Na eerder twee fraaie producten van het Duitse AVM te hebben belicht, maak ik voor dit verhaal plaats voor een andere eveneens Duitse audiofabrikant, en wat voor één! Het merk van eigenaar en hoofdontwerper Helmut Brinkmann is namelijk al sinds 1985 legendarisch om de schier feilloze producten. Ontwerpen die boordevol zitten met goed doordachte elektrische én mechanische onderhuidse vindingen. Ik noem hier met name ook het woord mechanisch omdat één van de voornaamste pijlers uit een uitgebreid analoog programma bestaat. Daaronder maar liefst zeven(!) verschillende high-end draaitafels, drie armen en nog veel meer analoog moois. Toch is voor deze test bewust gekozen om ook eens een andere kant van dit bijzondere merk te belichten. Daarom ga ik voor deze test aan de slag met de mooiste versterkercombinatie van het merk in nauwe samenwerking met de al even bijzondere eigen fabricaat streaming DAC.
Het leuke van het bespreken van mooie high-end producten is dat ieder merk zijn eigen gedachten en denkbeelden over de materie heeft. Ideeën wat het einddoel voor hen zou moeten zijn en vooral hoe dat in technische zin kan worden gerealiseerd. Door de enorm hoge moeilijkheidsgraad van deze hindernis hoor je sommigen zeggen dat het perfect afspelen van muziek nu eenmaal een illusie is. Maar net als verschillende andere topontwerpers laat ook Helmut Brinkmann zich hierdoor beslist niet afschrikken. Integendeel zelfs want door niets aan het toeval over te laten werkt deze fanatieke techneut en muziekliefhebber al sinds 1985 aan het perfectioneren van deze illusie.
Helmut: ‘Wanneer ik kijk naar wat ik zelf als de ultieme muziekweergave beschouw kom ik in eerste instantie terecht bij analoge lp-weergave. Stel, ik leg één van mijn favoriete albums op de draaitafelmat, leun vervolgens achterover en sluit mijn ogen. Plotseling verschijnen als uit het niets de artiesten in volledig 3D. Ik ‘zie’ de artiesten dus ‘echt’ zingen en spelen en voel bijna letterlijk hun aanwezigheid. Dit is en blijft iedere keer weer opnieuw een schitterend wonder wat ook na vele jaren ontwerpen nooit verveelt en blijft verbazen. Toch is het slechts een illusie en in bepaalde gevallen zijn de artiesten zelfs al lang overleden. Op het moment dat je dan weer je ogen opent en je alleen je eigen luidsprekers in de bekende huiskamer of luisterruimte ziet staan moet ik altijd glimlachen. Bij Brinkmann laten we niets onbeproefd en proberen we geen detail over het hoofd te zien in deze zoektocht om het afspelen van muziek te blijven verbeteren.’
Alles heeft invloed
‘Het lastige bij het ontwerpen van audio apparatuur, is dat letterlijk alles invloed heeft op de weergave en dat we moeten accepteren dat we voor een aantal aspecten – in ieder geval voorlopig – geen wetenschappelijke verklaring hebben. Elk apparaat, of het nu een platenspeler of een versterker is, heeft een goed gedefinieerde functie. Een goed ontwerp is voor mij de reductie van de ingrediënten tot hun werkelijke essentie. Daarbij zou in een ideale wereld niets binnen of op het apparaat te vinden moeten zijn dat niet direct is gerelateerd aan de functie van het apparaat.’ Hoeveel invloed kleine en op het eerste gezicht onbeduidend lijkende zaken kunnen hebben, merkte Helmut op zekere dag terwijl hij door zijn microscoop keek en met de drie kleine schroeven die dienen om de naalddrager op een sjabloon af te stellen, bezig was. Deze miniatuur schroefjes zijn van staal en hij vroeg zich ineens af of een magnetiseerbaar materiaal zo dicht bij krachtige magneten wel zo’n slim ontwerpidee was. Eén voor één verving hij deze kleine stalen schroeven door exemplaren van aluminium, messing, nylon, titanium en nog veel meer exotische materialen. Vervolgens bracht hij talloze weken door met het uitvoeren van kritische luistertests. Naarmate de luistersessies vorderden, raakte hij meer en meer verbaasd over hoeveel zelfs zo’n schijnbaar triviaal onderdeel op de geluidskwaliteit kon hebben. Aan het einde van zijn uitgebreide onderzoek concludeerde hij dat de weergave het meest op het origineel leek wanneer slechts één van de drie schroeven werd vervangen door een model van titanium. Hoewel dit maar een enkel voorbeeld is, illustreert het wel heel goed de werkwijze die Brinkmann bij al zijn producten hanteert. Eindeloze perfectie tot in het kleinste detail waarbij de bijzonder lange levensduur van elk Brinkmann product volgens deze fabrikant het directe resultaat van de volledige aandacht voor elk (klein) detail is.
Nyquist mk II Streaming DAC
Hoeveel vele ‘boutique’ high-end fabrikanten hun vingers er niet aan willen branden of er eenvoudigweg te weinig specialistische kennis voor in huis hebben, blijkt juist het in basis analoog georiënteerde Brinkmann Audio wél in staat om een top streaming DAC te ontwikkelen. Helmut: ‘Ja, dat lijkt bijna onmogelijk hè? Toch moet je bedenken dat we juist vanwege onze enorme analoge kennis, heel goed voor ogen hadden wat we ook digitaal wilden bereiken. Een vloeiende en artefactvrije weergave waarbij je net als bij onze platenspelers meteen vanaf het allereerste moment dezelfde connectie met muziek kan maken. Buiten dat ontwikkel ik natuurlijk niet alleen en werd ik voor het Nyquist project bijgestaan door collega en sinds 2018 ook mede eigenaar Matthias Lück. Een echte veteraan als het gaat om het ontwikkelen van innovatieve digitale circuits. De originele Nyquist werd trouwens al op de High End 2016 in München onthuld. Het was op dat moment de meest geavanceerde Streaming Digitaal-naar-Analoog Converter ooit gemaakt. Wat we de hele tijd goed voor ogen hielden en ook nu nog steeds voor ogen houden, is dat het apparaat eenvoudig voor de gebruiker zou moeten kunnen worden opgewaardeerd. Hierdoor zou de koper zijn dure investering langer kunnen behouden en voor veroudering kunnen behoeden. Door de introductie naar mk II status maakten we onze belofte waar en bewijzen we dat ons “Field-upgradeable”-concept zowel in de praktijk als in de theorie werkt. De Nyquist blijft hierdoor ook voor de nieuwste digitale formaten geoptimaliseerd, waaronder MQA (Master Quality Authenticated) streaming. Ook is het apparaat in staat om PCM bestanden tot 384 kHz/32 bits (inclusief DXD) en DSD bestanden in de formaten DSD64, DSD128 en DSD256 af te spelen. Zowel de hardware als de software van de digitale module kunnen gemakkelijk door de gebruiker worden vervangen.’
Zwaargewicht
Hoewel de Nyquist mk II in basis over een opvallend slanke slimline behuizing van slechts 6 cm hoog (42 cm breed, 31 cm diep en 12 kg) beschikt, wordt er standaard ook een losse granieten voetplaat van zo’n 3 cm hoogte en eveneens 12 kilo zwaar bijgeleverd. Dit zware natuurstenen plateau maakt vast onderdeel van dit concept uit en is dus zeker niet zomaar als cosmetische aanvulling bijgevoegd. Net zoals alle Brinkmann producten heeft ook deze streaming DAC een in mijn ogen fantastisch understated uiterlijk. Een voorkomen wat een onmiskenbare stijl combineert met een uiterst serieuze ontwerpinslag. Op het voorpaneel van de opgeruimde voorzijde zijn links een druktoets voor hoofdtelefoongebruik en meteen daaronder ook de aansluiting zelf (6,3 mm jackplug) zichtbaar. Precies in het midden is een centraal blauw display geplaatst. Een informatief zenuwcentrum wat aan beide kanten wordt geflankeerd door twee mooi robuuste draairegelaars voor het volumeniveau en de bron. Helemaal rechts zijn ten slotte druktoetsen voor mute en stand-by aanwezig. Voordat ik naar de achterzijde verhuis vallen mij twee typische Brinkmann zaken op. De eerste is dat zowel de Nyquist streaming DAC en Marconi voorversterker aan beide zijden van koellichamen zijn voorzien en dat hierin op zowel efficiënte als kunstzinnige wijze een viertal buizen verticaal zijn ‘verstopt’. Je kunt ze bij gebruik nog wel subtiel zien gloeien terwijl aluminium ribben ze zowel beschermen als meteen de warmte afvoeren. Bij deze vier vrij kleine stuurbuizen blijkt het overigens om NOS Telefunken PCF-803 exemplaren te gaan. Een ontwerp wat in de Nyquist voor het uitgangscircuit wordt toegepast en oorspronkelijk werd gebruikt in kleuren tv’s in de jaren 60. Ze blijken heel robuust en bezitten volgens Brinkmann een levensverwachting van rond de twintig jaar!
Buizen of transistoren
Maar wat is eigenlijk de functie van deze buizen bij de verschillende Brinkmann onwerpen? Matthias neemt het stokje van Helmut over en vertelt: ‘Buizen en transistors zijn verschillende componenten en beide hebben hun sterke en zwakke punten. We gebruiken zowel buizen als transistors en implementeren in elk apparaat het type waarvan we denken dat deze op die bepaalde plaats het beste werkt. We gebruiken in ieder geval zeker geen buis om een “buisachtig” geluid te krijgen, maar we plaatsen het op plaatsen waar ze het meest geschikt zijn voor specifieke soorten werk. Denk daarbij bijvoorbeeld aan fase-omvormers, waar ze door hun onmiddellijke spanningsversterking geschikter zijn dan transistors in die specifieke toepassing. Een ander specifiek onderdeel wat in de Nyquist een enorm verschil maakt is het gebruik van onze gepatenteerde hoogspanningsvoedingstechnologie. Deze is uniek voor digitale broncomponenten en zorgt voor duidelijk hoorbare verbeteringen in de prestaties van digitale circuits. In de Nyquist mk II is deze hoogspanningsvoedingstechnologie op grotere schaal geïmplementeerd. Want in tegenstelling tot slechts één enkele vermogensregelaar in de originele Nyquist, profiteren nu zes van de twaalf mk II-regelaars van deze technologie. Ook bevat de digitale mk II-module een volledig bijgewerkt voedingsgedeelte, met twaalf vermogensregelaars in vergelijking met de elf in ons product van de eerste generatie. De extra vermogensregelaar zorgt bovendien voor een nog betere ontkoppeling van de DAC-klok met de rest van het circuit, wat vooral bij USB en Ethernet weergave minder jitter oplevert.’
Oogverblindend
Om nog even terug te gaan naar de twee voorgaande alinea’s is het tweede kenmerk wat meteen sterk opvalt bij eigenlijk alle hier ter test aangeleverde Brinkmann producten, de vier mm glazen bovenpanelen. Deze beschermen de apparaten niet alleen tegen stof en vuil, maar bieden ook een niets verhullende inkijk in de prachtig opgebouwde binnenwerken. Zelfs iemand die geen enkel verstand heeft van techniek begrijpt meteen waarom dit bijna als kunst kan worden gezien. Hoewel alle Brinkmann producten qua behuizing zowel in stemmig matzwart als fris zilver geanodiseerd aluminium verkrijgbaar zijn, vormen beiden een fraai contrast met de dieprood gekleurde printplaten. De oogstrelend symmetrisch gerangschikte componenten verraden daarbij veel liefde en toewijding voor het vak. Ook de op verschillende plaatsen aangebrachte lokale koellichamen die allen in geborstelde goudkleur zijn uitgevoerd, zijn hier echte blikvangers. Wanneer ik uiteindelijk bij de achterzijde aankom vallen behalve de uiterst links en rechts geplaatste single ended en gebalanceerde uitgangen, vooral een vreemde DIN aansluiting en de modulaire DAC insteekmodule op. De DIN aansluiting blijkt te zijn bedoeld om de geheel onafhankelijke solid-state voeding op de hoofdeenheid aan te sluiten, terwijl de DAC module gescheiden converters voor PCM en DSD blijkt te herbergen en verder wordt gecompleteerd door zes aansluitingen die USB 2.0, SPDIF, AES-EBU, Toslink en ethernet omvatten.
Ongekende mogelijkheden
Natuurlijk is het netto einddoel van de Nyquist het bieden van een gebruiksvriendelijke schat aan streamingmogelijkheden. Hieronder MQA-decodering, PCM verwerking tot 384 kHz/32 bits (inclusief DXD) en op DSD gebied DSD64, DSD128 en DSD256. Met de volumeregelaar is het verder mogelijk om geheel onafhankelijk van elkaar zowel het volume te regelen van de overigens uitmuntend goed klinkende hoofdtelefoonuitgang als lijn uitgangen. Ook met streamingdiensten blijkt deze alleskunner al net zo veelzijdig te zijn en kan het apparaat overweg met DLNA, Tidal, Deezer, Qobuz, vTuner en gelukkig ook het alom geprezen Roon ready. Kortom een bijzonder apparaat wat mij mede gezien de forse prijsstelling enorm uit doet zien naar de gehoormatige kwaliteiten.
Marconi mk II voorversterker
Maar voor het zover is wil ik nog eerst graag twee andere familieleden aan u voorstellen. De eerste betreft de lang meelopende Marconi voorsterker. De reden voor dit lange meelopen is dat Brinkmann wil dat zijn producten langdurig de tand des tijds kunnen weerstaan. Hoewel dit commercieel soms minder verstandig lijkt, is dit wel de weg die dit Zuid-Duitse bedrijf al die jaren trouw is gebleven. De Marconi is daardoor inmiddels een echte klassieker die net als de Nyquist nog niet zo lang geleden naar een eveneens mk II status is geholpen. Hoewel een lijnvoorversterker in basis als een heel eenvoudig ontwerp kan worden getypeerd en zich enkel maar bezig hoeft te jouden met ingangsselectie, volumeregeling en de mogelijkheid om elke kabel en versterkerbelasting aan te sturen, blijkt de praktijk vaak een stuk weerbarstiger. Want het vervullen van deze op het oog zo simpele functies zonder signaalverlies of invloed op de muzikale integriteit, vormt een van de grootste uitdagingen in audioland. Alles wat je immers hier verliest komt verderop in de keten nooit meer terug. Om met de zo belangrijke volumeregeling van start te gaan werkt deze op twee verschillende niveaus. Ten eerste kan de gevoeligheid of “trim” van elk van de zes ingangen afzonderlijk worden aangepast en opgeslagen, waardoor storende volumesprongen bij het schakelen tussen bronnen kan worden geëlimineerd. En ten tweede bestaat de “master”-volumeregeling uit een gemotoriseerde potentiometer die op afstand of vanaf het frontpaneel kan worden bediend. Deze potentiometer regelt op digitale wijze IC’s die op hun beurt het afspeelvolume passief aanpassen met discrete weerstanden in nauwkeurige stappen van 0,5 dB.
Volledig gebalanceerde opbouw
Bij Brinkmann gelooft men in een gebalanceerde signaalverwerking omdat alleen op deze wijze ongevoeligheid tegen stoorinvloeden kan worden bereikt. Voor deze stereovoorversterker zijn daardoor vier complete versterkers – twee per kanaal – nodig. Dit omdat het signaal zowel in-fase als geïnverteerd wordt verwerkt. Aangezien niet-muzikale artefacten (waaronder ruis) de in- en uit-fasesignalen in precies dezelfde mate beïnvloeden (bekend als “Common-Mode Noise”), kunnen ze worden geëlimineerd aan de ingang van de versterker. Immers de inverterende en niet-inverterende signalen heffen elkaar namelijk op. Dit vermogen om stoorsignalen te elimineren (bekend als “Common-Mode Rejection”) rechtvaardigt, naar de mening van het ontwerpers, het dubbele aantal onderdelen en de complexiteit van het circuit. De fraaie bijbehorende afstandsbediening bekommert zich ook bij dit apparaat om de ingangsselectie, volumeregeling (inclusief mute) en fase-inversie. Het uitgebreid display op het voorpaneel geeft de ingangs-, volume- en fasestatus weer. Wie van de Nyquist DAC naar de Marconi voorversterker gaat zal best even goed moeten kijken om welk van de twee apparaten het gaat, want zowel qua afmetingen knopbezetting en display lijken ze best veel op elkaar. Toch zijn er uiteraard ook verschillen en die hebben aan de voorzijde vooral te maken met de twee draaiknoppen om de balans en ‘trim’ per kanaal gescheiden in te stellen. De glasplaat aan de bovenzijde laat nog grotere verschillen zien, terwijl ook de achterzijde van deze samen met wederom een granietenplaat geleverde voorversterker, weer een best stevige gezamenlijke 24 kilo oplevert.
Zinvolle aansluitingen
Zoals je ook min of meer zou verwachten van een werkelijk veelzijdige topklasse voorversterker, biedt de Marconi gelukkig inderdaad plaats aan een groot aantal bronnen. Maar liefst vier single ended (RCA) en twee gebalanceerd (RCA) kunnen hier worden aangesloten. Daarbij zijn qua uitgangen een vast paar RCA exemplaren beschikbaar voor bijvoorbeeld een opname apparaat en een variabel paar RCA en XLR connectoren voor het aansturen van een eindversterker(s). De voor Brinkmann inmiddels bekende DIN aansluiting duidt ook hier op de bijzonder hoogwaardige onafhankelijke solid-state voeding. Afsluitend kan de Marconi gebalanceerd een maximaal uitgangsvoltage leveren van 12 Volt en 6 Volt single ended.
Mono eindversterker
Na de in een slank profiel gestileerde Nyquist en Marconi, is de enige mono Brinkmann eindversterker in het programma ook daadwerkelijk ‘mono’ getiteld. Knoppen zitten er niet op en hoewel uiteraard wel het glazen bovenpaneel aanwezig is, hebben beide apparaten nog het meeste weg van de Kaäba. Het centrale heiligdom van de islam wat staat in de Grote Moskee in het bedevaartsoord Mekka en waar bedevaartgangers als onderdeel van de hadj, zeven keer rond de Kaäba lopen. Uiteraard zijn deze mono eindversterkers lang niet zo groot 19 breed, 22 cm hoog (inclusief de granieten basis) en 31,5 cm diep, maar stralen ze wel hetzelfde soort ingehouden charisma en mystiek uit. Door de enorm robuuste voeding slaat de weegschaal hier door tot 18 kilo voor één eindversterker waar nog 5 kilo voor de basis moet worden bij opgeteld. De uiterst stabiele voeding bestaat uit een transformator die tot 1.500 Watt piekvermogen kan leveren en wordt gecompleteerd door vier condensatoren die gezamenlijk een capaciteit van maar liefst 132 millifarad bevatten. Dit alles resulterend in een prettig riant vermogen van 150 Watt aan 8 Ohm en 250 Watt aan 4 Ohm. Opvallend is dat de dempingsfactor met 80 voor een transistor ontwerp laag is te noemen. Dit duidt op een bewust gekozen waarde om net als bij goede buizenversterkers een optimale balans te vinden tussen controle en muzikaliteit. Wanneer ik wat dieper in het ontwerp duik kom ik uit op de door Brinkmann zelf bedacht uitgangsdeel wat is opgebouwd volgens hun “Diamond”-topologie. Dit zorgt ervoor dat zijn lage impedantie altijd bij alle frequenties en fasehoeken zonder tegenkoppeling behouden blijft. De vier Sanken ‘high-performance’ transistoren zijn direct aangesloten op de luidsprekeraansluitingen, wat zorgt voor de kortst mogelijke signaalweg en tevens resulteert in een extreem compacte constructie met zo min mogelijk onderdelen.
De kunst van vrij klinkende muziekweergave
Helmut Brinkman: ‘Veel kwaliteitsbewuste hedendaagse luidsprekers zijn in staat om het volledige frequentiebereik wat muziek kan bevatten, op realistische niveaus te reproduceren. Dit inclusief de diepste grommende lage tonen, de meest subtiele middentonen en de fijnste sprankelende hoge tonen. Voorwaarde is dan wel dat versterkers dan tegelijkertijd de kunst beheersen om zowel de muziek vrij te laten stromen, maar gelijktijdig ook de luidsprekers strak onder controle kunnen houden. Onze Mono en Stereo eindversterkers voldoen aan deze eisen in de beste traditie en stijl van Brinkmann. Daarbij bieden ze een muzikaal compacte maar toch sonisch open muziekweergave en dat ongeacht het frequentiebereik en het volumeniveau. Uiteindelijk is het de taak van de gehele Brinkmann keten dat men de techniek volledig kan vergeten om vooral van de muziek zelf te kunnen genieten.
Luisteren
Voor het luisteren naar dit nuchtere en bijna stoïcijns chique opererende Brinkmann kwartet heb ik veel tijd uitgetrokken. Tijd die nodig was om de enerzijds opvallend stabiel presterende maar anderzijds ook opvallend onspectaculaire weergave op de juiste waarde te kunnen schatten. Het allereerste wat mij opviel en dat is in mijn ogen een ontzettend goed iets, is dat het bij alle vier de apparaten ook na inschakeling leek of ze niet aanstonden. Daar bedoel ik mee dat buiten de inbedrijf-lichtindicaties, verder helemaal niets te horen was. Hier dus geen brommende trafo’s of zachte ruis uit de luidsprekers. Dit lijkt misschien vanzelfsprekend maar is het zeker niet. Hoewel ik ook met verschillende andere bronnen heb geluisterd wat ook uitstekend ging, heb ik mij al snel toegespitst op het ervaren en vooral beleven van de complete Brinkmann setting. Waarom? Omdat vanaf het eerste moment meteen duidelijk was dat al deze producten met een identieke ontwerpfilosofie zijn ontworpen. Daarbij gaan ze inderdaad zoals door Helmut Brinkman op een bepaalde en heel herkenbare wijze de muziek prachtig uit de weg. Dit wil echter niet zeggen dat ze geen eigen signatuur zouden hebben, waarover later meer. De weergave zoals ik die met deze apparaten beleef is er een van een compleet holistisch geheel, waarbij de weergave je meteen grijpt en er een sterke muzikale betrokkenheid ontstaat. In de verte heeft dit karakter gehoormatig wel wat weg heeft van bijvoorbeeld de vorige generatie Pass Labs X.5 eindversterker modellenreeks en vroegere het Franse Audioanalyse/Duson modellen. Het is dus een stabiele, vloeiende en muzikale signatuur die precies het midden houdt tussen aantrekkelijke vloeiendheid en rotsvaste kernachtigheid.
Muziek!
Aangesloten op Magico A1, Master Conteporary C, Dynaudio Heritage Special, Graham LS 5/5 en PMC Twenty 5.23i luidsprekers, kan ik aan een breed scala van totaal verschillende luidsprekers prachtig onderzoeken hoe de interactie met de Brinkmann set in de praktijk plaatsvindt. Hoewel de match met eigenlijk al deze uitdagers meer dan goed gaat en de muziek de luisterruimte in al deze gevallen op dynamische maar ongedwongen instroomt, heb ik zelf wel de voorkeur om ze te combineren met weergevers die in basis een bepaalde levendigheid bezitten. Niet dat het per se noodzakelijk is, maar het maakt de muziek net even spannender en meer uitdagend. Dit valt heel goed te horen bij het Israëlische duo Invected Mushroom en hun alweer uit 2003 stammende Converting Vegetarians. Hoewel dit duo bekend is geworden door hun opzwepende psychedelische trance muziek die menig traditionele muziekliefhebber de spreekwoordelijke gordijnen in heeft gejaagd, blijkt hun muziek ook een heel andere en meer melodieuze, zachte kant te bezitten. Het is die zijde die ik zelf pas heb ontdekt en die ook aan het einde van Converting Vegetarians ineens wonderschoon opduikt. Het nummer Elevation is een juist rustige track die start met een heel droog en kernachtig opgenomen piano. Daarna volgen bijna even droog opgenomen strijkers en percussie, om gaandeweg op te bouwen naar een zeer gelaagde climax. Een muzikale apotheose met diepe baslijnen, organisch klinkende 3D keyboard partijen en percussie accenten die bijna als een carrousel om je heen kunnen draaien. Althans met de juiste audiocomponenten, de kamerakoestiek in orde en vooral de luidsprekers goed opgesteld. Het Brinkman kwartet laat bij deze zowel gelaagde als complexe muziek, op heel fraaie wijze de integriteit en bedoeling van het nummer uitkomen. Het laag gloedvol, diep en gecontroleerd maar gelukkig niet te, het midden ietwat rond en kleurrijk maar voldoende snel en volledig in dienst van de muziek. Terwijl in het hoogste spectrum weliswaar een vleugje solid state karakter waarneembaar is, maar dit tegelijkertijd ook word combineert met het vloeiende en gelaagde karakter waar buizen zo goed in zijn.
Wereldse wijsheid
Van totaal andere orde is het werk van multi-instrumentalist Stephan Micus. Een enorm intrigerende en vooral getalenteerde muzikant die op geheel eigen wijze zijn reizen over de gehele wereld op fascinerende wijze muzikaal vorm weet te geven. Zeker op zijn wat mij betreft beste albums The Garden Of Mirrors en het hier te bespreken Nomad Songs die beide zijn uitgekomen op het fameuze ECM label, is deze muzikale eenling op zijn allerbest. Aan Nomad Songs heeft Stephan drie jaar gewerkt en in tegenstelling tot alle andere albums op dit Duitse label van Manfred Eicher, treedt Micus hier ook als muziekproducent op! Zoals gebruikelijk binnen zijn oeuvre en wat hem voor mij zo onweerstaanbaar maakt, is dat hij ook bij dit album weer nieuwe exotische muziekinstrumenten weet toe te voegen. In dit geval gaat het om de genbri (een Marokkaanse luit) en de ndingo, een duimpiano in de categorie lamellofoon uit Botswana. Nomad Songs is een enorm minimalistisch en enorm sterk album wat je als luisteraar echt van het begin tot het eind moet afspelen. Zeker als de afluisterketen het ‘toestaat’ kun je in een soort van hogere hogere gemoedstoestand komen. Wordt zo lekker zweverig dit verhaal, maar wat ik hiermee duidelijk wil maken is dat juist een zeer goed op elkaar afgestemd merk als Brinkmann, de luisteraar de mogelijkheid bied om werkelijk diep in de muziek te kunnen duiken.
Granieten plateau’s
Als laatste heb ik uit nieuwsgierigheid ook geprobeerd wat er gebeurd wanneer ik de bij de apparaten bijgeleverde granieten plateau’s eronder vandaan haal. Dit bleek een bijzonder interessante exercitie en met name omdat het heel goed liet beseffen hoe ver men bij Brinkmann is om de eindweergave te sturen en controleren. Want met deze gewichtige basis hebben de componenten meteen meer stabiliteit, gewicht en kracht in het laag. Daarbij ontstaat ook een meer gestoken transparantie in de totaal weergave en zorgt een sterkere omlijning precies voor de juiste mate aan muzikale aantrekkingskracht. Zonder de platen wordt het geluid meteen zachter, wat warmer en in sommige gevallen zelfs een tikje soft en diffuus. Ze maken dus terecht deel uit van het totaalpakket, hoewel een ieder natuurlijk vrij is om bij één of ook de andere apparaten zelf alsnog voor een andere ondergrond te kiezen.
Conclusie
Wat een andersdenkend merk en mooi om weer even terug te kunnen zijn naar de jaren zeventig en tachtig. Een periode toen pride of ownership nog voor bijna ieder product gold en eigenheid en merkherkenbaarheid een geweldig hoog goed was. Hoewel de Brinkmann producten natuurlijk helemaal van nu zijn, hangt er wel de sfeer van die periode omheen. En dit keer is dat geen valse retro maar meer het bijna anti commercieel voorkomen van vroegtijdige veroudering en dus verspilling! Een filosofie en streven wat ook naadloos past bij importeur SoundDesign en eigenaar Jelmer Hovinga. Een aimabele, gedreven man die inmiddels al 35 jaar importeursgeschiedenis met zich meedraagt en ook bij onverhoopte calamiteiten voor de bijbehorende professionele afwikkeling met alle bijbehorende service en meedenken zorg zal dragen. Wat Helmut Brinkmann en zijn onderneming betreft wil deze uiteraard ook kunnen leven van de producten die ze vervaardigden. Maar wat deze vier modellen in letterlijk ieder facet uitstralen is dat ze u als consument enorm serieus nemen. Daarbij zijn het ook enorm gedegen en solide gebouwde no-nonsense producten, waarbij u door het topkwaliteit materiaalgebruik en het eindeloos geperfectioneerde technisch concept, zelden voor onaangename verrassingen zult komen te staan. Als laatste is een heel sterk onderdeel van het Brinkmann concept de wijze waarom de producten kunnen worden opgewaardeerd. Dus een heel lang leven vol muziekplezier waar je ook in de jaren die komen geen omkijken naar hebt. Bravo Helmut!
Reacties (0)