Mijn woonkamer annex luisterruimte zou misschien nog wel overweg kunnen met de Confidence 50’s (later meer over de plaatsbaarheid) maar mijn set – hoewel zeker van hoge kwaliteit – zou een beperkende factor zijn. Deze luidsprekers verdienen (maar eisen ook) een ándere versterker dan ik heb, en daarom werd na snel overleg besloten dat ik de luistersessie op locatie zou doen, in een goed klinkende luisterruimte bij een dealer die ook de passende elektronica erbij zou kunnen zetten. En dus reisde ik onlangs naar Leiden, om daar in de grote luisterruimte van The Hifi Studio, Nummer One Since 1982, zoals ze voluit heten, het muzikale avontuur aan te gaan. Het zou een onvergetelijke dag worden.
Omdat het niet netjes is om een recensie met ‘ik’ te beginnen neem ik eerst deze aanloop, maar ik ben dus al heel lang vriendjes met de klank van Dynaudio luidsprekers. Ik snap ze wel, daar in Skanderborg, en zij lijken mij te snappen. Dat laatste is natuurlijk een op smaak gebaseerd toeval, maar het heeft me in de loop der jaren al heel wat aangename ontmoetingen met luidsprekers van dit waarheidslievende Deense merk opgeleverd. Tot nu toe altijd bij mij thuis, maar toen ik de vraag kreeg of ik over de Confidence 50 luidsprekers wilde schrijven heb ik toch maar even contact opgenomen met Edwin Vlieger, de Nederlandse Sales en Marketing Manager voor Dynaudio. Want “Ja, héél graag, maar…”.
De Confidence Serie
De Confidence serie vormt op dit moment de top in het Dynaudio assortiment. Het zijn, zo zeggen onze Deense vrienden zelf, de beste luidsprekers die ze ooit gebouwd hebben. Dat zou ik als fabrikant natuurlijk óók zeggen, maar als je net als ik ooit een bezoek hebt mogen brengen aan de fabriek in Skanderborg, dan gelóóf je ze. Waarom? Omdat ze de beste engineers in huis hebben, én Jupiter. Jupiter is de enorme meetruimte van 13 bij 13 bij 13 meter, waarin een luidspreker hoog op een draaiend platform wordt geplaatst, naast een enorme halvemaanvormige meetarm met een heleboel supergevoelige microfoons erop gemonteerd. Zo kan, middels een geautomatiseerd proces, binnen zeer korte tijd een volledige bolvormige ‘rondom’ meting van het afstraalgedrag van de luidspreker worden uitgevoerd. En dat biedt de ingenieurs van Dynaudio de unieke kans om ongelooflijk snel de invloed van kleine aanpassingen aan de luidspreker – kastdemping, filter, drivers, het maakt niet uit – te kunnen analyseren. Het ontwikkelingsproces wordt daardoor sterk geconcentreerd, er kan in minder tijd véél meer gedaan worden. Je zou kunnen zeggen – en dat doe ik dan ook regelmatig – dat de kwaliteit van Dynaudio luidsprekers al heel goed wás, maar sinds de ingebruikname van Jupiter nog eens met sprongen vooruit is gegaan. Zaken als DDC (Dynaudio Directivity Control, waarover later meer), betere spreekspoelmaterialen, een andere opbouw van de drivers, het verbeteren van de ‘airflow’ van het naar achteren afgestraalde geluid van de drivers, de geniale Hexis dome (ook daarover straks méér) en nog véél meer innovaties zorgen er inderdaad voor dat ook ik de Confidence serie de beste luidsprekers durf te noemen die Dynaudio ooit gebouwd heeft.
Techniek
De Dynaudio Confidence 50 is het één na grootste model uit de serie. Het is een forse maar toch slank ogende vloerstaander van bijna 160 centimeter hoog, met vijf drivers – twee woofers, twee middentoners en een tweeter – die in een symmetrische configuratie in de speciale, van het kostbare maar strikt trillingsvrije composiet materiaal Compex vervaardigde, externe baffle zijn gemonteerd. De woofers zijn middels een eigen metalen plaat aan de kast gemonteerd, terwijl de middentoners en de tweeter juist zoveel mogelijk zijn ontkoppeld. De woofers hebben een diameter van 18 centimeter en zijn ‘long throw’ modellen, wat betekent dat ze een ongelooflijk grote maar strikt lineaire uitslag kunnen maken. Meer geluidsdruk dus en minder vervorming. Ze zijn nog steeds gemaakt van het vertrouwde MSP (Magnesium Silicate Polymer), een uniek composiet materiaal dat door Dynaudio zelf is ontwikkeld, en waar ze ondanks heel veel research nog steeds geen beter alternatief voor hebben kunnen vinden. De middentoners zijn 15 centimeter in diameter en hebben, net als de woofers, een spreekspoelhouder van glasvezel, omwikkeld met aluminium draad, binnen een sterk overgedimensioneerde neodymium magneetstructuur. Op die manier zijn de bewegingen van de drivers perfect in bedwang te houden. Dynaudio noemt dit ‘NeoTec Units’. De middentoners hebben een nieuwe rolrand die ‘Horizon Surround’ wordt genoemd. Hierdoor ontmoet de trilling van het geluid geen fysieke barrière aan de rand van de conus, waardoor vrijwel geen reflecties en de daarbij behorende vervorming meer optreden. Zowel bij de woofers als de middentoners is de ‘airflow’ achter de drivers verbeterd met een geoptimaliseerde ‘korf’ (het gietmetalen frame van de luidsprekerunit) en een ‘spider’ (de uiterst belangrijke centreer-ring van de spreekspoelhouder) die veel meer lucht doorlaat maar nog steeds sterk, stijf en resonantievrij is. De nieuwe, speciaal voor deze serie ontwikkelde Esotar3 tweeter heeft een gewelfde frontplaat, die als een akoestische lens fungeert en zo het Dynaudio Directivity Control systeem ondersteunt. De ‘airflow’ achter de 28 millimeter soft-dome van gecoat textiel is sterk geoptimaliseerd, onder meer met de unieke Hexis-dome, een kunststof koepeltje dat precies het bolle contour van de tweeter-dome volgt en een oppervlak met ‘deukjes’ heeft. Deze deukjes zorgen ervoor dat er minder compressie optreedt achter de tweeter-dome, wat resulteert in een schonere en aangenamere hoogweergave, met méér detail en minder vervorming. Bovendien vormt de Hexis een effectieve bescherming tegen ‘indrukken’ van de dome, en dat is een zeer prettige bijkomstigheid. Nieuwsgierige kindervingertjes hebben namelijk al heel wat kostbare dome tweeters naar de Eeuwige Audiovelden gestuurd.
Wanneer je om de slanke maar relatief diepe kast heenloopt zou je kunnen denken dat Dynaudio er een gesloten systeem van heeft gemaakt, maar niets is minder waar. De basreflex-pijpen zitten niet in de baffle of op de achterzijde, maar onderin de kast. Met een uitstroom naar links en rechts, net boven de metalen voetplaat. Het voordeel van deze constructie is dat het laag op een totaal andere manier aan de ruimte ‘koppelt’ waardoor de luidsprekers een stuk gemakkelijker te plaatsen zijn – en wanneer dat nodig of onvermijdelijk is zelfs relatief dicht bij de achterwand kunnen worden geplaatst, zonder dat dat direct strafpunten in de laagweergave oplevert. Voor de cijferliefhebbers: de gevoeligheid van de Dynaudio Confidence 50 bedraagt 87 dB (2,83V/1m), de belastbaarheid is 400 Watt, de nominale impedantie is 4Ω, met een minimum van 2,7Ω bij 79 Hz, en het frequentiebereik loopt binnen 3 dB van 35 tot 22.000 Hz.
The Hifi Studio, Number One
Cijfers op papier – of een website – zijn leuk en aardig, maar de praktijk moet uitwijzen of de ingenieurs en het kritische luisterteam van Dynaudio goed werk hebben geleverd. Zoals gezegd besloten we dat de luistersessie zou plaatsvinden bij The Hifi Studio, Number One. Deze prachtige winkel in Leiden wordt gerund door Vincent van Nimwegen, die een aantal jaren geleden de zaak overnam van zijn vader Rick. Daarmee is The Hifi Studio, zoals ze zichzelf in het kort noemen, dus niet alleen een familiebedrijf – iets dat in de hifi branche steeds zeldzamer wordt – maar Vincent is ook nog eens één van de jongste hifi-ondernemers in Nederland. Dat hij het vak en vooral de liefde daarvoor met de paplepel ingegoten heeft gekregen blijkt uit zijn diep doordachte visie. Terwijl we vóór ik ga luisteren samen een kop koffie drinken en wat bijpraten over de handel in het algemeen en The Hifi Studio in het bijzonder stelt hij: “Een belangrijke voorwaarde voor mij is dat een set die ik samenstel ervoor zorgt dat je méér muziek wil luisteren, en niet dat je na een uur al het volume lager wil draaien omdat de hoeveelheid details je begint te vermoeien. Een goed samengestelde set laat je tijd en plaats vergeten, en zorgt er bijvoorbeeld voor dat je te laat naar bed gaat, omdat het té lekker klinkt om te stoppen met luisteren.”
Dat hij wat dat betreft ook absoluut de daad bij het woord kan voegen bleek toen we samen de door hem gekozen set bij de Dynaudio Confidence 50 doorspraken. Als versterker stond er de machtige Accuphase E-800, die met zijn 2 x 50 Watt klasse A en enorme voeding genoeg energie levert voor topluidsprekers als de Conference 50. Mijn USB-stokje met zelf meegenomen muziek werd achterin de gereedstaande Aurender N20 streamer gestoken, die via een Innuos Phoenix USB Reclocker was verbonden met een Chord M-Scaler upsampler en de Hugo TT2 DAC. Het geheel werd gevoed vanuit een AudioQuest Niagara 3000 netfilter. Powercords waren van AudioQuest en Isotek, en de analoge en digitale signalen werden vervoerd door kabels van AudioQuest en The Chord Company. De ver boven hun prijsklasse presterende AudioQuest William Tell Zero luidsprekerkabels maakten de set compleet. De luidsprekers stonden in de door Rivasono aangepaste luisterruimte op ongeveer een meter van de achterwand en zo’n 40 centimeter van de zijwanden. Dat lijkt wat weinig maar bij Rivasono verstaan ze hun vak, zoals zou blijken.
Luisteren
De eerste klanken waren voor Alva Noto (Carsten Nicolai), die op zijn album Unieqav een werkelijk subliem geproduceerd geluidslandschap neerzet. Meteen viel op hoe prachtig de klank in balans was. Er zijn mensen die betogen dat je daar geen elektronische muziek voor kunt gebruiken, maar geloof me: je hóórt het. Het laag was diep maar niet overheersend, eerder relaxed en gecontroleerd. Het beeld was zéér driedimensionaal, met vér rechts naast me het bekende ruisje dat daar ook hoort te klinken. Het album The Philosophers Tone van Hedflux werd ook heel ruimtelijk weergegeven. De muziek kwam volledig los van de luidsprekers en het laag was wederom perfect in balans, relaxed en in positieve zin onopgemerkt aanwezig, door de zijwaarts naar beneden gerichte baspoorten. De snelheid en dynamiek waren indrukwekkend nauwkeurig, waarbij met name opviel hoe goed er werd omgegaan met kleine details en dynamische gebeurtenisjes die dieper in de mix verstopt zitten. Die bleven zeer goed hoorbaar, ook wanneer de muziek zeer luid speelde, waar de set nadrukkelijk toe uitnodigde.
Het album Constant Comments van Keith Freund heeft het in zich om een nieuwe audiofiele klassieker te worden, ondanks dat het niet bij Tidal te vinden is (wel bij Qobuz overigens). De muziek is een bijzonder mix van bedachtzame folky pop en ambient, met hier en daar een lik neoclassicisme. De weidse productie bevat elektrische en akoestische instrumenten en een bonte aaneenschakeling van ‘gevonden’ geluiden. De spelende kinderen en de voorbij rijdende auto (met claxon) in de openingstrack Mont Boron klonken extreem realistisch, de set verdween volledig uit het geluidsbeeld, er was niets meer tussen mij en de muziek. De weergave was betrokken en inzichtelijk, zeer transparant maar absoluut niet zakelijk, en kleine details waren op een natuurlijke manier onderdeel van het geheel. Daardoor was er heel veel textuur te horen, ik zag de snaren bij wijze van spreken trillen. De track The Ortzi is enorm ruimtelijk. Pas toen ik de muziek afzette hoorde ik hoe breed het beeld werd neergezet. Door het aantikken van de pauzeknop in de Aurender-app leek het alsof naast me het licht uitging.
Ook het album Hall Of Mirrors van Neil Cowley is zo’n wolk van geluid. De track Berlin Nights bevat, net als het album van Keith Freund, een ‘tweede laag’ met buitengeluiden die zeer overtuigend hoorbaar was achter de neo-klassieke piano-melodieën die Cowley er voorzichtig en ingehouden overheen preludeert. Zelfs toen ik helemaal rechts tegen de zijwand aan ging zitten, vér buiten het ideale ‘middelpunt’, bleef het ruimtelijke beeld overeind, speelde de linker luidspreker hoorbaar mee en was er diepte en breedte. Ondanks dat gezegd moet worden dat het beeld vanuit de ideale middenpositie echt wel het mooist was kun je de Dynaudio Confidence 50 overduidelijk geen éénpersoons luidspreker noemen. Dat vind ik belangrijk, omdat ik een groot voorstander ben van samen met een vriend (of vrienden) naar muziek luisteren. Ik denk dat de moeite die Dynaudio heeft gestoken in de ontwikkeling van hun DCC systeem hier zeer duidelijk zijn vruchten afwerpt. De vloer en het plafond spelen bij de Confidence 50 nauwelijks een rol qua reflecties, het geluid wordt vooral in de breedte afgestraald. Niet zodanig dat je je zithoogte tot op de millimeter nauwkeurig moet uitmeten, maar wél zonder de vervagende effecten van die eerste reflecties, die net uit fase met het directe geluid bij je oor aankomen.
Een diepe inkijk
De elektro-akoestische Folktronica van Tunng op hun jongste album Tunng Presents…DEAD CLUB klonk intens en intiem, de meerstemmige zang werd zéér gedifferentieerd weergegeven, de verschillende stemmen waren, behalve als prachtig harmonieus geheel, ook erg goed los van elkaar hoorbaar. Oók de lage stem, wat zelden lukt. De set bood hier een diepe inkijk in de mix, en liet heel goed horen wat er in de studio was gebeurd. Dat is niet uniek, maar waar hoog-oplossende sets en luidsprekers dat soms op een wat opdringerige manier doen slaagden de Confidence 50’s daarin zonder me de details in het gezicht te smijten. Zeer transparant, maar ook extreem beheerst, bijna voornaam zelfs. Met enorm veel ‘confidence’ – als u, lieve lezer, mij deze véél te voor de hand liggende woordgrap wil vergeven. Om het af te leren luisterde ik nog naar het jazz-album Goldbrun van het Yuri Honing Acoustic Quartet. Een verrukkelijke en indringende opname, waarin ieder klopje of veegje op de trommelvellen en bekkens van de briljante drummer Joost Lijbaart hoorbaar was. De sax van Honing stond kleurrijk en emotioneel het midden, waarbij ik bij wijze van spreken de spuug in het mondstuk hoorde. Ik kon hem voor mijn gevoel bijna aanraken. De mooie rijke pianoklank, met heel veel harmonische structuur, was tot vér in de wegstervende tonen hoorbaar en de contrabas klonk warm, met veel ‘hout’ van de klankkast. Hier speelde duidelijk geen basgitaar.
Conclusie
De luistersessie bij The Hifi Studio, Number One – met mijn grote dank voor het mogelijk maken hiervan – was bijzonder. De set Dynaudio Confidence 50 bleek in hun prachtige luisterruimte een welbespraakte en zoetgevooisde verteller van muzikale verhalen te zijn. Ze pasten zich moeiteloos aan wanneer de sfeer dat verlangde. Ze konden dreigen, geruststellen, behagen en inspireren, en deden dat al naar gelang de behoefte op fluister- of bulderniveau en alles daar tussenin. Uiteraard is dat torenhoge niveau van puur muzikaal genot afhankelijk van wat je ze aan front-end voorzet. Een krachtige transistorversterker als de Accuphase E-800 was een perfecte keuze van mijn gastheer Vincent van Nimwegen, omdat deze versterker naast voldoende power ook een wat buisachtig karakter heeft, en alle positieve eigenschappen van de Dynaudio Confidence 50 uit de verf liet komen zónder de nadruk op zichzelf te leggen. Als er in deze set überhaupt ergens de nadruk op werd gelegd, dan was het op de muziek. De combinatie van Accuphase, Aurender, Chord Electronics, AudioQuest, Chord Company en Isotek vormde het solide podium waarop de artiesten in levenden lijve leken te verschijnen, en de Confidence 50’s waren het super-transparante venster waardoor ik niet alleen naar binnen kon kijken, maar waardoor ik regelmatig de ruimte in werd getrokken om voor de duur van het spel één te worden met de muziek. Een groter compliment kan ik ze eigenlijk niet geven. Natuurlijke weergave in optima forma; de al in 1977 geïntroduceerde Dynaudio slogan ‘Danes Don’t Lie’ is ook in 2021 in onverminderd van toepassing. Zeer hoge high-end!
Prijs:
Dynaudio Confidence 50 € 28.000,- per paar
Dynaudio, e-mail: info@dynaudio.nl, www.dynaudio.com
Reacties (0)