Review: Auris Audio Jazz – Indrukwekkende nieuwkomer

23 april 2024 + 10 minuten 0 Reacties
Music2_Auris_Jazz 4
FWD award

Tijdens het Dutch Audio Event, dat plaatsvond in oktober 2023, zag ik bij importeur Music2 een aantal platenspelers staan die ik niet kende. Het bleek om modellen van de relatief jonge Servische fabrikant Auris Audio te gaan. Alleen al het feit dat Marco de Wilde, die zich de laatste jaren tot een echte analoog-expert heeft ontwikkeld, dit merk aan zijn assortiment had toegevoegd, was voldoende om mijn aandacht te trekken. Zijn enthousiaste uitleg over deze aantrekkelijk geprijsde spelers overtuigde me daarna vrij snel om een recensie-exemplaar van de twee middelste modellen in de serie aan te vragen. In deze review leest u over de Jazz, de luxe subtopper in deze serie.

Laten we eerst even kort naar het merk zélf kijken. Auris Audio is het geesteskind van Milomir Trosic, die in 2013 zijn droom van een eigen audiomerk realiseerde. Hij had toen al een flink aantal jaren als ontwerper van versterkers en andere audio-apparatuur achter de rug, dus hij kwam niet onbeslagen ten ijs. De missie van Auris Audio, zo valt op hun website te lezen, is om zelfs de meest veeleisende audiofiel de best mogelijke ervaring in klank én uiterlijke schoonheid te bieden. En het moet gezegd; de veelal handgemaakte producten zien er buitengewoon fraai uit. Voor deze recensie beperk ik me tot de Jazz-platenspeler van het merk. Ik noemde hem de luxe subtopper in de ‘genre-serie’, maar ik moet bekennen dat ik die naam uit mijn eigen mouw heb geschud. Met platenspelers die RnR, Blues, Jazz en Classica heten (in die volgorde oplopend in prijs) vond ik het wel aardig gevonden. Het is bovendien een mooie tegenhanger van de nog luxere en compromisloze Bayadere-serie, die uit drie modellen bestaat. Wie de moeite neemt om dat woord op te zoeken vindt twee verklaringen: La Bayadère is een ballet van choreograaf Marius Petipa op muziek van Ludwig Minkus, maar ook een soort luxueus textiel met contrasterende horizontale strepen. Welke van de twee de exacte inspiratie was voor Trosic mag u zelf invullen, maar kijkend naar het design van deze spelers vermoed ik ‘beide’.

Auris Jazz nader bekeken

De Jazz is dus het derde model van de meer betaalbare serie, en biedt een aantal interessante opties voor zijn geld. Deze volledig in eigen huis ontwikkelde speler wordt geleverd met de W9-toonarm van het merk, die ook los te koop is. Een andere accessoire die bij de Jazz is inbegrepen is de eveneens los verkrijgbare EON, PSU + Speed Adjuster, een fraaie universele voeding die enerzijds een eenvoudige omschakeling van 33,3 naar 45 toeren mogelijk maakt, maar anderzijds ook een in- en uitschakelbare pitch-control én een optimalisatie voor de lichtnetfrequentie (50/60 Hz) biedt. Deze PSU beviel in de praktijk zeer goed. De knoppen zitten wat mij betreft op een logische plek en hun functie laat niets te raden over. Of hij de weergave daadwerkelijk stabieler maakt heb ik niet getest, omdat ik er de voorkeur aan geef om een apparaat te gebruiken en te beoordelen zoals het wordt geleverd. Daarom ook geen experimenten met een ‘betere’ muurtrafo. De Jazz heeft een van de plint ontkoppelde 16-24 VAC synchroonmotor die op zichzelf al stil en stabiel draait, maar die volgens Auris Audio met de EON-PSU nóg stiller en stabieler wordt, hetgeen de weergave zou moeten verbeteren. De pulley heeft bij deze speler maar één loopvlak voor de rubberen aandrijfriem, die stevig genoeg, maar zeker niet te strak rond het uit metaal gedraaide subplateau ligt. De lager-as van dit subplateau heeft een doorsnede van maar liefst tien millimeter, en is ter voorkoming van rumble voorzien van een taatsplaat van ‘cemented carbide’ (een carbonstaal-legering met een extreem hoge hardheid) die op een keramische kogel draait. De uitwendig gedempte lagerbehuizing is van brons, dat eveneens harder is dan het vaak voor dit doel gebruikte messing.

Aansluitingen en bediening

Als je de achterkant van de Auris Jazz bekijkt zie je links de RCA-connectoren van de toonarm met daar tussenin het aardpunt, en rechts de aansluitingen voor de voeding. Je kunt de barrel-connector van meegeleverde 24 volt-wandplug eventueel rechtstreeks in de speler steken, maar dan vervalt de regulering en de keuze tussen 33,3 en 45 toeren. Er zit echter ook een vierpolige aansluiting op voor de ‘navelstreng’ kabel die bij de meegeleverde EON-PSU hoort. Met name de aansluitingen voor de voeding liggen relatief diep onder de speler. Dat is iets lastiger bij het aansluiten, maar in de praktijk hoef je dat vaak maar één keer te doen. De RCA-connectoren onder de toonarm zijn wat beter bereikbaar, maar zitten dan weer vrij dicht bij het daartussen geplaatste aardpunt. Dat betekent dat je altijd eerst de aardedraad moet aansluiten en dan pas de audiokabel, maar ook dat is voor de meeste gebruikers een éénmalige klus. Welke voeding je ook gebruikt, je zet het plateau van zwart geanodiseerd gegoten aluminium in beweging met een prettig aanvoelende schakelaar die links op de zijkant van de plint zit. De plint zelf is afgewerkt met een fraaie kwaliteit kunststof fineer met een satijnglans ‘antiek eiken’ kleur en houtnerfpatroon. Een stofkap behoort niet tot de standaarduitrusting en is ook niet los leverbaar. Het plateau van de Auris Jazz is langs de rand aan de onderzijde voorzien van een aantal gedempte gewichten die door hun massatraagheid voor extra draaistabiliteit zorgen en tegelijkertijd ongewenste trillingen voorkomen. De bijbehorende vilten mat, waar ik straks ook nog wat over zal zeggen, is relatief dun en licht. Het is aan te raden om hem met een paar stukjes dubbelzijdige tape aan het plateau te fixeren. Behalve dat dat voor een iets verbeterde ‘drive’ in de weergave zorgt, voorkomt het ook dat je in geval van statische elektriciteit de mat met een elpee mee van het plateau tilt. Wanneer de mat dan namelijk terugvalt op het plateau is de kans groot dat hij in één sierlijke zwiep de cantilever onder je element uit trekt. Liever vastplakken dus, hoewel dat vooral van belang is wanneer je, zoals ik, de snaar-sparende gewoonte hebt om het plateau tussen plaatkanten en verschillende albums niet stil te zetten.

Auris W9-toonarm

De Auris W9-toonarm verdient een eigen hoofdstukje. Niet alleen omdat hij ook los leverbaar is en dus een eigen vermelding bij het prijslijstje onder dit artikel verdient, maar ook omdat Auris Audio hem kennelijk zó goed vindt dat ze hem als standaard toonarm op de Bayadere 1- en Bayadere 3-platenspelers gebruiken. Deze negen inch lange toonarm heeft een effectieve massa van twaalf gram, wat als middelzwaar geldt. Hij heeft een vaste headshell en een armbuis van carbon. De met behulp van geavanceerde software ontwikkelde toonarm blinkt volgens de fabrikant uit in het onderdrukken van ongewenste resonanties. Eén van de oplossingen daarvoor is het contragewicht, dat voorzien is van een speciale rubberen ‘schroefdraad’ waarmee je hem over de eindstomp heen draait. Die rubberen schroefdraad dempt, maar heeft qua wrijving gelukkig óók de perfecte verhouding tussen soepel en stroef waardoor het eenvoudig is om kleine aanpassingen van de naalddruk te kunnen instellen.

Het contragewicht is overigens niet voorzien van een schaalverdeling, dus voor het instellen van de juiste VTF zul je een naalddrukweger moeten gebruiken. Het antiskatingmechanisme bestaat uit twee in een hoek van negentig graden geplaatste staafjes aan een centraal draaipunt, waarvan het onderste staafje door een pinnetje aan de armbasis verder naar achteren wordt geduwd terwijl de toonarm naar het midden van de plaat beweegt. Het andere staafje, dat dan omhooggaat, is voorzien van een schroefdraad en een draaigewichtje met een geribbelde rand. Door dat gewichtje te verdraaien verplaats je het over de lengte van het staafje, waardoor er met behulp van de zwaartekracht meer of minder tegendruk wordt gegeven. Het is een buitengewoon robuuste oplossing, maar hiervoor geldt dat het wel enige expertise én geduld van de gebruiker vergt om de juiste instelling te vinden. Het komt in de praktijk echter niet op een millimeter.

De oliegedempte armlift is in hoogte verstelbaar, net als de toonarm zelf. Door een inbusschroef in de kraag van de armkolom los te draaien kun je hem binnen een bereik van tien millimeter hoger of lager zetten, wat voldoende moet zijn om zelfs ‘lage’ elementen als de Denon DL-103 zonder spacer in de W9 te kunnen monteren. De bekabeling in de toonarm is overigens van Van den Hul, wat een interessant Nederlands tintje aan de bereikte resultaten verleent.

Luisteren naar de Auris Jazz

De Auris Jazz nam op mijn Creaktiv Trend 3-3-meubel de plaats in van mijn gerestaureerde Thorens TD 125 met Jelco-toonarm en Holistic Audio HA-SE-element. De Jazz, die standaard zonder element wordt geleverd, was door importeur Music2 voorzien van een Sumiko Blue Point No. 3 Low-element. Voor de verbinding met mijn PrimaLuna EVO 100-11 Tube Phono Preamplifier koos ik een Rega Couple Interconnect. Een zelfgemaakte aardedraad diende als brompreventie. De rest van de installatie bestond uit een PrimaLuna EVO 400 Tube Integrated-versterker en mijn prototype Kharma Ceramique-luidsprekers. Alle bekabeling, inclusief de stroomkabel tussen de aparte groep in de meterkast en het Niagara 5000-stroomfilter, was van AudioQuest.

De eerste plaat die ik draaide was ‘Tunng Presents…DEAD CLUB’ van de Engelse experimentele folktronica-band Tunng. Wat al meteen tijdens de openingstrack Eating the Dead opviel was de rust en de meeslepende drive in de muziek. Het tonale deel van de weergave, waarmee ik de licht naar warm neigende maar ook lekker volle en transparante klankkleur bedoel, kwam natuurlijk vooral op het conto van het Sumiko-element. Maar zonder de zeer stabiele gelijkloop (waarbij geen gebruik werd gemaakt van de pitch-control) die een keurige en rotsvaste 33,35 toeren per minuut bedroeg, en de uitstekende demping van ongewenste resonanties in zowel de plint, het plateau als de toonarm heb je daar weinig aan. Aangehouden piano-akkoorden klonken zeer lang uit zonder zweving. In A Million Colours kwamen de gedempt klinkende drums en de staccato gespeelde piano-akkoorden aan het begin prachtig naar voren vanuit een diepzwarte achtergrond, en zelfs in het vervreemdende tweede deel van het nummer waren alle subtiel over elkaar heen gestapelde laagjes uitstekend los van elkaar te volgen zonder dat ze hun onderlinge samenhang verloren.

Een ander favoriet album om de weergave van platenspelers te beoordelen is ‘Le fumeur de ciel’ van de enigszins mysterieuze Parijzenaar Julien Neto. De dromerige ambient op dit album bevat zowel elektronische als akoestische geluiden, die op het plateau van de Auris Jazz prachtig samensmelten tot een obscure soundtrack voor lange nachtelijke wandelingen. Mijn favoriete track is VI (Featuring Keith Kenniff) omdat daar behalve een prachtig opgenomen piano tegen een achtergrond van dwarrelende akkoorden ook een ‘glitchy’ ritmetrack in zit die, mits goed weergegeven, met al zijn klikjes en knerpjes een stukje vóór de rest van het geluidsbeeld in alle details goed te volgen moet zijn. Als de weergave niet stabiel of niet mechanisch stil is, vervaagt alles een beetje tot één lijn tussen de luidsprekers, maar hier niet; het was alsof ik mijn hand kon uitsteken om de geluidjes te pakken.

Met zo’n naam zou het geen pas geven als ik uitgerekend op deze speler niet ook naar jazz zou luisteren. De keuze binnen dat genre is enorm, maar om het mezelf niet te moeilijk te maken koos ik voor een plaat die na een recent luisteravondje met een vriend nog binnen handbereik stond. Op ‘Swimming with a Hole in My Body’, dat in 1979 werd uitgegeven door het altijd fraaie opnames afleverende ECM-label, speelt gitarist Bill Connors prachtige en bedachtzame akoestische solo-nummers die stilistisch soms een beetje aan de pastorale lyriek van labelgenoot Ralph Towner doen denken. Naast de mooi van elkaar te onderscheiden klankschakeringen van de gelaagde gitaarpartijen viel opnieuw het grote en stabiele ruimtelijke beeld op, en de realistische druk die deze analoge combinatie wist te leveren. Soms klinkt muziek weliswaar heel mooi, maar te lichtvoetig, alsof het er niet echt is. Daar was in dit geval geen sprake van. De weergave was op een geloofwaardige manier substantieel, wat het gevoel van realisme én het luisterplezier enorm verhoogde.

En wat die mat betreft: gedurende diverse luistersessies heb ik drie verschillende alternatieve matten op het plateau van de Auris Jazz gelegd; kurk, rubber en leer. Ze waren uiteraard allemaal even dik als de bijgeleverde mat van vilt, omdat een andere aftasthoek de weergave kan veranderen. Ze maakten de weergave allemaal op de één of andere manier slechter. Met de eigen vilten mat (vastgezet met drie kleine stukjes dubbelzijdige tape) was de weergave het ruimtelijkst, het meest dynamisch en tonaal het beste in balans.

Conclusie

Bij het opstellen van de Auris Jazz-platenspeler was me al opgevallen hoe goed hij was afgewerkt en wat voor robuuste indruk alles maakte. Dat er geen stofkap bij zit is jammer, maar een goede stolp hoeft niet duur te zijn. De keuze van Auris om de koper zelf zijn element te laten kiezen vind ik eigenlijk wel verfrissend. Er is niks mis met platenspelers die min of meer speelklaar uit de doos komen, maar die wereld wordt toch een beetje gedomineerd door betaalbare MM-elementen. De Auris Jazz verdient mijns inziens een mooi MC-element, en de gekozen Sumiko vormde een zeer fraaie match met zowel de W9-toonarm als mijn phonotrap. De meegeleverde EON-PSU is handig en werkt intuïtief. De draaisnelheid was op een haar na perfect en de gelijkloop was uiterst stabiel. Als je de prijzen van de PSU en de losse W9-toonarm in ogenschouw neemt dan is de Auris Jazz nog steeds geen koopje, maar wel een uitstekende deal. Een overtuigend en aantrekkelijk alternatief voor vergelijkbare spelers van de bekendere merken wat mij betreft. Aanrader!

Prijzen:

  • Auris Jazz, inclusief W9 en EON € 2.149,-
  • Auris W9 € 749,-
  • Auris EON € 399,-

Music2, www.music2.nl
Auris Audio, www.aurisaudio.rs

Sumiko Blue Point No. 3  € 599,-

Fine Sounds Benelux, www.finesounds.nl
Sumiko, www.sumikophonocartridges.com

Reacties (0)