Dicht op de huid
Voor deze review trokken we naar de kantoren van Fine Sounds, het bedrijf achter Sonus faber en ook McIntosh. Het kwam niet echt als een verrassing dat de elektronica die de Lumina V aanstuurde bijna allemaal van Amerikaanse afkomst was. De enige uitzondering: de streamer. Vooralsnog ontbreekt een toegewijde high-end netwerkspeler nog in het assortiment van McIntosh, dus werd er geopteerd voor een HiFi Rose RS150. Ook mooi, natuurlijk.
Maar vooraleer diep in het streamen te duiken, beginnen we met een aantal cd’s te beluisteren. Dat doen we via een McIntosh MCD600 cd/ SACD-speler die aan een MA252 geïntegreerde versterker hangt. Best een bijzonder apparaat dat een buizenvoortrap huwt met een solidstate-versterker, goed voor 100 Watt vermogen (bij 8 Ohm speakers). Ruimschoots voldoende voor die paar Lumina V’s, lijkt ons.
Het eerste dat aan bod komt is ‘The Bridge’ van Sting, een mooi album om er in te komen. De voormalige The Police-voorman is inmiddels 71 jaar oud, wat je amper merkt aan zijn stem – hij klinkt nog behoorlijk jeugdig. Waar je het wél wat merkt is aan de thema’s die hij aanraakt op dit album en toch aan de voorzichtigere, intimistische zangstijl. Zaken die de Lumina’s heel fraai overbrengen, incluis de lichte fragiliteit in de stem. Met name het verhalende ‘The Bells of Saint Thomas’, geschreven toen de zanger in Antwerpen verbleef, beleven we heel close, verre van afstandelijk.
Hetzelfde hebben we ook heel sterk als we Carla Bruni’s ‘Little French Songs’ afspelen. Ook ‘J’arrive à toi’ is een heel ongedwongen en innig, in de lijn van The Bridge. De verleidelijke stem van Bruni staat in z’n volle weelderigheid in de kijker, dat doen de Lumina V’s duidelijk graag. Je prikkelen (en mogelijk vermoeien) met fel detail is niet aan de orde. En toch is er een diepte en vooral een mooie breedte in het geluidsbeeld waar kleinere muzikale details een uitgesproken eigen plek krijgen. Zoals het glijden van de vingers over de snaren van een akoestische gitaar, dat in dit nummer uitdrukkelijk wordt uitgespeeld.
Bij ‘Mon Raymond’ schakelt de chanteuse een versnelling hoger en maakt ze het speelser. Dat is voor de Sonus faber-speakers een uitgelezen kans om aan te tonen dat ze ook ritmisch sterk staan. Als de drums bijtreden, zakt er niets in of wordt niets monolithisch, het is gewoon een instrument dat op het podium begint te spelen. Muziek wordt als geheel opgediend, en toch kun je uit het geheel knap individuele spelers opvissen, zoals de gedempte trompet die pas tegen het einde heel expliciet weerklinkt of het flangergitaareffect dat heel subtiel wordt aangeleverd.
Reacties (0)