Review: ELAC Debut 2.0 – betaalbare Dolby Atmos-speakers

29 september 2018 + 10 minuten 2 Reacties
Elac-review

In deze test bekijken we de zeer betaalbare Debut 2.0-speakers van ELAC, met een slimme subwoofer met app en Atmos-modules voor surround.

Sinds Pioneer-ontwerper Andrew Jones overstapte naar ELAC is het Duitse bedrijf in een heuse overdrive-modus geschoten. Opeens brengt het de ene fascinerende speaker na het andere op de markt, waarbij zeer veel kwaliteit wordt geboden voor de gevraagde prijs. Dat geldt absoluut voor de Debut 2.0-luidsprekers, die we hier in een grootse 5.1.4-opstelling bekijken.

Sinds de lancering van de oorspronkelijke Debut-reeks een paar jaar geleden stonden we te springen om deze luidsprekers te testen. ELAC is Duits, maar omdat Jones in de V.S. werkt en de Debuts ontstonden bij de Amerikaanse afdeling van ELAC, kwamen ze eerst bij de pers in de Verenigde Staten terecht. Die was er unaniem laaiend enthousiast over, wat natuurlijk onze nieuwsgierigheid prikkelde. De naam van Andrew Jones trok ook de aandacht, want deze ingenieur is door zijn werk bij Pioneer en luxemerk TAD een legende in de audiowereld geworden.

Sterk aangepaste luidsprekers

Uiteindelijk heeft het wat langer geduurd om de Debuts binnen te halen, maar daardoor konden we wel aan de slag met Debut 2.0-versie. Deze nieuwe luidsprekers zijn iets anders getuned dan voorheen en zijn technisch sterk aangepast. De nieuwe lijn kreeg onder meer nieuwe Aramide-vezeldrivers, nieuwe tweeters en solidere behuizingen uit zwarte esfineer. Bij sommige Debut 2.0-modellen is de baspoort naar de voorkant verhuisd, waardoor de speakers eenvoudiger te plaatsen zijn. Een baspoort achteraan is immers nadelig als je speakers dicht bij een muur wil plaatsen. De Debut 2.0-vloerstaanders zijn bovendien vrij slank, wat ze minder storend maakt in een kleinere ruimte. Ook de centerspeakers (er zijn twee modellen) werden bij generatie 2 danig aangepast, waardoor de Debut 2.0-versie een hogere (maar nog altijd relatief lage) gevoeligheid heeft. Dat maakt deze belangrijke speaker iets eenvoudiger aan te sturen door een minder krachtige receiver. Dat vinden we slim, want de centerspeaker maakt of breekt een surroundopstelling.

Voor onze test ontvingen we van Benelux-importeur Servi-Q een uitgebreide Debut 2.0-systeem, bestaande uit de F5.2-vloerstaander (349 euro/stuk), B5.2-boekenplankspeaker (159 euro/stuk), de C5.2-center (249 euro) en de SUB 3010 (559 euro). Ook meegeleverd werden vier A4.2 Dolby-speakers van 145 euro/stuk, modules die je boven op de Debut 2.0-vloerstaanders en -monitors kunt plaatsen om op eenvoudige wijze hoogtekanalen toe te voegen aan je surroundopstelling. Dat kan je zeker geen angstaanjagende prijzen noemen. De totaalprijs van deze 5.1.4-opstelling tikt af op iets meer dan 2.400 euro, wat niet overdreven is. Ja, de sub is relatief duur vergeleken met de rest, maar in een thuisbioscoop moet dit apparaat ook bijzonder veel voor zijn rekening nemen. En, zoals we zullen zien, is deze Sub 3010 meer dan een simpele houten doos met een woofer.

Een app voor de bass

ELAC heeft al een hele voorgeschiedenis met subwoofers die je via een app kunt bedienen en tweaken. Lang geleden hebben we zo bijvoorbeeld de high-end SUB 2070 getest, een machtige 600-Watt subwoofer die na een snelle meting via de smartphone problemen in het laag kan corrigeren. De Debut 2.0 3010 doet hetzelfde, maar is veel goedkoper. De sub is relatief compact (circa 36 x 34 x 34 cm) en bezit een 10-inch woofer die aangestuurd wordt door een 200 Watt RMS BASH-versterker. Daar komt nog een passieve radiator bij, een niet aangestuurde 10-inch woofer die naar onderen wijst. Zoals andere ELAC-subwoofers staat de 3010 dus op een geventileerde verhoging, zodat overdruk vlot kan ontsnappen. De constructie is niet zo plaatsingvriendelijk als de duurdere ELAC 2070 (met zijn dubbele woofers die naar boven en beneden wijzen) of de smalle Q Acoustics 3060s, maar je kunt de 3010 toch vrij makkelijk over in de kamer neerzetten. En dat heeft ook te maken met de bijhorende ELAC Subs-app (iOS en Android), waardoor je akoestische problemen afkomstig van een minder optimale plaatsing kan corrigeren. De app verbindt over Bluetooth 4.0 – een nieuwere telefoon is dus vereist – met de subwoofer en laat je een aantal instellingen aanpassen.

Zo kun je kiezen uit een EQ Modus (Flat, Cinema, Night en Music), iets dat je naargelang het kijkmoment en content zou doen. Maar er zijn ook instellingen die je maar af en toe zou willen aanpassen, zoals een delay en fase. Het fascinerendste is de Auto Eq-functie, die we ook al kennen van de ELAC EA101EQ-G-stereoversterker. Op een heel gelijkaardige manier maak je met een smartphone een meting van een testtoon recht voor de sub en een meting vanuit de zetel. De app berekent dan een aangepaste frequentieweergave die bepaalde problemen in het laag aanpakt. Ondanks het gebruik van een niet-gekalibreerde microfoon en de onnauwkeurigheid inherent aan meten uit de losse pols werkt Auto EQ verrassend goed. In onze testruimte identificeerde de app bijvoorbeeld een aantal bekende kamerproblemen, en stelde het een corrigerende curve voor. In de app kun je de Auto EQ-functie snel in- en uitschakelen, dus je kunt direct horen wat de functie doet. Het is enkele een beetje spijtig dat je niet zelf de berekende curve kunt aanpassen, zoals je bijvoorbeeld wel kunt doen bij Dirac of via de Audyssey MultEQ Editor-app die bij Denon-receivers hoort.

Gemakkelijk te plaatsen

De rest van het Debut 2.0-systeem stel je snel op. De C5.2 is een relatief kleine centerspeaker die zich goed thuis voelt op een meubel onder een scherm. Je kunt hem echt tegen de muur plaatsen, onder het tv-scherm. Dat gaat niet altijd. Maar in tegenstelling tot bepaalde centerspeakers heeft de ELAC geen baspoorten achteraan, enkel vooraan. Twee openingen aan de voorkant sturen lage tonen recht de kamer in, wat stemmen (die grotendeels rond 100-250 Hz zit) rijk doet klinken. De twee woofers die een 25-mm tweeter uit flankeren zijn perfect op elkaar ingespeeld, dat merken we al snel als we met testmateriaal aan de slag gaan.

De algemene bouwkwaliteit van de Debut 2.0 is heel degelijk. Het ziet er niet zo spannend uit en je kunt alle kleuren kiezen als het maar zwart is, maar ondanks de lage prijs denk je nooit: “Dit oogt goedkoop”. De behuizingen van de speakers komen in elk geval solide over en lijken bij het testen ook weinig last van vibraties te hebben. Plaatsing is geen groot probleem. De F5.2 is helemaal een vloerstaander voor nu: slank en amper 18 cm breed. De Atmos-modules passen er perfect op, net zoals op de B5.2-monitors. Zoals wel vaker bij deze type reflecterende speaker vinden we kabelmanagement een beetje probleem (de luidsprekerkabel naar de A4.2 bengelt er aan) en er lijkt geen manier te zijn om de modules permanent vast te maken op de onderliggende luidspreker. Maar de A4.2 is wel een effectieve manier om hoogtekanalen toe te voegen. Door de bredere uitstraling van de driver ontstaat er een stuk meer ruimtelijkheid, wat de A4.2 in deze categorie de betere maakt. Speakers van deze reflecterende type zijn wel niet zo effectief als volwaardige plafondspeakers of luidsprekers die hoog op muur worden aangebracht. Zorg er zeker voor om een receiver te kiezen met specifieke instellingen voor deze soort Dolby-speakers.

Recent hebben we nog de Q Acoustic 3000i-speakers getest in een surroundopstelling, een set die in een 5.1-opstelling prijstechnisch in de buurt komt van de ELAC’s. Q Acoustics heeft echter geen Atmos-oplossing, terwijl ELAC met de A4.2 een elegante en eenvoudige (en goedkope!) manier heeft gevonden om hoogtekanalen toe te voegen. De 3000i-speakers presteren inderdaad ook heel sterk voor surround. Qua design zijn ze heel wat frisser dan de ELAC’s en ze laten zich ook heel vlot aansturen. Maar de Debut 2.0’s zijn qua integratie en snelheid vooruit de betere – een hele eer, want Q Acoustics doet het zelf verre van slecht. Een belangrijk aandachtspunt is wel de AV-receiver die je met de Debut 2.0 wil gebruiken. Alle modellen hebben een impedantie van 6 Ohm en zijn vrij ongevoelig, zelfs de F5.2-vloerstaander. Vloerstaanders zijn traditioneel de gevoeligste speakers in een opstelling, maar de F5.2 tikt af op 86 dB. Geen probleem op de duurdere Denon en Onkyo die wij hebben ingezet voor onze test, al moesten ook wij de volumeknop goed opendraaien, maar voor een budgetreceiver van 300 euro kan het misschien wel te veel gevraagd zijn. Het hangt allemaal wat van het volumeniveau af en wat je door de sub laat doen, maar toch iets om rekening mee te houden.

Prachtig voor muziek

De laatste maanden grijpen we bij het testen van surroundopstellingen altijd naar twee scènes uit ‘Thor: Ragnarok’: het arenagevecht tussen Thor en de Hulk (sorry voor de spoiler) en de finale strijd in Asgard. We hebben de ELAC-opstelling eerst aangesloten op onze vaste Denon AVR-X6300H-receiver, maar ook op de Onkyo TX-RZ830 die we een tijdje op bezoek hebben. De test van deze gloednieuwe receiver kun je trouwens binnenkort ook op deze website lezen. We hebben eerst de ELAC 3010 getuned via de app, daarna heel het systeem gekalibreerd met de meetsystemen aan boord van de Denon- en Onkyo-receivers. Een observatie daarbij is dat de meting via de ELAC Subs-app al een betrekkelijk goed resultaat oplevert, ondanks dat je maar een heel rudimentaire meting maakt via een smartphone. Na de kalibratie met de Onkyo-receiver kregen we een heel open aanvoelend surroundveld, waarbij het LFE-kanaal heel licht de speakers ondersteunt. Dat maakte muziekweergave opvallend goed. We luisterden bijvoorbeeld nog eens naar de 5.1-versie van ‘The Dark Side of the Moon’ van Pink Floyd via SACD (op een Oppo BD-203), en werden voor het eerst in lange tijd opnieuw getroffen door hoe prachtig muziek in surround kan klinken. De Debut’s laten zich hier niet onbetuigd, en ondanks hun Amerikaanse origine zijn ze niet exclusief getuned voor home theatre-weergave.

Maar terug naar Thor. We keken onlangs nog naar deze film met de SVS SB-4000 megasubwoofer voor het LFE-kanaal, waarbij we opmerkten dat het in staat was om mensen omver te blazen maar ook waar nodig heel subtiel te zijn. Hoe gaat het dan met de vier keer goedkopere en veel goedkopere ELAC 3010? Minder geraffineerd, minder krachtig ook, zeker als we op de hoogste volumes mikken. Maar dat is normaal, gegeven de kleinere woofer en de beperktere versterker. Schuiven we die bedenkingen even opzij, dan vinden we de 3010 toch wel behoorlijk sterk. In Flat-modus is de 3010 echt daar als subtiele ondersteuning, schakelen we over naar Movie-modus dan krijgt de soundtrack van ‘Ghost in a Shell’ (op Ultra HD Blu-ray-disc, Dolby Atmos) heel wat meer punch.

Heel open surroundveld

Deze – toegegeven, niet echt succesvolle Scarlett Johansson-remake van de iconische anime – heeft een zeer atmosferische soundtrack met grote soundscapes om de immense grootstad van de toekomst over te brengen. Het is een soort soundtrack die goed past bij de Debut’s, die relatief accuraat effecten plaatsen maar ook breed uitstralen. Geweldig voor films zoals deze – denk ook aan ‘Sicario’ of ‘Blade Runner: 2049’ – maar bij games hebben we graag iets meer accuratesse. Bij ‘Halo:5’ op de Dolby Atmos-compatibele Xbox One vonden we wel dat scènes in grote hallen goed overkomen qua ruimtelijkheid, maar dat je niet perfect alle geluiden kon positioneren in een 3D-veld.  Bij shooters is dat belangrijk, omdat je die informatie deels onbewust gebruikt om tegenstanders op te sporen. Wellicht moet je nog wat hoger mikken qua speakers om dit te krijgen..

Bij de testscène in het Weense operahuis in ‘Mission Impossible: Rogue Nation’ (Blu-ray, Dolby Atmos) weet de Debut te overtuigen, opnieuw door zijn grootse weergave. De bombastische Nessun dorma-aria van Pucinni’s Turandot omhult ons helemaal, terwijl Cruise hoog in de coulissen op de vuist gaat. Knap is hoe de Debut’s – zonder extreem analytisch of fel te zijn – toch kleine details (zoals een instrument dat naar beneden valt of de beweging van de metalen kabels van het decor) heel merkbaar deel uitmaken van de surroundmix. Geweldig.

We lichten in deze review de 3010 regelmatig uit, vooral omdat de sub door zijn app-besturing net iets verder gaat dan ‘domme’ subs. En ja, er zijn nog andere subwoofers die een of ander vorm van kamercorrectie bezitten (denk aan de Bowers & Wilkins DB2D of Monitor Audio Silver W12), maar aan die producten is een veel forser prijskaartje gekoppeld.

Conclusie

De Debut 2.0-speakers zien er heel traditioneel uit, met hun zwarte fineer en rechte lijnen. Het zijn misschien geen speakers waar je, na een blik op te werpen, meteen verliefd op wordt. Maar ELAC en Andrew Jones hebben er wel voor gezorgd dat elke model op audiovlak voor de prijs de allerbeste prestaties biedt. In dit prijssegment behoren ze tot de top. De Debut’s sluiten perfect bij elkaar aan, waardoor je een goed geïntegreerde, realistische surroundweergave krijgt. Dat is wellicht hun sterkste eigenschap vanuit een homecinemastandpunt. Maar let wel: dit zijn speakers die een betere AV-receiver nodig hebben om echt goed te presteren. Een speciale vermelding verdienen de Debut 3010-subwoofer, die heel slim en eenvoudig te plaatsen is, en de centerspeaker, die ondanks zijn compacte formaat een brede frequentieweergave tentoonstelt. Kortom, de Debut 2.0 is een heel sterke inzending in de budgetklasse.

9.0

Beoordeling

Pluspunten
  • Compacte maar toch zeer goede center
  • App voor de sub is bijzonder handig
  • Systeemintegratie op hoog niveau
  • Prima Dolby Atmos-modules
  • Sterk in muziek én film

Minpunten
  • Atmos-modules zitten wat ongelukkig op speakers

  • Speakers hebben extra vermogen nodig
  • Sub is relatief duur (maar toch doen!)

Reacties (2)