed dat deze aloude quadrafonische opnamen in deze kwaliteit nu weer te beluisteren zijn. Kortom, een mooie analoge weergave, licht warm van karakter, fijn om naar te luisteren.
Het programma
In deze bijzondere audiofiele vinylserie zijn inmiddels al meerdere uitgaven verschenen. Stuk voor stuk wel in een gelimiteerde oplage, dus haast u bij aankoop! Onder de uitgaven bevindt zich de legendarische uitvoering van de 5e symfonie van Gustav Mahler (1860-1911) door de Berliner Philharmoniker onder Karajan. Maar ook – in mijn ogen – de beste opname van ‘Ma Vlást’ van Bedřich Smetana (1824-1884) ooit, door Rafael Kubelík en het Boston Symphony Orchestra. Deze mag in uw vinylcollectie niet ontbreken! Om maar te zwijgen van de fantastische opnames van het Requiem van Guiseppe Verdi (1813-1901) of de 7e symfonie van Ludwig van Beethoven (1770-1827) door de Wiener Philharmoniker onder een van ’s werelds beste dirigenten, Carlos Kleiber. Bij al deze uitgaven bieden de platenhoezen leuke extra’s en inlegvellen.
Conclusie
‘The Original Source’ is als audiofiele vinylcollectie een meesterzet van Deutsche Grammophon. Ook een jongere generatie kan nu in een audiofiele weergavekwaliteit genieten van de topmusici van weleer. Dat dit alles wel wat kost is logisch. Een losse lp kost 46,99 euro, een dubbel-lp kan voor 64,99 euro worden aangeschaft. Inmiddels zag ik dat enkele uitgaven al uitverkocht dreigen te raken! De totale collectie is te vinden op store.deutschegrammophon.com. Zeer aanbevolen!
Redacteur: Jan Willem Voogd
Reacties (0)