Dossier: wat zijn de beste betaalbare luidsprekers?

05 januari 2019 + 10 minuten 14 Reacties
Dali-Oberon-review

We ontdekken steeds vaker luidsprekers die bijzonder goed klinken, aardig zijn afgewerkt én beschikken over heel bereikbare prijskaartjes.

 

Er is iets merkwaardige aan de gang in hifi-land. Wie goed rondkijkt, ontdekt steeds vaker luidsprekers die bijzonder goed klinken, aardig zijn afgewerkt én beschikken over heel bereikbare prijskaartjes.

Een heel aantal is in FWD en deels online al de revue gepasseerd, zoals de 3050i van Q Acoustics, Definitive Technology D7 en Monitor Audio Bronze 6. Maar dat is slechts een deel van het speelveld. In dit dossier kijken we naar drie luidsprekers die recent geïntroduceerd zijn en die beschikken over prijskaartjes die helemaal niet afschrikkend zijn. We kiezen altijd een vloerstaander om beter te vergelijken, maar bijna alle geteste luidsprekers zijn deel van een ruimere luidsprekerfamilie met meerdere modellen.

Dossier: betaalbare luidsprekers

Vaak hebben we voor online een surroundtest gedaan met meerdere modellen van dezelfde reeks, waardoor we kunnen opmerken dat luidsprekerfamilies meestal coherenter zijn dan ooit. Er zijn weinig verschillen in klankkarakter tussen de modellen uit dezelfde familie, wat vroeger wel eens anders was. Natuurlijk zal een vloerstaander niet hetzelfde klinken als een boekenplankspeaker, maar die gelijkenissen binnen dezelfde luidsprekerreeks zijn er wel.

Maar let op: we blijven overtuigd dat je wel iets meer moet durven uitgeven als je een low-cost zoektocht naar een betere klank begint. Er zijn zeker budgetspeakers die niet slecht klinken, zoals de Polk T15 of de Dali Spektor 6. Maar je koopt luidsprekers misschien wel voor het leven of toch voor heel lang, en dan ga je volgens ons beter toch voor het niveau daar net boven. Rond 500 euro per stuk ontmoet je luidsprekers die echt heel veel bieden in termen van geluidskwaliteit en steeds vaker ook qua afwerking en design. En ook die twee zaken zijn belangrijk.

Deens design: DALI Oberon 7

De Oberon 7 de knapste luidspreker noemen die Dali ooit ontwierp is misschien kort door de bocht, maar misschien ook gewoon de waarheid. De hamvraag is natuurlijk: klinkt de Oberon even mooi als hij er uit ziet? 

Dali werkt zijn speakers altijd wel netjes af, maar met de Oberon 7 bereikt het toch een nieuw en hoger niveau. Nu pas is Dali echt ‘Deens’, of toch wat veel mensen qua design bij dat etiket associėren. Zoals altijd bij geslaagd design zit het hem in kleine maar belangrijke zaken die ervoor zorgen dat deze speakers passen bij moderne meubels. Zoals het gebruikte houtfineer met reliėf dat over de betrekkelijk solide MDF-kast wordt gelegd. De versie die wij ontvingen is Light Oak, een lichte houtsoort die mooi wordt aangevuld door een matte, witte voorkant. Het houtfineer ziet er heel knap uit. Strijk je er met je hand over, dan voel het wel merkbaar kunstmatiger aan dan echt hout.

Een derde designelement dat de Oberon een hedendaagse smoel geeft, is de grille met afgeronde hoeken en bekleed met een fris, modern textiel met fijne grijze lichtschakeringen. Ja, het was helemaal ‘af’ geweest als de grille magnetisch bevestigd was, zoals inmiddels wel de norm wordt bij alles behalve de goedkoopste speakers. Ten slotte is er nog een sierlijke voet die af-fabriek gemonteerd wordt geleverd.

Naast de lichteiken versie zijn er Oberons in het klassiek matzwart, een mat wit en een donker walnoot. De witte uitvoering heeft dezelfde grijze grille als de light oak, de walnoot- en de zwarte uitvoeringen bezitten een bijna zwarte grille met een veel subtielere kleurschakering. Het zijn dan ook de eiken en de witte versies die wat ons betreft scoren qua designuitstraling.

Vlak tegen de muur

Zoals we van Dali’s gewoon zijn, is de Oberon 7 ontworpen om relatief dicht bij de muur te staan. Niet ingedraaid, gewoon gelijk met de achterliggende wand. En dat is – opnieuw – net iets interieurvriendelijker. Dat het indraaien van de luidsprekers in dit geval niet moet komt omdat Dali altijd zijn best doet om zeer goede horizontale off-axis weergave te behalen. Of in mensentaal: ook als de speakers niet recht op je oren gericht zijn, ervaar je veel detail. Het maakt ook de Oberon 7 een gezinsvriendelijke speaker. Iedereen in de zetel ervaart muziek op een goede manier.

Qua gevoeligheid zit de Oberon 7 op 88,5 dB, de impedantie is 6 Ohm. Dat maakt deze Dali-speaker niet de meest ongevoelige, maar ook niet de makkelijkste om aan te sturen. Hij heeft wel een beetje baat bij een versterker met wat vermogen, toch als je graag het volume opendraait bij het beluisteren van stevig orkestrale werken of technospul met veel dynamiek. Je zit wel nog met een baspoort achteraan, waardoor je de Oberon 7 naar ons gevoel best nog minstens een 20 cm van de muur moet houden.

SMC

Duurdere Dali-speakers (zoals de Rubicons waar we een zwak voor hebben) zijn echt heel sterk in het breed uitstralen van het hoog dankzij de combinatie van een dome- en een linttweeter. De Oberon 7 houdt het op een dome-tweeter. Deze tweeter wordt bij de Oberon 7 aangevuld met twee 7-inch woofers uit houtvezel – en met SMC. Dali-watchers zullen weten dat SMC zowat het ‘geheime’ ingrediėnt is van de duurdere Dali-lijnen. Het is een materiaal die gebruikt wordt in het magneetsysteem van drivers, met de bijzondere eigenschap dat het wel zeer magnetisch is maar niet zeer geleidend. Dit zorgt er voor dat een magneetsysteem met SMC sneller de omslag maakt van aantrekken naar afstoten (en omgekeerd) van de spreekspoel, zonder hysterisis – een fysisch fenomeen dat vervorming introduceert. SMC heeft ook minder last van ongewenste wervelstromen die het magneetsysteem opwarmen en het gedrag veranderen.

Luisteren

Ok, ‘Liquid Spirits’ van Gregory Porter is niet bepaald een album dat luidsprekers extreem uitdaagt. Bovendien was de stem van Porter op een bepaald moment te alomtegenwoordig op hifi-demonstraties, net zoals Diana Krall dat tot voor kort ook was. Misschien is het daarom dat we dit album lange tijd niet meer gedraaid hebben. Een beetje onterecht, realiseren we wel weer, als we het in lossless FLAC-formaat toch afspelen vanaf een Synology-NAS met Minimserver op een Primare i15-versterker die de Oberon 7’s aanstuurt. Zoals Dali het voorschrijft staan de Oberon-speakers niet ingedraaid opgesteld, in onze testruimte op ongeveer 3 meter opgesteld van de luisterplek.

Tracks als ‘Liquid Spirit’ en ‘Lonesome Lover’ horen we op deze Denen met plezier nog eens opnieuw. De Oberon 7 presenteert deze knettert-als-een-haardvuur-liedjes gewoon heel fraai, mooi tussen de twee speakers en er ook los van. De brede uitstraling waar Dali zo sterk in is, levert echt wat het beloofd. De muziek vult de kamer en verandert niet plots van karakter omdat je naar je kopje koffie reikt op het tafeltje naast de sofa. Als je met een paar vrienden op een lange bank zit, hoor jij niet radicaal meer detail dan die kerel een meter of twee van je af. Het zijn sociale speakers, deze Oberons (en eigenlijk alle Dali’s. Op de Epicon na misschien, hebben we de indruk na een korte luistersessie met die topmodellen.) Die ‘grote’ weergave maakt trouwens de al behoorlijke akelige ‘Suspiria’-soundtrack van Thom Yorke nog meer ijzingwekkend, vooral bij ‘The Hooks’ en ‘Belongings Thrown in a River’.

Ook meer funky tracks als Mark Ronsons ‘Feel right’ en ‘Happy’ en ‘Come Get it Bae’ van Pharell Williams gaan de Oberon 7’s bijzonder goed af. Heel exact is de plaatsing en positionering niet in het stereobeeld, wat een beetje de keerzijde is van de wijde uitstraling vermoeden we. En ook het hoogdetail is er niet helemaal, maar dat maakt het niet minder leuk om naar te luisteren. Deze Dali’s hebben er wel zin in, met een goede, snelle weergave die niet hyperkritisch is voor popmuziek. En neen, bij ‘War Anthem’ van Max Richter kan de Oberon 7 niet diep genoeg duiken om echt de extreme lage tonen in deze track met voldoende body te brengen. Dat is niet waar ze sterk in zijn. Ze hebben wel een voldoende laagextensie en snelheid om je snel aan het hoofdknikken te maken bij de snelle beats van de Mirapolis Remixes van technoartiest Rone (via Qobuz en Chromecast, ingebouwd op de Primare-versterker). Bij War Anthem gaat het voor ons om dat laatste stukje ultralaag, dat bij elke slag aanzwelt en uitdooft. Die sustain missen we hier een beetje.

Conclusie

De Oberon 7 en zijn kleinere Oberon-broers zijn een mooie opvolgers voor de Zensor-speakers. Dat mag je letterlijk nemen. Het zijn de soort speakers die je met plezier aanraadt aan een bevriend koppel dat je voor advies vraagt rond een betaalbare hifi-set voor hun woonkamer. Dat het prijskaartje nog heel acceptabel is, dat zie je niet aan deze speakers. En horen doe je het ook niet, want de Oberon 7 presteert prima voor het segment. 

Dali Oberon 7
€ 898 / paar | www.dali-loudspeakers.com

9.5

Beoordeling

Pluspunten
  • Heel mooi afgewerkt
  • Light oak-versie is bijzonder hip
  • Wijde uitstraling
  • Zeer makkelijk te plaatsen

Minpunten
  • Houtfineer voelt niet geheel natuurlijk aan

  • Geniet van een betere versterker

ELAC F5.2

De ELAC F5.2 probeert je niet meteen te verleiden met een fraai design, wat een beetje in zijn nadeel werkt. Dankzij de geniale Andrew Jones klinken ze nochtans wel heel goed.

Sinds de lancering van de oorspronkelijke Debut-reeks een paar jaar geleden stonden we te springen om deze luidsprekerfamilie te testen. ELAC is Duits, maar omdat Jones in de V.S. werkt en de Debuts ontstonden bij de Amerikaanse afdeling van ELAC, kwamen ze eerst bij de pers in de Verenigde Staten terecht. Die was er unaniem laaiend enthousiast over, wat natuurlijk onze nieuwsgierigheid prikkelde. De naam van Andrew Jones trok ook de aandacht, want deze ingenieur is door zijn werk bij Pioneer en luxemerk TAD een legende in de audiowereld geworden.

Nieuwe versie

Uiteindelijk heeft het wat langer geduurd om de Debuts binnen te halen, maar daardoor konden we wel aan de slag met Debut 2.0-versie. Deze nieuwe luidsprekers zijn iets anders getuned dan voorheen (iets vlakker) en zijn technisch sterk aangepast. De nieuwe lijn kreeg onder meer nieuwe Aramide-vezeldrivers, nieuwe tweeters en solidere behuizingen uit zwarte esfineer. Bij sommige Debut 2.0-modellen is de baspoort naar de voorkant verhuisd, waardoor de speakers eenvoudiger te plaatsen zijn. Een baspoort achteraan is immers nadelig als je speakers dicht bij een muur wil plaatsen. Maar bij deze driewegs-vloerstaander blijven de poorten – het zijn er drie – achteraan staan. De Debut 2.0 F5.2-vloerstaanders zijn wel vrij slank, wat ze minder storend maakt in een kleinere ruimte.

De algemene bouwkwaliteit van de Debut 2.0-speakers is heel degelijk. Het ziet er niet zo spannend uit en je kunt alle kleuren kiezen als het maar zwart is, maar ondanks de lage prijs denk je nooit: “Dit oogt goedkoop”. De behuizingen van de speakers komen in elk geval solide over en lijken bij het testen ook weinig last van vibraties te hebben. Plaatsing is geen groot probleem, een beetje indraaien is welkom. De F5.2 is helemaal een vloerstaander voor nu: slank en amper 18 cm breed. Je kunt hem ook uitbreiden met een Atmos-module, wil je gaan voor een surroundopstelling. Kabelmanagement is dan wel een beetje een probleem.

Verrassend muzikaal

De F5.2 is uitgebreid getest geweest als deel van een grotere Debut 2.0-surroundtest. Al tijdens het maken van die review – overigens te lezen op fwd.nl – viel het op dat deze speakers het goed doen met muziek. Bij het treffen tussen Thor, Loki en 142 versus Hela en haar soldaten speelt ‘Immigrant Song’ van Led Zeppelin, helemaal in sync met de actie op het scherm. We gebruiken deze scčne vaak om surroundopstellingen te testen, bij de ELAC’s kijken we op net omdat de Led Zeppelin-track veel muzikaler wordt weergegeven dan meestal het geval is bij.

Ook als we de F5.2 apart beluisteren blijft die observatie overeind staan. De ELAC’s zijn geen luidsprekers die iets zwaar benadrukken en al zeker niet het hoog. Het laag is ook aanwezig, maar niet overdreven. Dat laatste is iets dat misschien verrassend overkomt, gegeven dat de Debut 2.0’s uit de V.S. komen. En daar worden speakers met oog op thuisbioscooptoepassingen altijd wat wolliger worden getuned. In dit geval is de F5.2 eerder een speaker die betrekkelijk neutraal is en goede timing heeft.

Zijn relatieve zwakte is een laagweergave die we wat bescheiden vinden, merkbaar bij onze War Anthem-benchmark maar ook bij de diepe bassen op ‘Where’s the drop?’ van Deadmau5. Het is ook een wat compactere speaker met kleinere woofers dan die van de Dali Oberon 7 of Paradigm 6000F. Onvermijdelijk heeft dat een impact op de prestaties. Wel opvallend: Jones heeft wel de zaken goed geregeld qua de kastconstructie. Als we die techno van Deadmau5 op hoge volume spelen, blijft de behuizing van de F5.2 vibratievrij. Nu is het bouwen van een solide kast aan een lage prijs minder een uitdaging dan vroeger – zie ook Q Acoustics – maar toch is het een mooie prestaties gegeven het prijspunt.

De F5.2 is de moeilijkste om aan te sturen van de drie in deze test. Het is ook de goedkoopste, maar het geld dat je uitspaart aan luidsprekerzijde zul je mogelijk wel moeten investeren aan versterkerzijde. Je hebt iets nodig dat vermogen kan leveren zonder te stressen. Geen probleem voor de Hegel Röst die we hier gebruiken, maar we gaan er van uit dat het budget van kopers van de F5.2 iets lager zal liggen dan de 2.000 euro plus van de Hegel.

Conclusie

De F5.2 heeft de uitstraling van een klassieke speaker. Het zwarte fineer en rechte lijnen is niet sexy en speelt een beetje in hun nadeel. Vooral als je kijkt naar wat er elders te vinden is. Je zou je dus kunnen vergissen en denken dat de ELAC-speakers in de budgetcategorie thuishoren. Maar klankmatig is dat niet het geval. ELAC en Andrew Jones hebben er voor gezorgd dat de vloerstaanders de allerbeste prestaties bieden. De F5.2 heeft goede timing en is snel. In dit prijssegment behoort deze speaker tot de top.

ELAC F5.2
€ 698 / paar | www.elac.com

9.0

Beoordeling

Pluspunten
  • Prijs is haarscherp
  • Zeer muzikaal
  • Snel, verwerken elektronische muziek prima

Minpunten
  • Vragen betere versterker

  • Geen ultralaag
  • Ogen wat gewoontjes

Paradigm Monitor SE 6000F

Paradigm uit Canada heeft een mooie reputatie in de high-end, maar durft ook aan een lagere prijs interessante speakers te maken. Zoals de 6000F uit de goedkoopste Monitor SE-lijn.

Paradigm kennen we vanwege een aantal heel indrukwekkende demo’s op High End München, waar vooral hun subwoofers veel indruk op ons maakten. Maar het Canadese bedrijf doet veel meer dan subs. Nog niet zo lang geleden lanceerde het de Monitor SE-lijn, betaalbare speakers die genieten van een neerdruppelen van technologie uit hogere speakers. We waren heel benieuwd naar de prestaties van deze betaalbare luidsprekers.

Grote speaker

Vergeleken met de slanke Scansonic is de Monitor SE 6000F een gigant. Al valt het wel mee qua fysieke afmetingen, ze hebben vooral een grote uitstraling. Ze zijn netjes afgewerkt, in ons geval met een mooie witte laklaag. Er is ook zwart beschikbaar voor wie dat wil. Door het ontbreken van naden komt het allemaal best luxe over.

Wat de 6000F ook fors doet overkomen, zijn de vele drivers. Onder de verzonken dome-tweeter die door zijn wave-guide omvangrijk overkomt, bevinden zich vier 140-mm drivers (één midrange, drie woofers). Omdat de bevestigingsringen en schroeven rond de drivers zichtbaar blijven en er twaalf gaten zijn voorzien voor de grillebevestiging, oogt deze Paradigm zonder doek best druk. Hoewel we het liever anders hebben, zouden we in dit geval aanraden om de grille te behouden. De vele woofers geven deze Monitor SE meteen een beentje voor als je luistert naar muziek met bassen. Ze zijn merkbaar aanweziger in het laag vergeleken met de Scansonics die er naast staan, wat soms echt prettig is. Het hangt wel wat af van het genre af.

Voor wie er aan zou twijfelen: de depressie waarin de grote tweeter zich bevindt is er niet voor de looks. De zachte welving van de wanden begeleiden hoge frequenties breed de kamer in, en dat merk je als je naar de 6000F luistert. Hij is niet zo directioneel en we kwamen snel tot de conclusie dat we in onze ruimte geen toe-in nodig hadden. We zaten dus vooral off-axis te luisteren, wat ook voor een stukje verklaart waarom we meer oog kregen voor het energie die de Paradigm in het laag stopte. Draai je de Monitor SE 6000F in, dan krijg je een fellere klank – maar wij vonden dat deze speakers net het knapst zijn als ze wat breder muziek uitstralen. Het geeft maar aan hoe belangrijk en invloedrijk positionering kan zijn op de klank die je hoort. Overigens is dit wel een verschilpunt met de Dali Oberons: ook zij stralen breed uit, maar ze veranderen minder van karakter als je ze toch indraait (wat de fabrikant afraadt). De 6000F kun je toch een stukje ‘tunen’ door de hoek ten opzichte van je luisterpositie te veranderen.

Nog een pluspunt: de Paradigm-speaker laat zich heel makkelijk aansturen. Van de vier luidsprekers in dit dossier is het bij ver de meest gevoelige, 92 dB. Dat betekent dat je niet per se een monsterversterker nodig hebt om er alles uit te halen, al mag je ook niet te zuinig mogen zijn. Die drie woofers hebben graag een versterker met wat controle, zoals de Hegel Röst die we voor onze test gebruiken. Het lijkt ons zelfs essentieel dat je geen overdreven ‘warme’ versterker kiest, want dan gaat het misschien wel een beetje wollig klinken.

Swingende set

De funksoul van Charles Bradley komt vaak terug als we luisteren naar nieuwe speakers. Het is gewoon heel leuke, sfeervolle muziek, en zijn albums zijn ook goed opgenomen. Het is ook het Changes-album dat en het gloednieuwe posthume ‘Black Velvet’ dat we verschillende beluisterd hebben op de 6000F. Het past gewoon zeer goed bij elkaar, onder meer omdat de baslijn die zo belangrijk is bij ghettomuziek zoals deze door de Paradigm snel en perfect wordt neergezet. Je krijgt een mooie, grote soundstage te horen, waar wijle Bradley levensecht wordt neergezet en de rest van de band een plek krijgt. Niet zo expansief als de Dali Oberon 7, maar wel met iets meer focus. De krekels uit ‘Crickets’ van Air zitten bijvoorbeeld ver buiten de luidsprekers.

De Monitor SE 6000F produceert een heel volle klank, niets mager aan, en toch is er een beperking aan wat het kan. Dat merken we bij Max Richters ‘War Anthem’, waar de percussie niet zo diep duikt als we hadden verwacht. Onze verwachtingen waren gewoon te hooggespannen wellicht, maar in dit segment zijn er weldegelijk grenzen. Maar laat dat de pret niet bederven, want er valt veel van te genieten. Hoe langer we luisteren, hoe meer dat uitgesproken karakter van de Monitor SE 6000F opvalt. Neem nu ‘Street Tattoo’ van Stan Getz, waar de wave-guide op de tweeter de hi-hat breed de kamer in stuurt terwijl Getz’ saxefoon helemaal loskomt van de luidsprekers.

Het is ook de 6000F die een nummer als ‘The Number Song’ van DJ Shadow (met samples van Metallica) meeslepend weer kan weergeven, terwijl de andere drie daar wat meer moeite mee hebben.

Conclusie

De 6000F is een heel leuke luidspreker om naar te luisteren, vooral als je geniet van liedjes met veel dynamiek. Zelfs aan lagere volumes brengen ze veel van muziek over en krijg je een grote soundstage gepresenteerd. Paradigm koos ook voor een meer Amerikaanse tuning, met een laag die aanwezig maar wel gedetailleerd is. Qua looks zijn ze niet heel bijzonder en plaatsing is een aandachtspunt, maar het zijn wel speakers waar je wel met heel veel plezier naar blijft luisteren.

Paradigm Monitor SE 6000F
€ 1.098 / paar | www.paradigm.com

9.0

Beoordeling

Pluspunten
  • Spelen op een hoger niveau
  • Maken indruk met basweergave
  • Brede soundstaging
  • Zeer makkelijk aan te sturen

Minpunten
  • Grotere speakers

  • Iets duurder
  • Zonder grille wat druk

Algemene conclusie

Tijdens het testen hebben we de speakers aangesloten op verschillende versterkers. Tussendoor op testtoestellen die binnenwaaiden, maar om finaal te luisteren vooral met de combinatie Devialet Expert Pro 220 en Roon en met een Hegel Röst en Auralic Altair, wederom aangestuurd door Roon. Dat zijn toegegeven apparaten uit een hogere prijsklasse dan de geteste luidsprekers. Maar ze zijn goed bekend, wat toelaat om echt te focussen op wat een speaker te bieden heeft. Er is veel muziek beluisterd, maar voor het vergelijken grijpen we terug naar een playlist in Roon van allerlei tracks uit vele genres die we persoonlijk goede benchmarks vinden en die we door en door kennen. De drie speakers die we hier bekijken zijn zeker niet alles wat beschikbaar is. Als je op jacht gaat in dit segment, dan kun je ook de speakers die we eerder bekeken overwegen.

In de context van dit dossier hebben we het te maken met drie heel competente luidsprekers die bijzonder veel bieden voor hun prijs. De Beste Koop is zonder twijfel de ELAC F5.2, die voor een heel lage prijs veel geluidskwaliteit biedt. Best Getest is een taaie, want de DALI Oberon 7 en de Paradigm 6000F zijn elk op hun manier zéér goed. Moesten we puur voor de geluidskwaliteit kiezen, dan zou Paradigm de winnaar zijn. Het totaalplaatje – design, geluid, installatiegemak – klopt echter beter bij DALI. De Oberon krijgt daarom onze award voor Best Getest.

Rest van het speelveld

Er zijn nog andere waardige alternatieven voor wie op zoek gaat naar speakers van circa 300-600 euro per stuk. In het verleden hebben we er zo een aantal los getest. We hernemen hier even de conclusies van die reviews hier, op HiFi.nl vind je de volledige test terug.

Slanke vloerstaanders: Monitor Audio Bronze 5

Met de Bronze 5 heeft Monitor Audio een geslaagde speaker afgeleverd die heel wat biedt voor zijn prijspunt en gevestigde waarden durft te beconcurreren.  Maar wie echt van een beukende baslaag houdt, raden we toch aan om te gaan voor een 2.1-opstelling of te kijken naar de iets grotere Bronze 6-vloerstaanders met hun 3-wegopstelling en iets grotere C-CAM-drivers. Het is ook belangrijk om te realiseren dat je qua het toevoegen van lage frequenties altijd iets kan doen, terwijl een gebrek aan detail vaak onoverkomelijk is. De eventuele zwakte van de Bronze 5 is dus op te vangen en wat telt, is present. Wat ons betreft levert Monitor Audio met de Bronze 5 een zeer attractieve speaker die heel veel biedt voor een redelijk prijskaartje. Qua detailweergave speelt hij op een hoger niveau dan het prijskaartje zou laten vermoeden, en het is net zijn precisie en helderheid die hem in de smaak zal laten vallen bij mensen die graag de fijne details – de plectrum die over de snaren glijdt of de drumstick die op de rand van een snaredrum tikt – in hun muziek horen.

Brits afgerond geluid: Q Acoustics 3050i

De Q Acoustics 3050i is een vloerstaander die nogal bedrieglijk kan zijn. Hoewel het prijskaartje niet zo spectaculair laag is als bij de 3020i-boekenplankspeakers, blijven ze toch heel scherp geprijsd voor wat je krijgt. Ze bieden een uitmuntende geluidskwaliteit, ver boven wat je zou verwachten aan dit prijspunt. Voor net geen 800 euro krijg je een geluidskwaliteit die echt zeer goed is. Dat is te danken aan de goed ontworpen behuizingen. Dat de 3050i bovendien ook een knappe verschijning is, maakt het helemaal fantastisch. Een aanrader.

Excentrieke aanpak: Definitive Technology D7

De Demand 7-speakers zijn niet volmaakt. Maar als je bedenkt dat ze toch wel heel compact zijn, dan moet je toegeven dat ze meer dan behoorlijk goed presteren. Hun sterkste punt is het weergeven van vocals en de midrange, en dat op een manier die heel ruimtelijk overkomt. De speakergeek in ons wordt natuurlijk aangesproken door de ongewone keuzes die er werden gemaakt, maar die lijken echt wel resultaat te hebben. De D7 is redelijk geprijsd, mooi afgewerkt en relatief klein. Eigenschappen die hem een goede keuze maken.

Reacties (14)